E240007 - Voorstel voor een richtlijn inzake Hoofdhuisbelasting voor mkb-ondernemingen
Op 12 september 2023 presenteerde de Europese Commissie het voorstel voor een richtlijn inzake Hoofdhuisbelasting voor mkb-ondernemingen. Het voorstel beoogt de fiscale obstakels voor het midden- en kleinbedrijf (mkb) bij hun activiteiten in andere lidstaten weg te nemen.
Behandelfase Eerste Kamer: behandeling in Eerste Kamer afgerond.
nationaal
Op 2 april 2024 besloot de commissie de beantwoording van de staatssecretaris van Financiën - Fiscaliteit en Belastingdienst (EK, B) voor kennisgeving aan te nemen.
Europees
Op 28 februari 2024 diende de commissie Econ van het Europees Parlement het verslag in voor plenaire behandeling in eerste lezing.
volledige titel
Voorstel voor een Richtlijn van de Raad tot vaststelling van een belastingstelsel voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen volgens de regels van de lidstaat van het hoofdkantoor en tot wijziging van Richtlijn 2011/16/EU
document Europese Commissie
COM(2023)528, d.d. 12 september 2023
commissie Eerste Kamer
Op 2 april 2024 besloot de commissie de beantwoording van de staatssecretaris van Financiën - Fiscaliteit en Belastingdienst (EK, B) voor kennisgeving aan te nemen.
Op 25 maart 2024 stuurde de staatssecretaris van Financiën - Fiscaliteit en Belastingdienst een antwoord op de brief van 22 februari 2024. Op 26 maart 2024 werd het verslag van een schriftelijk overleg (EK, B) vastgesteld.
Op 22 februari werd de brief verzonden aan de minister van Financiën.
Op 13 februari 2024 werd inbreng voor schriftelijk overleg met de regering geleverd door de fracties BBB (Heijnen) en VVD (Geerdink).
Op 30 januari 2024 besloot de commissie op 13 februari 2024 inbreng te leveren voor schriftelijk overleg met de regering en/of de Europese Commissie.
Op verzoek van het lid Geerdink (VVD) tijdens de commissievergadering van 16 januari 2024 zal het voorstel de eerstvolgende vergadering ter bespreking worden geagendeerd.
Op 17 januari 2024 stelde de vaste commissie voor Financiën vragen over het voorstel. Op 16 februari 2024 stuurde de staatssecretaris van Financiën - Fiscaliteit en Belastingdienst een antwoord (22.112, 3894). De brief wordt betrokken bij het commissiedebat Internationale fiscaliteit op 4 april 2024.
Het BNC-fiche over het voorstel is op 24 november 2023 aan de Kamer verzonden. Het kabinet staat achter de doelen van de Commissie om barrières voor het mkb weg te nemen, maar twijfelt of de voorgestelde maatregelen voldoende voordelen bieden. Zo vreest het kabinet dat het voorstel fiscale arbitragemogelijkheden voor mkb-ondernemingen kan creëren en problemen kan veroorzaken met zowel nationale anti-misbruikwetgeving als belastingverdragen tussen lidstaten. Het ziet ook nadelen in potentiële fiscaal gedreven herstructureringen en concurrentieverstoring tussen internationaal en nationaal georiënteerde mkb-ondernemingen. Het kabinet acht de voorgestelde reikwijdte te beperkt en zet vraagtekens bij de uitvoerbaarheid van het voorstel. Ten slotte voorziet het wat het krachtenveld betreft dat meer lidstaten terughoudend zullen zijn ten opzichte van de gevolgen van het voorstel, gezien de mogelijkheid van fiscale arbitrage.
Het kabinet oordeelt positief over de bevoegdheid van de EU. De bevoegdheid voor de voorgestelde richtlijn is gebaseerd op artikel 115 van het VWEU, dat de EU de mogelijkheid geeft richtlijnen vast te stellen voor de harmonisatie van wetgeving die direct van invloed is op de interne markt. Aangezien het voorstel gericht is op het versterken van de interne markt, valt het binnen de gedeelde bevoegdheid van de EU op het gebied van belastingen die de interne markt beïnvloeden (artikel 4, lid 2, sub a, VWEU).
Ook het oordeel van het kabinet ten aanzien van de subsidiariteit is positief. Lidstaten kunnen het doel van het voorstel volgens het kabinet onvoldoende op eigen niveau bereiken. Een geharmoniseerde aanpak op EU-niveau kan belemmeringen op de interne markt wegenemen en grensoverschrijdend ondernemen binnen de EU bevorderen. Daarom acht het kabinet optreden op EU-niveau gerechtvaardigd.
Het kabinet is deels positief, deels negatief over de proportionaliteit van het voorstel. Het doel van het voorstel, het verminderen van administratieve fiscale lasten voor mkb-ondernemingen die in meerdere EU-lidstaten actief zijn, wordt naar verwachting bereikt. Het voorstel laat voldoende ruimte aan lidstaten om hun eigen vennootschapsbelastingregels toe te passen, terwijl ze tegelijkertijd elkaars grondslagbepalingen accepteren. Het kabinet is echter van mening dat de voorgestelde maatregelen verder gaan dan noodzakelijk, met name vanwege de keuze voor het hoofdhuisregime. Dit regime kan inbreuk maken op beleidskeuzes van lidstaten en concurrentieverstorende gevolgen op EU-niveau met zich mee brengen. Het voorstel bevoordeelt een specifiek deel van het mkb ten opzichte van het geheel, wat het kabinet als niet proportioneel beschouwt.
-
brief van de minister van BuZa inzake het BNC-fiche over het voorstel voor een Richtlijn Hoofdhuisbelasting voor mkb-ondernemingen 36.500, EK, A
24 november 2023 Bevat bijlagen
De Europese Commissie heeft op 12 september 2023 een voorstel gepresenteerd dat zakendoen voor kleine en middelgrote ondernemingen (mkb) op de interne markt eenvoudiger moet maken. Volgens de Commissie hebben deze ondernemingen disproportioneel veel last van hoge nalevingskosten en belastingonzekerheid bij hun grensoverschrijdende activiteiten.
De Commissie wil daarom dat mkb-bedrijven die grensoverschrijdend opereren, kunnen kiezen voor het zogenaamde head office taxation (hoofdhuisregime), waarbij ze slechts één vennootschapsbelastingaangifte hoeven te doen in de lidstaat van hun hoofdkantoor. Deze aangifte bevat tevens de resultaten van hun vaste vestigingen in andere lidstaten. Hiermee wil de Europese Commissie kleine en middelgrote ondernemingen de mogelijkheid bieden om de meest geschikte belastingregeling te kiezen voor hun bedrijfsactiviteiten, waarbij ze rekening kunnen houden met de kosten van naleving en administratieve complexiteit.
De richtlijn is bedoeld voor mkb-ondernemingen die aan specifieke criteria voldoen en biedt hen een keuze voor het hoofdhuisregime gedurende een periode van vijf jaar, met de mogelijkheid tot verlenging. De belastingdienst van de hoofdhuislidstaat legt het hoofdkantoor een belastingaanslag op, evenals een voorlopige aanslag voor elke vaste vestiging. Lidstaten zullen samenwerken bij het opleggen van belastingaanslagen en het verdelen van belastinginkomsten.
-
Voorstel voor een Richtlijn van de Raad tot vaststelling van een belastingstelsel voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen volgens de regels van de lidstaat van het hoofdkantoor en tot wijziging van Richtlijn 2011/16/EU voorstel Europese Commissie - COM(2023)528
12 september 2023
Het voorstel is nog niet behandeld in de Raad.
In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.
Op 28 februari 2024 diende de commissie het verslag in voor plenaire behandeling in eerste lezing.
Het voorstel wordt behandeld door de commissie voor Economische en monetaire zaken (ECON).
In de databank OEIL van het Europees Parlement wordt de laatste stand van zaken in de behandeling van het voorstel weergegeven.
-
Report on the proposal for a Council directive establishing a Head Office Tax system for micro, small and medium sized enterprises, and amending Directive 2011/16/EU [en] verslag Europees Parlement - PE755.999v02-00
28 februari 2024
Op 20 december 2023 diende het Zweedse parlement een subsidiariteitsbezwaar tegen het voorstel in.
In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.
-
Reasoned opinion from the Riksdag on COM(2023)528 [en] standpunt nationaal parlement 2105
20 december 2023