T03303

Toezegging Bij periodieke trainingen aandacht voor onwenselijk bijtgedrag politiehonden in de nek en het gezicht (34.641)



De minister van Justitie en Veiligheid zegt de Kamer toe, naar aanleiding van vragen van de leden Recourt (PvdA), Dittrich (D66) en Baay-Timmerman (50PLUS), om de kwestie ‘bijtgedrag van politiehonden in de nek en het gezicht’, onder de aandacht van de politie te brengen en ook tijdens de periodieke training hier extra aandacht aan te laten besteden.


Kerngegevens

Nummer T03303
Status voldaan
Datum toezegging 30 maart 2021
Deadline 1 juli 2022
Verantwoordelijke(n) Minister van Justitie en Veiligheid
Kamerleden Mr. M.H.H. Baay-Timmerman (50PLUS)
mr. B.O. Dittrich (D66)
mr. J. Recourt (GroenLinks-PvdA)
Commissie commissie voor Justitie en Veiligheid (J&V)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Onderwerpen Geweldsaanwending opsporingsambtenaar
politie
politiehonden
Kamerstukken Geweldsaanwending opsporingsambtenaar (34.641)


Uit de stukken

Handelingen I 2020/21, nr. 32, item 3 - blz. 5

De heer Recourt (PvdA):

(…)

‘Voorzitter. Mijn fractie snapt dat een agent handelingsperspectief moet hebben als hij mogelijk geweld moet gebruiken. Soms zelfs is kort ingrijpen met iets meer geweld per saldo veiliger voor iedereen dan langduriger of risicovoller optreden op een lager geweldsniveau. De andere kant is dat de minister in antwoord op onze vragen waarom de ambtsinstructie geen nauwere grenzen kent, altijd wel weer een voorbeeld uit de hoge hoed weet te toveren waarin zo’n grens nou net niet uitkomt. Het gevolg is dat ernstig geweld, bijvoorbeeld het gebruik van de politiehond in een kleine ruimte als een auto, kan worden gebruikt. De redenering van de regering volgend kun je kun je de ambtsinstructie dan beter afschaffen en alle geweld alleen maar toetsen aan die grenzen van proportionaliteit en subsidiariteit. Dit kan natuurlijk niet de bedoeling zijn.’

Handelingen I 2020/21, nr. 32, item 3 - blz. 12

De heer Dittrich (D66):

(…)

‘De minister schrijft dat bij de training van politiehonden niet geleerd wordt dat de hond in de nek of het gezicht moet bijten. Maar we hebben een instructiefilm van de politie Rotterdam gezien. Daar blijkt uit dat er wel getraind wordt met een politiehond die door een open autoraam de wagen in springt om te bijten, met het risico van bijtwonden in gezicht en nek. Hier wreekt zich dat er geen dienstvoorschriften voor de inzet van de politiehond meer zijn sinds de komst van de nationale politie. Dus de vraag aan de minister is: is de minister ertoe bereid dat hier in de training ook aandacht voor komt? Als ik het goed begrepen heb, heeft de heer Recourt ook gesproken over dit thema.’

(…)

Handelingen 2020/2021 nr. 35, item 3, blz 6

Mevrouw Baay-Timmerman (50PLUS):

(…)

‘Zowel collega’s Recourt als Dittrich wezen al op het ontbreken van deugdelijke criteria voor de inzetbaarheid van de politiehond. Mijn fractie sluit zich aan bij de door hen gestelde vragen.’

Handelingen 2020/21, nr. 35, item 7, blz 14

Minister Grapperhaus:

(…)

‘Voorzitter. Ik ga er snel doorheen. Ik moet bijvoorbeeld nog ingaan op de politiehond. Tegen de heer Dittrich en mevrouw Baay zeg ik dat het bijten in de nek of het gezicht tijdens de opleiding niet wordt aangeleerd. Een hond zakt tijdens de keuring voor het examen als hij een beet doet in een ander lichaamsdeel dan een arm of been. Maar ik zal het bij de politie, ook gewoon naar aanleiding van uw vragen, opnieuw onder de aandacht brengen, en ik zal vragen om daar tijdens de periodieke training extra aandacht aan te besteden.’

(…)


Brondocumenten


Historie