Dit initiatiefvoorstel van de leden mw. Bussemaker (PvdA) en Van Dijke (RPF) vergroot de zeggenschap van de individuele werknemers over hun arbeidstijd om zodoende de combinatie van betaalde arbeid en deelname aan het maatschappelijke leven - waaronder de combinatie van arbeid en zorg - te bevorderen. Tevens bepaalt het dat een werknemer slechts arbeid op zondag hoeft te verrichten indien hij daarmee instemt. Hiertoe worden de Arbeidstijdenwet (Stb. 1995, 598) en het Burgerlijk Wetboek gewijzigd.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 11 september 2001 aangenomen door de Tweede Kamer. De fracties van D66 en VVD stemden tegen.
De Eerste Kamer heeft op 11 juni 2002 het voorstel voor een concept-adviesaanvraag aan de Sociaal-Economische Raad (SER) over dit voorstel na stemming bij zitten en opstaan aangenomen. GroenLinks, SP, OSF, PvdA, ChristenUnie en SGP stemden tegen. Per brief d.d. 18 juni 2002 heeft de Eerste Kamer het advies van de SER gevraagd over dit initiatiefwetsvoorstel. De SER heeft op 18 oktober 2002 haar advies Zeggenschap werknemers over arbeidstijden (nr. 02/14) uitgebracht.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 3 december 2002 na stemming bij zitten en opstaan aangenomen. VVD en D66 stemden tegen.
ingediend
4 juli 2000titel
Voorstel van wet van de leden Bussemaker en Van Dijke tot wijziging van de Arbeidstijdenwet en het Burgerlijk Wetboek ter verruiming van zeggenschap van werknemers over arbeidstijdenschriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- minister van Justitie
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip
0
Er zijn geen documenten gevonden.