E090062 - Mededeling: Naar doelgerichtere steun voor landbouwers in gebieden met natuurlijke handicaps
Lidstaten kunnen drie typen LFA (Less Favoured Area) gebieden aanwijzen: berggebieden; andere ('intermediate') probleemgebieden en gebieden met specifieke nadelen. Deze mededeling betreft de zogeheten intermediate LFA's.
Behandelfase Eerste Kamer: behandeling in Eerste Kamer afgerond.
document Europese Commissie
COM(2009)161, d.d. 21 april 2009
commissie Eerste Kamer
beleidsterreinen
De commissie voor Europese Samenwerkingsorganisaties (ESO) besloot op 26 mei 2009 dat zij onderhavige mededeling ter informatie aan de commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) willen doen toekomen.
Tijdens de commissievergadering op 9 juni 2009 werd besloten onderhavige mededeling plus de mededeling 'Een vereenvoudigd GLB voor Europa - in het voordeel van iedereen'(zie E090057) opnieuw te agenderen in haar vergadering van 23 juni 2009 in het bredere verband van de hervorming van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid.
Het lid Benedictus (CDA) zal op basis van zijn inbreng en hetgeen in de commissie is besproken op 23 juni 2009 een conceptbrief van de commissie aan de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit opstellen. De brief werd op 30 juni 2009 verstuurd aan de minister van LNV. Op 15 juli 2009 heeft de minister de vragen per brief beantwoord.
Na bespreking van de reactie op 8 september 2009 besloot de commissie dat de zorgen omtrent het behoud van de cruciale sectoren in Nederland met de minister van LNV zullen worden gedeeld en marge van het mondeling overleg van 22 september 2009 . De minister werd gevraagd wat de concrete betekenis kan zijn van de bestaande interventie-mechanismen voor deze sectoren.
-
-
brief minister met toelichting Onderdeel kamerstuk 22112, CY Ministerie van LNV - 22.112, GLB/2009/93
15 juli 2009 -
-
-
-
Op 17 juni 2009 vond er een algemeen overleg plaats met de minister van LNV over onder andere het BNC-fiche dat regering heeft opgesteld met betrekking tot onderhavige mededeling.
Nederland beoordeelt de mededeling positief. Door de herziening kan de doeltreffendheid en doelmatigheid van de LFA systematiek substantieel worden verhoogd omdat steun gerichter kan worden toegedeeld. Terwijl dit ook een evenwichtigere verdeling van de EU-subsidies ten goede kan komen.
Nederland maakt geen gebruik van de intermediate LFA. De herziening van de intermediate LFA naar 'areas with natural handicaps' kan voor Nederland interessant zijn. Het is bijvoorbeeld wellicht mogelijk om op basis van het criterium 'Soil drainage' de veenweidegebieden in het noorden en westen van Nederland onder te brengen als 'areas with natural handicaps'. Hierdoor komt ruimte vrij in de categorie specifieke handicaps, waar Nederland nu gebruik van maakt en waarvoor een maximum geldt van 10% van het landoppervlak. Het voordeel van een verschuiving is dat er een duidelijk onderscheid komt tussen verschillende type probleemgebieden, waarbij de categorie specifieke handicaps ingezet kan worden voor gebieden met een specifiek Nederlands probleem zoals de strijd tegen de stijgende zeewaterspiegel of de hoge stedelijke druk op de landbouwgronden. Nu vallen ook de gebieden met natuurlijke handicaps in de categorie specifieke handicaps. Daarnaast is er in totaal meer probleemgebied aan te wijzen, dit heeft echter wel gevolgen voor de verdeling van middelen uit de nationale enveloppe. Het is echter nog niet zeker of de Nederlandse gebieden naast de 8 bio-fysieke criteria ook voldoen aan de door de Commissie beoogde aanvullende productie gerelateerde indicatoren zoals gemiddelde opbrengst of veedichtheid. Met deze productie gerelateerde criteria wil de Commissie voorkomen dat steun wordt gericht op gebieden die hun natuurlijk handicap met behulp van technische oplossingen hebben overwonnen. Over ongeveer een half jaar zal de Commissie met uitgewerkte voorstellen komen.
Uit de hierboven genoemde redenen vindt Nederland het wenselijk dat lidstaten de Commissie zo spoedig mogelijk een kaart aanbieden met daarop een uitwerking van de criteria voor intermediate LFAs.
Lidstaten kunnen drie typen LFA (Less Favoured Area) gebieden aanwijzen: berggebieden; andere ('intermediate') probleemgebieden en gebieden met specifieke nadelen. Deze mededeling betreft de zogeheten intermediate LFA's. Ongeveer 31% van het Europese landbouwareaal is geclassificeerd als intermediate LFA gebied. De aanwijzing van deze gebieden gebeurde tot op heden op basis van een brede set aan sociaal-economische criteria. De Europese Rekenkamer heeft in 2003 aangegeven dat de criteriaset van de intermediate LFA gewijzigd zou moeten worden, omdat boeren met de huidige set criteria ongelijk behandeld worden en de steun niet doelgericht ingezet kan worden.
De Commissie kreeg de opdracht om het LFA beleid te heroverwegen en in 2010 te starten met 'areas with natural handicaps' in plaats van de op basis van sociaal-economische criteria aangewezen intermediate LFA's. De mededeling is een stand van zaken omdat het de Commissie niet gelukt is om criteria te benoemen en gegevens te verzamelen die leiden tot een nieuw systeem om gebieden met een natuurlijke handicap te begrenzen. Er is wel een criteriaset gemaakt gebaseerd op fysieke indicatoren, zoals bodem en klimatologische omstandigheden, maar het ontbrak aan gegevens om op basis daarvan daadwerkelijk te komen tot gebiedsbegrenzing. Er wordt een oproep gedaan aan de lidstaten om voor eind oktober 2009 een gedetailleerde 'bio-physical map' (kaart van bio fysieke gebieden) aan te leveren van de gebieden die voldoen aan de criteriaset van fysieke indicatoren.
In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.
In de databank OEIL van het Europees Parlement wordt de laatste stand van zaken in de behandeling van het voorstel weergegeven.
In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.