E230013
  ruit icoon
Laatste revisie: 19-04-2024

E230013 - Voorstel voor een richtlijn inzake bodemmonitoring



Op 5 juli 2023 heeft de Europese Commissie een wetgevend voorstel over de bodemgezondheid goedgekeurd. Het voorstel biedt een geharmoniseerde definitie van bodemgezondheid, voorziet in een alomvattend en samenhangend monitoringkader en bevordert duurzaam bodembeheer en sanering van verontreinigde locaties.


Stand van zaken

Behandelfase Eerste Kamer: behandeling in commissie Eerste Kamer.

nationaal

Op 4 april 2024 stuurde de Europese Commissie een antwoord op het subsidiariteitsbezwaar (36.397, F herdruk). Het antwoord wordt op 23 april 2024 besproken.

Europees

Op 14 maart 2024 stuurden de minister van I&W en de minister voor K&E de geannoteerde agenda voor de Milieuraad van 25 maart 2024 naar de Kamer (21501-08, P). De ministers geven aan dat het Belgisch voorzitterschap inzet op het bereiken van een algemene oriëntatie op de Milieuraad van 17 juni 2024. Het lijkt erop dat de meeste landen over het algemeen voorstander zijn van de richtlijn. Hierdoor is het volgens de ministers nog onzeker of het vormen van een blokkerende minderheid op alle Nederlandse zorgpunten een mogelijkheid is. Zij geven wel aan dat ze zich onverminderd inzetten om het voorstel dusdanig aangepast te krijgen zodat de zorgpunten voldoende worden weggenomen.


Kerngegevens

volledige titel

Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake bodemmonitoring en bodemveerkracht (Wet bodemmonitoring)

document Europese Commissie

COM(2023)416PDF-document, d.d. 5 juli 2023

commissie Eerste Kamer

beleidsterrein


Behandeling Eerste Kamer

Op 4 april 2024 stuurde de Europese Commissie een antwoord op het subsidiariteitsbezwaar (36.397, F herdruk). Het antwoord wordt op 23 april 2024 besproken.

Op 19 maart 2024 besloot de commissie op 21 maart 2024 inbreng te leveren voor schriftelijk overleg over de Milieuraad van 25 maart 2024.

Op 5 maart 2024 nam de commissie IWO de brief van de Europese Commissie voor kennisgeving aan en besloot de officiële beantwoording van het subsidiariteitsbezwaar af te wachten.

Op 12 februari 2024 ontving de commissievoorzitter Europese Zaken een brief van het Secretariaat-Generaal van de Europese Commissie waarin zij vermeldde dat er door een administratieve fout nog geen antwoord op het subsidiariteitsbezwaar was opgesteld (36.397, E).

Op 30 januari 2024 nam de commissie het antwoord van de staatssecretaris van I&W voor kennisgeving aan.

Op 15 januari 2024 stuurde de staatssecretaris van I&W een antwoord op de brief met vragen en werd het verslag van schriftelijk overleg vastgesteld (36.397, D). De commissie bespreekt het antwoord op 30 januari 2024.

Op 14 december 2023 is de brief met vragen over de geannoteerde agenda van de Milieuraad van 18 december 2023 verstuurd naar de staatssecretaris van I&W.

Op 13 december 2023 besloten de fracties van GroenLinks-PvdA (Thijssen) en BBB (Van Langen-Visbeek) inbreng te leveren voor schriftelijk overleg over de Milieuraad van 18 december 2023, waar onder andere de richtlijn bodemmonitoring zal worden besproken.

Op 11 oktober 2023 is het subsidiariteitsbezwaar verzonden aan de Europese Commissie (36.397, C).

Op 10 oktober 2023 nam de Eerste Kamer een subsidiariteitsbezwaar aan over het voorstel (36.397, A).

Op 3 oktober 2023 besprak de commissie de mogelijkheid om voor het voorstel een subsidiariteitsbezwaar aan de Europese Commissie, het Europees Parlement en de Raad uit te brengen. Een meerderheid stemde ermee in om een conceptbrief met een subsidiariteitsbezwaar ter vaststelling aan de Kamer voor te leggen.

Op 11 juli 2023 besloot de commissie Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving het voorstel in behandeling te nemen en opnieuw te agenderen wanneer het BNC-fiche de Kamer is toegezonden.


Behandeling Tweede Kamer

Op 3 oktober 2023 stemde de Tweede Kamer plenair in met het subsidiariteitsbezwaar, met aantekening van de fracties van de Partij voor de Dieren en D66 (36.397, 2).

Op 13 september 2023 besloot de commissie van I&W aan de Tweede Kamer een subsidiariteitsbezwaar voor te leggen voor stemming (36.397, 1).

Op 5 juli 2023 besloot de commissie Infrastructuur en Waterstaat (I&W) de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat te verzoeken geen onomkeerbare stappen te zetten in de onderhandelingen ten aanzien van het EU-voorstel, voordat er in een commissiedebat Milieuraad over gesproken kan worden. Ook stemde de commissie in met het uitvoeren van een subsidiariteitstoets. Op 28 augustus konden fracties hiervoor input leveren.


Standpunt Nederlandse regering

Op 6 oktober 2023 ontving de Eerste Kamer het BNC-fiche over de richtlijn bodemmonitoring. Het kabinet geeft hierin aan het doel van het voorstel, namelijk het blijvend verbeteren van bodemherstel door bodembeheer en het terugdringen van bodemverontreiniging, te verwelkomen. Het kabinet geeft hierbij aan dat het voorstel in zijn huidige vorm kansen biedt om de trend naar bodemherstel in te zetten. Het voorstel van de Commissie sluit aan bij de Nederlandse inzet op de Europese Green Deal en bij de ontwikkelingen in het Nederlandse bodembeleid.

Ten aanzien van de bevoegdheid van het voorstel, heeft het kabinet een positief oordeel. Het voorstel is gebaseerd op artikel 192, lid 1 VWEU. Op basis van dit artikel stellen de Raad en het Europees Parlement (EP) volgens de gewone wetgevingsprocedure onder andere de activiteiten vast ter behoud, bescherming en verbetering van de kwaliteit van milieu en ter bevordering op internationaal vlak van maatregelen om het hoofd te bieden aan regionale of mondiale milieuproblemen, en in het bijzonder de bestrijding van klimaatverandering. Volgens het kabinet past het voorstel binnen deze doelstellingen.

Ook over de subsidiariteit van het voorstel oordeelt het kabinet positief. De richtlijn heeft tot langetermijndoel gezonde en veerkrachtige bodems in 2050 te realiseren. Het kabinet geeft aan dat gezien de grensoverschrijdende rol van de bodem ten aanzien van het klimaat en biodiversiteit en de interniaotnlae uitdagingen rond verontreiniging, de doelstellingen van het voorgestelde optreden door de lidstaten onvoldoende op centraal, regionaal of lokaal niveau verwezenlijkt kunnen worden. Daarbij is volgens het kabinet Europese regelgeving nodig, om zo te kunnen beoordelen of bodems in de Unie gezond zijn.

Wat betreft de proportionaliteit van het voorstel heeft het kabinet een deels negatief, deels positief oordeel. Om de doelstellingen uit het voorstel te realiseren, oordeelt het kabinet een deel van de daartoe voorgetelde maatregelen positief. Dit betreft de monitoring, het beoordelen van de bodemgezondheid en het opstellen van beheermaatregelen. Deze maatregelen gaan volgens het kabinet niet verder dan nodig is om het doel van het voorstel te bereiken. Echter heeft het kabinet een negatief oordeel over een ander deel van de voorgestelde maatregelen, die wel verder gaan dan nodig is. Zo vindt het kabinet het van belang dat de lidstaten voldoende ruimte behouden om de inrichting van de monitoring aan te kunnen sluiten op bestaande monitoring. Daarnaast is het voor het kabinet van belang dat voldoende flexibiliteit wordt geboden om rekening te huoden met de specifieke situatie in een lidstaat. Zo vindt zij dat het voorgestelde streven naar compensatie bij bodembedekking en het voorgestelde one out all out principe verder gaan dan nodig is.

Binnen het krachtenveld zijn de reacties wisselend. Een aantal lidstaten is voor een ambitieuze richtlijn. Andere lidstaten hebben vraagtekens bij de subsidiariteit en proportionaliteit van het voorstel en vragen zich af of een bodemrichtlijn nodig is ten opzichte van al lopende acties onder het GLB en de Kaderrichtlijn Water. Meerdere lidstaten zitten op de lijn van het kabinet om ruimte te laten voor nationale omstandigheden en maatwerk. In het EP is in 2021 een resolutie aangenomen waarin de Commissie wordt opgeroepen om met bodemwetgeving te komen. Een aantal leden van het EP heeft aangegeven dat het voorstel niet ambitieus genoeg is.


Samenvatting voorstel Europese Commissie

Op 5 juli 2023 heeft de Europese Commissie een pakket maatregelen voor een duurzaam gebruik van belangrijke natuurlijke hulpbronnen goedgekeurd, dat ook de veerkracht van de voedselsystemen en de landbouw van de EU zal versterken.

Eén van deze voorstellen is een wetgevend voorstel over de bodemgezondheid. Het voorstel is aangekondigd in de EU-bodemstrategie voor 2030, die op 17 november 2021 verscheen. Die strategie beoogt dat tegen 2050 alle bodems in een gezonde toestand zijn gebracht, en dat bescherming, duurzaam gebruik en herstel van bodems de norm is. Het voorstel biedt een geharmoniseerde definitie van bodemgezondheid, voorziet in een alomvattend en samenhangend monitoringkader en bevordert duurzaam bodembeheer en sanering van verontreinigde locaties. Verder brengt het voorstel verschillende bronnen van bodemgegevens samen: gegevens over bodembemonstering uit de Land Use and Coverage Area frame Survey (LUCAS) van de EU worden gecombineerd met satellietgegevens van Copernicus en nationale en particuliere gegevens.


Behandeling Raad

Op 14 maart 2024 stuurden de minister van I&W en de minister voor K&E de geannoteerde agenda voor de Milieuraad van 25 maart 2024 naar de Kamer (21501-08, P). De ministers geven aan dat het Belgisch voorzitterschap inzet op het bereiken van een algemene oriëntatie op de Milieuraad van 17 juni 2024. Het lijkt erop dat de meeste landen over het algemeen voorstander zijn van de richtlijn. Hierdoor is het volgens de ministers nog onzeker of het vormen van een blokkerende minderheid op alle Nederlandse zorgpunten een mogelijkheid is. Zij geven wel aan dat ze zich onverminderd inzetten om het voorstel dusdanig aangepast te krijgen zodat de zorgpunten voldoende worden weggenomen.

Op 18 december 2023 zal tijdens de Milieuraad een eerste beleidsdebat plaatsvinden over de richtlijn (21.501-08, N).In het verslag van de Milieuraad van 18 december 2023 (21501-08, O) gaf de staatssecretaris van I&W aan dat er tijdens het eerste beleidsdebat melding is gemaakt van de subsidiariteitsbezwaren van de Eerste en Tweede Kamer. Tevens meldde de staatssecretaris dat het streven is om op 17 juni 2024 een algemene orientatie te bereiken over het voorstel.

Op 18 september 2023 presenteerde de Europese Commissie het voorstel voor een richtlijn inzake bodemmonitoring voor het eerst in de Landbouw- en Visserijraad (21.501-32, 1574). Ook vond er een eerste beleidsdebat plaats over het voorstel.

In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.


Behandeling Europees Parlement

De commissie voor Milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (ENVI) van het Europees Parlement behandelt het voorstel. De commissies voor Landbouw en Plattelandsontwikkeling (AGRI), Regionale ontwikkeling (REGI), Juridische Zaken (JURI) en Industrie, onderzoek en energie (ITRE) zijn aangesteld als adviescommissies.

In de databank OEIL van het Europees Parlement wordt de laatste stand van zaken in de behandeling van het voorstel weergegeven.


Standpunten andere lidstaten (IPEX)

Op 13 december 2023 nam de Italiaanse Senaat een resolutiePDF-document aan over de richtlijn bodemmonitoring.

Op 29 november 2023 nam de Tsjechische Senaat een resolutiePDF-document aan over de richtlijn bodemmonitoring.

Op 4 oktober 2023 stuurde het Oostenrijkse parlement een politieke dialoogPDF-document aan de Europese Commissie over de richtlijn bodemmonitoring.

In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.


Alle bronnen