Dit wetsvoorstel geeft uitvoering aan twee EU-verordeningen: Verordening (EU) 2019/6 van het Europees parlement en de Raad van 11 december 2018 betreffende diergeneesmiddelen en Verordening 2019/4 van het Europees parlement en de Raad van 11 december 2018 betreffende de vervaardiging, het in de handel brengen en het gebruik van gemedicineerde diervoeders.
Met de nieuwe diergeneesmiddelenverordening wordt het diergeneesmiddelenstelsel dat gebaseerd was op de diergeneesmiddelenrichtlijn in grote lijnen gehandhaafd. De diergeneesmiddelenverordening maakt het stelsel efficiënter, toegankelijker en eenvoudiger voor de producenten en vergunninghouders van diergeneesmiddelen, maar ook voor de gebruikers van diergeneesmiddelen. Nieuw in deze verordening is de komst van een aantal databanken, waarvan de diergeneesmiddelendatabank de belangrijkste is. Deze databank vormt de ruggengraat van de verordening en zal de vindbaarheid en beschikbaarheid van diergeneesmiddelen sterk verbeteren. Verder zal deze verordening voor harmonisatie van het diergeneesmiddelenstelsel zorgen. Deze harmonisatie zal ook belangrijk zijn voor de dierenartsen, want het voorschrijven van diergeneesmiddelen wordt met de diergeneesmiddelenverordening verregaand geharmoniseerd, en dan met name voor antibiotica.
De Tweede Kamer heeft het voorstel (TK, 2) op 8 juli 2021 als hamerstuk afgedaan.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 13 juli 2021 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
3 december 2020titel
Wijziging van de Wet dieren in verband met de uitvoering van de herziene Europese wetgeving over diergeneesmiddelen en gemedicineerde diervoedersschriftelijke voorbereiding
ondertekening
- minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
inwerkingtreding
Deze wet treedt in werking met ingang van 28 januari 2022. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 28 januari 2022, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.