35.453

Novelle Wijziging Mediawet 2008 in verband met aanscherping van de nieuwe dienstenprocedure, modernisering van procedures voor de benoeming van raden van toezicht en besturen, modernisering van het bestuur en verduidelijking van de positie van de Ster



Deze novelle wijzigt het wetsvoorstel wijziging Mediawet 2008 in verband met aanscherping van de nieuwe dienstenprocedure, modernisering van procedures voor de benoeming van raden van toezicht en besturen, modernisering van het bestuur en verduidelijking van de positie van de Ster (35.042).

Gelet op de door de Afdeling advisering uitgebrachte voorlichting acht de regering het wenselijk de toevoegingen aan het wetsvoorstel door het gewijzigde amendement-Aartsen en Van der Molen (TK 35.042, 18) ongedaan te maken. Deze novelle strekt daartoe.

Bij brief van 21 mei 2019 heeft de Eerste Kamer aan de Afdeling advisering van de Raad van State een voorlichting gevraagd in verband met het wetsvoorstel (EK, C).

Aanleiding hiervoor vormden twee aanvaarde amendementen. Het ging daarbij specifiek om het hierboven genoemde gewijzigde amendement-Aartsen en Van der Molen over onverenigbaarheden van toezicht- en bestuursfuncties bij mediaorganisaties en politieke functies (TK 35.042, 18), en het gewijzigde amendement-Westerveld, over het toezicht door het Commissariaat voor de Media op de naleving van het redactiestatuut (TK 35.042, 17).

Het gewijzigde amendement-Aartsen en Van der Molen regelt dat: (1) het lidmaatschap van de raad van toezicht of het bestuur van een omroepvereniging of samenwerkingsomroep onverenigbaar is met het lidmaatschap van een van beide Kamers der Staten-Generaal; en (2) het lidmaatschap van de raad van toezicht of het bestuur van een omroepvereniging of samenwerkingsomroep, de NPO, de RPO, de NOS, de NTR of de Ster onverenigbaar is met een bestuursfunctie of dienstbetrekking bij een politieke partij voor zover de bestuursfunctie of dienstbetrekking op landelijk niveau wordt uitgeoefend.

De Afdeling advisering van de Raad van State komt tot het oordeel dat de effectiviteit van het amendement uiterst beperkt is. Daarnaast concludeert de Afdeling advisering dat dit amendement op onderdelen in strijd is met artikel 57 Grondwet en met artikel 8 Grondwet en artikel 11 Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM).

De inwerkingtreding van deze novelle is gekoppeld aan de inwerkingtreding van dat wetsvoorstel. De novelle treedt in werking zodra een artikel of onderdeel van het wetsvoorstel tot wijziging van de Mediawet 2008 in verband met onder meer aanscherping van de nieuwe dienstenprocedure in werking treedt. De inwerkingtreding van dat wetsvoorstel zal worden geregeld door een inwerkingtredingsbesluit.


Stand van zaken

Het voorstel is op 9 juni 2020 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer.

De Eerste Kamer heeft het voorstel op 9 februari 2021 na stemming bij zitten en opstaan met algemene stemmen aangenomen.

Tijdens de gezamenlijke plenaire behandeling op 2 februari 2021 van deze novelle met het wetsvoorstel Wijziging Mediawet 2008 in verband met aanscherping van de nieuwe dienstenprocedure, modernisering van procedures voor de benoeming van raden van toezicht en besturen, modernisering van het bestuur en verduidelijking van de positie van de Ster (35.042) zijn de motie-Van Van Kesteren (PVV) c.s. over een onderzoek naar de journalistieke norm en programmering bij de NPO (EK 35.042 / 35.453, L) en de motie Vos (PvdA) c.s. voor het ontwikkelen van een nieuwe grondslag voor indexatie (EK 35.042 / 35.453, M) ingediend.

De motie-Van Van Kesteren (PVV) c.s. over een onderzoek naar de journalistieke norm en programmering bij de NPO (EK 35.042 / 35.453, L) is op 9 februari 2021 na stemming bij zitten en opstaan verworpen. PVV, FVD, fractie-Van Pareren en de fractie-Otten stemden voor.

De motie Vos (PvdA) c.s. voor het ontwikkelen van een nieuwe grondslag voor indexatie (EK 35.042 / 35.453, M) werd op 9 februari 2021 op verzoek van de PvdA-fractie aangehouden en is op 23 november 2021 vervallen op basis van artikel 93, derde lid, van het Reglement van Orde van de Eerste Kamer.


Kerngegevens

ingediend

11 mei 2020

titel

Wijziging van het voorstel van wet tot wijziging van de Mediawet 2008 in verband met aanscherping van de nieuwe dienstenprocedure, modernisering van procedures voor de benoeming van raden van toezicht en besturen, modernisering van het bestuur en verduidelijking van de positie van de Ster, alsmede technische verbeteringen onder meer in verband met taken van het Commissariaat voor de Media

schriftelijke voorbereiding

inbreng geleverd door

ondertekening

  • minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media

inwerkingtreding

Indien het bij koninklijke boodschap van 25 september 2018 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Mediawet 2008 in verband met aanscherping van de nieuwedienstenprocedure, modernisering van procedures voor de benoeming van raden van toezicht en besturen, modernisering van het bestuur en verduidelijking van de positie van de Ster, alsmede technische verbeteringen onder meer in verband met taken van het Commissariaat voor de Media (Kamerstukken 35042) tot wet is of wordt verheven en die wet of een artikel of onderdeel daarvan in werking treedt, treedt deze wet op hetzelfde tijdstip in werking.


Documenten

4