Dit voorstel van wet past de Waterleidingwet aan aan richtlijn nr. 98/83/EG betreffende de kwaliteit van voor menselijke consumptie bestemd water. De richtlijn betreft een algehele herziening van de in 1980 in werking getreden richtlijn nr. 80/778/EEG.
Onder de reikwijdte valt niet alleen de levering van water door waterleidingbedrijven, maar ook via afzonderlijke watervoorzieningen zoals die voorkomen op bijvoorbeeld kampeerterreinen, defensieterreinen en ziekenhuizen.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 31 mei 2000 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 20 juni 2000 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
25 augustus 1999titel
Wijziging van de Waterleidingwet in verband met de richtlijn betreffende de kwaliteit van voor menselijke consumptie bestemd waterschriftelijke voorbereiding
ondertekening
- minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip
Er kunnen ook eisen gesteld worden aan de particuliere installatie.
Tevens heeft de richtlijn betrekking op water in flessen en verpakkingen en water dat in een levensmiddelenbedrijf wordt gebruikt bij de productie van levensmiddelen.
De reikwijdte van de richtlijn is daarnaast in zoverre verruimd, dat deze niet alleen betrekking heeft op water dat is bestemd om te drinken, maar ook op water dat is bestemd voor andere huishoudelijke doeleinden.
2
-
31 mei 2000
stemming (met algemene stemmen aangenomen) Handelingen TK 1999/2000, nr. 82: blz. 5295 -
31 mei 2000
behandeling Handelingen TK 1999/2000, nr. 82: blz. 5274-5279