E090240 - Besluit tot wijziging van het besluit van 12 maart 99 houdende vaststelling van regels betreffende verstrekking van persoonsgegevens door Europol aan derde staten en instanties Initiatief van Zweden
De akte is gebaseerd op artikel 18, lid 2 van de Europol-overeenkomst, dat de procedure voorschrijft voor het aannemen van regels betreffende de verstrekking van gegevens door Europol aan derde staten of instanties (bv. Interpol). Er is voorzien in evaluatie vanaf 1-1-2005.
Behandelfase Eerste Kamer: gepubliceerd in Europees publicatieblad.
commissie Eerste Kamer
beleidsterreinen
Het betrof geen agendapunt waarvoor instemming werd gevraagd.
Het betrof geen agendapunt waarvoor instemming werd gevraagd. Wel werd nog door dhr. Vos gesteld dat de bevoegdheden van de directeur Europol erg ver reiken. De minister gaf aan dat het om uitzonderlijke gevallen moet gaan en gaf aan dat de directeur bijv. na 11 september informatie heeft uitgewisseld met de VS.
De akte is gebaseerd op artikel 18, lid 2 van de Europol-overeenkomst, dat de procedure voorschrijft voor het aannemen van regels betreffende de verstrekking van gegevens door Europol aan derde staten of instanties (bv. Interpol). Er is voorzien in evaluatie vanaf 1-1-2005.
Deze akte werd vastgesteld tijdens de JBZ-Raad van 28 februari 2002 en trad in werking op 1 maart 2002. De evaluatie werd vervroegd naar 1-1-2004.
Het EP heeft op 13 november 2001 advies uitgebracht . Het EP stelt art 1bis voor waarin wordt vastgelegd dat Europol ook aan instanties die aan de EU gerelateerd zijn gegevens kan doorgeven (EP doelt dan op Eurojust). Verder wenst het EP de evaluatie te vervroegen naar 1-1-2003.
Verder voegt het EP een overweging in over de op handen zijnde hervorming, o.m. herziening Europol-overeenkomst waarbij ook het democratisch toezicht verbeterd moet worden. In afwachting daarvan kan het EP leven met dit besluit.