Dit wetsvoorstel strekt tot uitvoering van de verplichtingen die voortvloeien uit EG-richtlijn nr. 2003/71/EG (de prospectusrichtlijn). Deze richtlijn wordt uiteindelijk geïmplementeerd in de Wet op het financieel toezicht (Wft). Het onderhavige wetsvoorstel voorziet in een tijdelijk wettelijk kader in de Wet toezicht effectenverkeer1995 (Wte) voor aanbiedingen op effecten tot de inwerkingtreding van de Wft, en bevat alleen die wijzigingen die noodzakelijk zijn voor de implementatie van de richtlijn.
De prospectusrichtlijn heeft als doel harmonisatie van de eisen t.a.v. de opstelling, goedkeuring en verspreiding van het prospectus. De richtlijn verplicht EU-lidstaten om aanbieding van effecten aan het publiek of toelating van effecten tot de handel op een gereglementeerde markt afhankelijk te stellen van de publicatie van een door de bevoegde toezichthouder goedgekeurde prospectus. In Nederland zal de Autoriteit Financiële Markten die toezichthouder zijn. De prospectusrichtlijn moet op 1 juli 2005 door alle lidstaten geïmplementeerd zijn. Het onderhavige wetsvoorstel zal gelden tot het moment dat de Wet op het financieel toezicht is ingegaan, waarin de prospectusrichtlijn ook is verwerkt.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 2 juni 2005 zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 21 juni 2005 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
4 maart 2005titel
Wijziging van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 ter implementatie van richtlijn nr. 2003/71/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 4 november 2003 betreffende het prospectus dat gepubliceerd moet worden wanneer effecten aan het publiek worden aangeboden of tot de handel worden toegelaten en tot wijziging van Richtlijn 2001/34/EG (PbEU L 345) en tot uitvoering van verordening nr. 809/2004 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 29 april 2004 tot uitvoering van Richtlijn 2003/71/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de in het prospectus te verstrekken informatie, de vormgeving van het prospectus, de opneming van informatie door middel van verwijzing, de publicatie van het prospectus en de verspreiding van advertenties betreft (PbEU L 149)schriftelijke voorbereiding
ondertekening
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip
-
-De richtlijn introduceert het zgn. Europees paspoort voor uitgevende instellingen. Dit betekent dat wanneer een prospectus in een van de lidstaten is goedgekeurd, de effecten waar dit prospectus betrekking op heeft in alle lidstaten tot de handel mogen worden toegelaten en aan het publiek mogen worden aangeboden.
-
-De richtlijn is gebaseerd op het principe van totale harmonisatie, d.w.z. dat lidstaten geen ruimte hebben om naast de voorschriften uit de richtlijn en de bijbehorende verordening (nr. 809/2004), nationale voorschriften te stellen. Hierdoor wordt bereikt dat in de gehele Europese Unie straks dezelfde eisen worden gesteld en wordt een belangrijke stap gezet in de verdere integratie van de Europese effectenmarkten.
-
-Ook het Besluit toezicht effectenverkeer 1995 (Bte 1995) en de Vrijstellingsregeling Wte 1995 worden aangepast.
2
-
-
2 juni 2005
stemming (hamerstuk) Handelingen TK 2004/2005, nr. 86, blz: 5134