Dit wetsvoorstel wijzigt de Werkloosheidswet (WW) en enkele andere wetten in verband met de wijziging van het WW-stelsel.
Met dit voorstel wordt beoogd de WW meer activerend te maken, dat wil zeggen meer gericht op uitstroom uit de WW naar betaalde arbeid. Daarnaast beoogt het voorstel een bijdrage te leveren aan een beter preventiebeleid en tenslotte betreft dit voorstel het wettelijke sluitstuk van het besluit om de WW te dereguleren en inzichtelijker te maken.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 7 februari 2006 aangenomen door de Tweede Kamer. PvdA, D66, Groep Wilders, VVD, CDA, ChristenUnie, SGP, LPF en Groep Nawijn stemden voor. De plenaire behandeling door de Eerste Kamer vond plaats op 20 juni 2006. Het voorstel is op 27 juni 2006 aangenomen na stemming bij zitten en opstaan. Tegen stemden GroenLinks en SP.
De wet is opgenomen in Staatsblad 303 van 29 juni 2006.
De inwerkingtreding is opgenomen in Staatsblad 304 van 29 juni 2006.
In het begin van de schriftelijke voorbereiding is dit voorstel gezamenlijk behandeld met de Wijziging van de Werkloosheidswet en enige andere wetten in verband met aanscherping van de wekeneis (29.738).
ingediend
17 november 2005titel
Wijziging van de Werkloosheidswet en enige andere wetten in verband met de wijziging van het WW-stelsel (Wet wijziging WW-stelsel)schriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
-
27 juni 2006
stemming (aangenomen, voor: CDA, ChristenUnie, D66, LPF, OSF, PvdA, SGP en VVD) Handelingen EK 2005/2006, nr. 34, blz: 1588-1589 -
-