Dit voorstel wijzigt Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en strekt tot uitvoering van een toezegging van het kabinet de regeling voor bestuur en toezicht van grote naamloze en besloten vennootschappen aan te passen in overeenstemming met het advies "Het functioneren en de toekomst van de structuurregeling" van de Sociaal Economische Raad (SER).
Dit advies over de structuurregeling, in het bijzonder over de criteria voor de verplichte toepassing van de regeling en het correctiemechanisme bij slecht functionerende commissarissen, heeft de SER op verzoek van het kabinet uitgebracht. De SER wil ook de regeling bij grote coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen ter hand nemen.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 9 september 2003 aangenomen door de Tweede Kamer. GroenLinks, PvdA, D66, VVD, ChristenUnie, SGP, CDA en LPF stemden voor.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 6 juli 2004 zonder stemming aangenomen.
ingediend
8 januari 2002titel
Wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met aanpassing van de structuurregelingschriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- minister van Justitie
- minister van Economische Zaken
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip
Het wetsvoorstel strekt tot aanpassing van de regeling overeenkomstig de aanbevelingen van de SER. In het advies van de SER wordt een aantal voorstellen gedaan met betrekking tot:
-
-de wijze van benoeming van de Raad van Commissarissen (RvC) en de betrokkenheid van de Algemene vergadering van Aandeelhouders (AvA) en de Ondernemingsraad (OR);
-
-de taakvervulling en verantwoording door de RvC, alsmede de mogelijkheden tot ingrijpen bij gebrek aan vertrouwen in diens functioneren;
-
-de criteria voor verplichte toepassing van de volledige dan wel het verzwakte regime (toepassingscriteria);
-
-de vrijwillige toepassing van het structuurregime;
-
-de positie van aandeelhouders en certificaathouders.