Dit voorstel van rijkswet keurt het Verdrag van 28 mei 1999 tot het brengen van eenheid in enige bepalingen inzake het internationale luchtvervoer goed (Trb. 2000, 32 en Trb 2001, 91 en 107).
Daarin wordt de aansprakelijkheid geregeld van de luchtvervoerder op het gebied van dood of letsel van passagiers, van bagage en vracht, alsmede in verband met vertragingen. Het beoogt het sterk verouderde en verbrokkelde bestaande systeem te moderniseren en op termijn te vervangen.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 29 januari 2004 zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 17 februari 2004 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
3 juni 2003titel
Goedkeuring van het op 28 mei 1999 te Montreal tot stand gekomen Verdrag tot het brengen van eenheid in enige bepalingen inzake het internationale luchtvervoer (Trb. 2000, 32 en Trb. 2001, 91 en 107)schriftelijke voorbereiding
ondertekening
- minister van Justitie
inwerkingtreding
Met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin de Wet wordt geplaatst