Dit wetsvoorstel wijzigt de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 met als doel de deelnemingsvrijstelling buiten werking te stellen voor positieve valutaresultaten op deelnemingen in gevallen waarin een negatief valutaresultaat ten laste van de winst van een belastingplichtige komt of is gekomen.
Door deze tussenregeling moet worden voorkomen dat vennootschappen valutaverliezen op deelnemingen in aftrek kunnen brengen op de winst op grond van Europese rechtspraak, terwijl latere valutawinsten door de werking van de deelnemingsvrijstelling onbelast blijven. Het wetsvoorstel zorgt ervoor dat de deelnemingsvrijstelling niet van toepassing is op valutawinsten als valutaverliezen eerder in aftrek op de winst zijn gekomen.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel (TK 32.818, nr. 2) is op 10 november 2011 zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 29 november 2011 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
20 juni 2011titel
Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 in verband met de invoering van een tussenregeling voor valutaresultaten op deelnemingen (Tussenregeling valutaresultaten op deelnemingen)schriftelijke voorbereiding
ondertekening
inwerkingtreding
Met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin de wet wordt geplaatst. De wet werkt terug tot en met vrijdag 8 april 2011 17.00 uur.
Arrest Deutsche Shell
Enkele belastingplichtigen hebben zich op het standpunt gesteld dat valutaverliezen op deelnemingen toch ten laste van de fiscale winst kunnen worden gebracht op grond van het Deutsche Shell arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ EU) van 28 februari 2008.
De staatssecretaris van Financiën kan zich niet met dit standpunt verenigen. Hij is van mening dat de deelnemingsvrijstelling onverkort van toepassing is op valutaresultaten en daarom valutaverliezen niet aftrekbaar zijn. Het standpunt van de belastingplichtigen kan leiden tot rechtszaken. Als dan inderdaad zou blijken dat valutaverliezen in bepaalde gevallen aftrekbaar zijn, dan leidt dit tot de onevenwichtige situatie dat valutaverliezen aftrekbaar zijn terwijl valutawinsten zijn vrijgesteld. Om dit te voorkomen wil de staatssecretaris een wettelijke tussenregeling invoeren totdat duidelijkheid bestaat over de bestaande onzekerheid over de aftrek van valutaverliezen.
Het wetsvoorstel
In het wetsvoorstel wordt nu voorgesteld dat:
-
-valutawinsten op deelnemingen worden belast indien een valutaverlies op een deelneming ook daadwerkelijk door een belastingplichtige ten laste van de fiscale winst wordt gebracht, en
-
-(uiteindelijk) op grond van jurisprudentie van het HvJ EU blijkt dat dit valutaverlies inderdaad ook ten laste van de fiscale winst mag worden gebracht.
Om te voorkomen dat door middel van een herstructurering belastingheffing over de valutawinsten achterwege blijft, is in het wetsvoorstel tevens geregeld dat de verhangen deelnemingen van de belastingplichtige die een valutaverlies in aftrek heeft gebracht worden gevolgd. Zolang een dergelijke deelneming aan een verbonden lichaam wordt overgedragen, blijft de deelnemingsvrijstelling bij de opvolgende belastingplichtige buiten toepassing op positieve valutaresultaten met betrekking tot die deelneming.
Liquidatieverlies
In het wetsvoorstel wordt tevens geregeld dat als een valutaverlies op een deelneming aftrekbaar is, dit verlies niet nogmaals in aanmerking genomen kan worden als de deelneming op enig moment wordt geliquideerd. Het liquidatieverlies kan slechts in aanmerking wordt genomen voor zover het liquidatieverlies hoger is dan het saldo van de negatieve en positieve valutaresultaten die met betrekking tot die deelneming ten laste van de fiscale winst zijn gekomen.
Terugwerkende kracht
De voorgestelde wijzigingen hebben terugwerkende kracht tot 8 april 2011, 17.00 uur (het tijdstip van aankondiging van het wetsvoorstel in het persbericht). Hierdoor wordt volgens de staatssecretaris voorkomen dat belastingplichtigen de heffing over (latente) valutawinsten proberen te ontgaan door deze deelnemingen voor inwerkingtreding van het wetsvoorstel binnen concern te verhangen.
7