Dit wetsvoorstel wijzigt de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 waardoor de kosten van de aankoop van een binnenlandse deelneming het jaar waarin zij worden gemaakt in aftrek mogen worden gebracht.
Met dit voorstel wordt gevolg gegeven aan het arrest van de Hoge Raad van 24 mei 2002 inzake de aankoopkosten van deelnemingen. De Hoge Raad heeft het arrest onbeperkte terugwerkende kracht gegeven door te beslissen dat kosten die in het verleden niet in aftrek zijn toegelaten alsnog in aanmerking kunnen komen.
De staatssecretaris heeft op 1 maart 2004 een nota van wijziging (29.381 nr. 7) ingediend waarmee de maatregelen die zien op de herziening van de behandeling van de omzetting en kwijtschelding van afgewaardeerde vorderingen en de afwaardering van deelneming op verzoek van de Tweede Kamercommissie voor Financiën uit het wetsvoorstel worden gelicht. Deze maatregelen zullen worden opgenomen in een nieuw wetsvoorstel (29.686).
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 1 juli 2004 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 2 november 2004 zonder stemming aangenomen. De fractie van de VVD is daarbij aantekening verleend.
De wet is opgenomen in Staatsblad 581 van 18 november 2004.
ingediend
22 juni 2004titel
Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 in verband met de invoering van een aftrekverbod voor de aankoopkosten van een deelnemingschriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
inwerkingtreding
Met ingang van de eerste dag van de derde kalendermaand na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin de wet wordt geplaatst.
-
2 november 2004
behandeling en stemming (aangenomen, aantekening: VVD) Handelingen EK 2004/2005, nr. 3, blz: 48-56 -
1 juli 2004
stemming (met algemene stemmen aangenomen) Handelingen TK 2003/2004, nr. 91, blz: 5905-5906 -
30 juni 2004
behandeling Handelingen TK 2003/2004, nr. 90, blz: 5775-5783