25.280

Aanpassingswet derde tranche Algemene Wet Bestuursrecht I



Dit wetsvoorstel past de bijzondere wetten (met uitzondering van rijkswetten) aan aan de derde tranche van de Algemene wet bestuursrecht.

Zo wordt een bijdrage geleverd aan de vereenvoudigingsharmonisatie en systematisering van de Nederlandse bestuursrechtelijke wetgeving.

Voor de aanpassing van rijkswetten zie wetsvoorstel 25.319.

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Schriftelijke voorbereiding
Eerste Kamer
Plenair
 
Afkondiging
Staatsblad(en)

Het voorstel is op 9 oktober 1997 zonder beraadslaging en zonder stemming door de Tweede Kamer aangenomen. De Eerste Kamer heeft het voorstel is op 4 november 1997 als hamerstuk afgedaan.

De wet is opgenomen in Staatsblad 510 van 18 november 1997.


Kerngegevens

ingediend

26 maart 1997

titel

Aanpassing van bijzondere wetten aan de derde tranche van de Algemene wet bestuursrecht (Aanpassingswet derde tranche Awb I)

schriftelijke voorbereiding

ondertekening

  • minister van Justitie
  • staatssecretaris van Binnenlandse Zaken

inwerkingtreding

Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de vrschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld


Hoofdlijnen

  • In de derde tranche wordt een regeling gegeven voor subsidies, voor de drie bestuurlijke handhavingsbevoegdheden (toezicht, bestuursdwang en dwangsom) en voor mandaat en delegatie.
  • De regeling inzake toezicht op bestuursorganen is eveneens in de Awb samengebracht.
  • Ook is in deze wet de jurisprudentie vastgelegd ten aanzien van de gebondenheid van het bestuur aan beleidsregels.
  • Deze aanpassingswet bevat ook aanpassingen aan de eerdere tranches van de Awb, die bij eerdere invoerings- en aanpassingswetgeving nog over het hoofd zijn gezien.

Documenten

1
  • 4 november 1997
    stemming (hamerstuk) Handelingen EK 1997/1998, nr. 4, blz: 89-90