Dit wetsvoorstel bevat de begroting van uitgaven en ontvangsten van de Staten-Generaal voor 2008.
Het voorstel is op 18 december 2007 aangenomen door de Tweede Kamer. De fractie van de PVV stemde tegen.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 22 april 2008 als hamerstuk afgedaan.
De staatssecretaris van Binnenlandse en Koninkrijksrelaties heeft de Kamer bij brief van 14 maart 2008 (EK 31.200 IIA, A) geïnformeerd over de mogelijkheden tot herziening van de voorkeursdrempel bij de verkiezingen voor de Eerste Kamer en over de mogelijkheden om wijzigingen aan te brengen in de wijze waarop het aangaan van lijstverbindingen is geregeld voor de Eerste Kamerverkiezingen. Naar aanleiding van die brief heeft de Eerste Kamercommissie voor BZK/AZ vier kernvraagstukken benoemd en bij brief van 17 juni 2008 nadere vragen aan de staatssecretaris voorgelegd. De staatssecretaris heeft bij brief van 17 september 2008 de commissie haar antwoorden gestuurd. Beide brieven zijn opgenomen in het verslag van een schriftelijk overleg dat de commissie op 18 september 2008 heeft uitgebracht (EK 31.200 IIA, D).
De plenaire behandeling van deze briefwisseling vond plaats op 3 februari 2009. Tijdens dit debat zijn door het lid Noten (PvdA) c.s. drie moties over aspecten van de Eerste Kamerverkiezingen ingediend: EK 31.200 IIA, E, EK 31.200 IIA, F en EK 31.200 IIA, G. De stemmingen over deze moties vonden plaats op 10 februari 2009. De motie EK 31.200 IIA, E is na stemming bij zitten en opstaan aangenomen. De fractie-Yildirim stemde tegen. De moties EK 31.200 IIA, F en EK 31.200 IIA, G zijn na stemming bij zitten en opstaan met algemene stemmen aangenomen.
ingediend
18 september 2007titel
Vaststelling van de begrotingsstaat van de Staten-Generaal (IIA) voor het jaar 2008schriftelijke voorbereiding
ondertekening
inwerkingtreding
Met ingang van 1 januari van het jaar waarop de vaststelling van de begroting betrekking heeft. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na deze datum van 1 januari, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad, en werkt zij terug tot en met 1 januari