Dit voorstel bevat diverse wijzigingen van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) en een aantal andere wetten. De voorgestelde wijzigingen zijn van toepassing op gemeenschappelijke regelingen tussen (bestuursorganen van) gemeenten, provincies, waterschappen en andere openbare lichamen (zoals het Rijk) en andere rechtspersonen.
Sinds 2005 zijn diverse discussies gevoerd over de Wgr naar aanleiding van signalen uit de samenwerkingspraktijk, onderzoeksrapporten en wetenschappelijke publicaties. De discussie ging in de eerste plaats over de juridische vormgeving van samenwerking tussen decentrale overheden. Een ander onderwerp, waarover discussie werd gevoerd is de democratische controle op gemeenschappelijke regelingen. Op basis van deze discussies en onderzoeken is het besluit genomen om de Wgr aan te passen.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel (EK 33.597, A) is op 25 maart 2014 aangenomen door de Tweede Kamer. PVV, Van Vliet, Bontes, SGP, CDA, ChristenUnie, VVD, 50PLUS, D66, GroenLinks, PvdA en SP stemden voor.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 8 juli 2014 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
3 april 2013titel
Wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen en een aantal andere wetten in verband met de dualisering van het gemeente- en provinciebestuur en de invoering van een bedrijfsvoeringsorganisatie met rechtspersoonlijkheid, alsmede regeling van diverse andere onderwerpenschriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld
8