Dit voorstel van rijkswet regelt de goedkeuring van het Europees Verdrag inzake Nationaliteit (Trb. 1998, 10) en de opzegging van het verdrag over beperking van het aantal gevallen van staatloosheid (Trb. 1974, 32).
Hiermee wordt een aantal geldende beginselen en regels op het terrein van het nationaliteitsrecht, waaronder het tegengaan van staatloosheid, geregeld en worden een aantal regels geven ten aanzien van de dienstplicht in geval van meervoudige nationaliteit.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 14 november 2000 met algemene stemmen aangenomen door Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 19 december 2000 zonder stemming aangenomen.
Het wetsvoorstel is gezamenlijk met wetsvoorstel 25.891 plenair behandeld.
De wet is opgenomen in het Staatsblad 619 van 28 december 2000.
ingediend
27 januari 2000titel
Goedkeuring van het op 6 november 1997 te Straatsburg totstandgekomen Europees Verdrag inzake nationaliteit, en voornemen tot opzegging van de op 13 september 1973 te Bern totstandgekomen Overeenkomst inzake beperking van het aantal gevallen van staatloosheidschriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- staatssecretaris van Justitie
inwerkingtreding
met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin, zij wordt geplaatst
Het verdrag:
-
-geeft voorschriften in welke gevallen wel dubbele nationaliteit moet of kan worden toegestaan, maar laat dit onderwerp verder aan nationale wetgeving over,
-
-vervangt het Verdrag over beperking van gevallen van meervoudige nationaliteit en betreffende militaire verplichtingen in geval van meervoudige nationaliteit (Trb. 1964, 4),
-
-wordt gezien als model voor nationaliteitswetgevingen.
2
-
19 december 2000
voortzetting behandeling en stemming (zonder stemming aangenomen) Handelingen EK 2000/2001, nr. 15: blz. 640-652 -