In de eerste 125 jaar na de oprichting van de Staten-Generaal konden de burgers in het land, als zij tenminste niet zelf op de publieke tribune gingen zitten, alleen via de gedrukte media kennisnemen van het parlementaire nieuws. In deze periode ontwikkelde de parlementaire verslaggeving zich tot een aparte discipline binnen de journalistiek, die haar eigen pagina’s kreeg in de dag- en weekbladen.


Journalistieke genres

Naast kritische of juist lovende verslagen van de debatten verschenen er ook sfeerimpressies en portretten van de Kamerleden. Er waren serieuze portretten en grappig bedoelde karakterschetsen. Het parlementaire proces stond uiteraard ook volop in de aandacht van spotprenttekenaars. Zij waren vooral in de decennia rond 1900 erg populair.


De schrijvende pers in de twintigste eeuw

Vanaf de jaren twintig werd de journalistiek tijdelijk wat volgzamer. De hoofdredacteuren van veel kranten waren gelieerd aan een politieke partij. Zij stonden in nauw contact met de politieke leiders van dat moment. In de jaren zestig, de jaren van de ontzuiling, begonnen journalisten weer meer afstand te nemen. De schrijvende pers nam vanaf dat moment ook enorm in omvang toe op het Binnenhof, van rond de 30 journalisten in 1960 tot 130 in 1990.


Het democratische proces

Hoewel media in gedrukte vorm terrein verliezen, blijft de schrijvende pers ook tegenwoordig een belangrijke rol spelen bij het controleren van de politiek. Zij zorgt voor de verdieping die andere media niet kunnen bieden. Of daar in de toekomst nog papier aan te pas zal komen, maakt voor het democratische proces eigenlijk niets uit.