Dit voorstel van rijkswet tot wijziging van de Rijkswet op het Nederlanderschap houdt verband met het wetsvoorstel Wet conflictenrecht adoptie (28.457).
De artikelen 6 en 7 van dat wetsvoorstel geven regels voor de erkenning in Nederland van buitenslands tot stand gekomen adopties. Het is wenselijk aan de erkenning van rechtswege of via een gerechtelijke procedure de consequentie te verbinden dat het kind het Nederlandschap van rechtswege verkrijgt indien het een 'sterke' adoptie betreft (een adoptie die tot gevolg heeft dat de familierechtelijke betrekkingen met de oorspronkelijke ouders worden verbroken) en indien beide adoptanten of één van hen Nederlander zijn. Met de wijziging van de Rijkswet op het Nederlanderschap wordt daarin voorzien.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 4 juni 2003 zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 1 juli 2003 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
28 juni 2002titel
Wijziging van de Rijkswet op het Nederlanderschap in verband met de totstandkoming van de Wet conflictenrecht adoptieschriftelijke voorbereiding
ondertekening
- minister van Justitie
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip
1
-
4 juni 2003
stemming (hamerstuk) Handelingen TK 2002/2003, nr. 75: blz. 4215