Met dit voorstel wordt het recht op een tegemoetkoming op grond van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) beperkt tot diegenen die deze, gelet op hun inkomen, het hardst nodig hebben om de extra kosten als gevolg van ziekte of handicap te kunnen dragen.
In de Wtcg wordt tot nu toe geen rekening gehouden met de financiële draagkracht, zoals dat bij diverse regelingen, bijvoorbeeld de zorgtoeslag, het geval is. Daardoor ontvangen ook mensen met relatief hoge inkomens een tegemoetkoming. Het recht op de tegemoetkoming wordt in dit voorstel afhankelijk gesteld van het inkomen van de rechthebbende en zijn partner. Als de rechthebbende nog minderjarig is, is zijn recht op de tegemoetkoming afhankelijk van de hoogte van het inkomen van zijn ouders, dan wel de ouder en diens (nieuwe) partner, die in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (gba) staan ingeschreven op hetzelfde woonadres.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel (EK 33.045, A) is op 22 december 2011 aangenomen door de Tweede Kamer. D66, VVD, SGP, CDA en PVV stemden voor.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 3 april 2012 als hamerstuk afgedaan. SP, GroenLinks, PvdA en PvdD is daarbij aantekening verleend.
ingediend
11 oktober 2011titel
Wijziging van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten teneinde het recht op een tegemoetkoming afhankelijk te maken van de draagkrachtschriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, met dien verstande dat de wet buiten toepassing blijft ten aanzien van tegemoetkomingen die betrekking hebben op de kalenderjaren die voor dat tijdstip zijn gelegen.
1