Met dit wetsvoorstel wordt de positie van de leraar in de school versterkt, zodat hij zijn kennis en bekwaamheden optimaal in dienst kan stellen van het onderwijs.
Daartoe introduceert het wetsvoorstel het begrip professionele ruimte, waaronder in elk geval wordt begrepen de interne zeggenschap van de leraar bij het ontwerp en de uitvoering van het onderwijskundig beleid en het beleid met betrekking tot de kwaliteit van het onderwijs. Het wetsvoorstel verplicht het bevoegd gezag met de leraren afspraken te maken over de wijze waarop de interne zeggenschap vorm wordt gegeven en deze afspraken vast te leggen in een professioneel statuut.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
De minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs heeft het wetsvoorstel bij brief van 30 mei 2022 (TK, 14) ingetrokken.
De minister-president, minister van Algemene Zaken had de Tweede Kamer bij brief van 17 januari 2022 (TK, 35.788, 109) geïnformeerd over het voornemen om dit wetsvoorstel in te trekken.
ingediend
28 mei 2010titel
Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra, de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs, de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en de Wet medezeggenschap op scholen in verband met de versterking van de positie van personeel dat is belast met het geven van onderwijsschriftelijke voorbereiding
ondertekening
- minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip
0
Er zijn geen documenten gevonden.