34.396

Wijziging bestuursrechtelijke sanctionering in de sociale zekerheid



Dit voorstel bevat een aanpassing van de Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving als ook aanpassingen van de socialezekerheidswetten op het punt van de regeling van de bestuurlijke boete.

Directe aanleiding voor dit wetsvoorstel is de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) van 24 november 2014 (ECLI:NLCRVB: 2014:3754) over de Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid in de sociale zekerheid. Deze uitspraak heeft directe consequenties voor de sanctionering van het overtreden van de inlichtingenverplichting. Met dit wetsvoorstel wordt beoogd de eenduidigheid en rechtszekerheid te borgen. Daarnaast wordt met het voorstel tegemoetgekomen aan de wensen van de uitvoeringspartijen om effectiever op te kunnen treden in de uitvoeringspraktijk van de bestuursrechtelijke sanctionering. Ook heeft de Nationale ombudsman in zijn rapport «Geen fraudeur, toch een boete» van 4 december 2014 de aanbeveling gedaan om te komen tot meer evenredige boetes.

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Het voorstel (EK, A) is op 31 mei 2016 aangenomen door de Tweede Kamer. SP, PvdD, PvdA, GroenLinks, D66, 50PLUS, Klein, Groep Kuzu/Öztürk, Houwers, SGP, ChristenUnie en CDA stemden voor.

De Eerste Kamer heeft het voorstel op 12 juli 2016 als hamerstuk afgedaan. De PVV-fractie is daarbij aantekening verleend.


Kerngegevens

ingediend

27 januari 2016

titel

Wijziging van de socialezekerheidswetten in verband met de regeling van de bestuurlijke boete

schriftelijke voorbereiding

inbreng geleverd door

ondertekening

inwerkingtreding

Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld


Documenten

4