In deze tweede incidentele suppletoire begroting (ISB) wordt de begroting van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid voor het jaar 2020 (35.300 XV) gecorrigeerd in verband met de noodmaatregelen die genomen zijn ten aanzien van de uitbraak van het coronavirus.
Het voorstel (TK, 1) is op 16 april 2020 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 21 april 2020 na stemming bij zitten en opstaan met algemene stemmen aangenomen.
De tijdens de plenaire behandeling van het wetsvoorstel op 21 april 2020 ingediende motie-Van Rooijen (50PLUS) c.s. over het verlengen van de WW-duur met 3 maanden (EK, C) is op 12 mei 2020 aangehouden en op 25 mei 2021 vervallen op basis van artikel 93, derde lid, van het Reglement van Orde van de Eerste Kamer.
De motie-Van Rooijen (50PLUS) over de toegang van AOW-gerechtigde zelfstandig ondernemers tot de TOZO-regeling (EK, D) is op 12 mei 2020 na stemming bij zitten en opstaan verworpen. Fractie-Otten, GroenLinks, SP, 50PLUS, PvdA, OSF en PvdD stemden voor.
ingediend
2 april 2020titel
Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2020 (Tweede incidentele suppletoire begroting inzake noodpakket banen en economie)schriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
inwerkingtreding
Deze wet treedt in werking met ingang van 2 april van het onderhavige begrotingsjaar. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na deze datum van 2 april, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad en werkt zij terug tot en met 2 april.
1