E150031
  klaver icoon
Laatste revisie: 29-08-2016

E150031 - Commissiemededeling inzake de overdracht van persoonsgegevens van de EU aan de VS naar aanleiding van het Schrems-arrest



Op 6 oktober 2015 oordeelde het Europees Hof van Justitie in de zaak Schrems dat de doorgifte van persoonsgegevens van de Europese Unie naar de VS op basis van de veiligehavenregeling niet langer is toegestaan. In deze mededeling worden de gevolgen van het arrest geanalyseerd en zet de Europese Commissie alternatieven uiteen voor trans-Atlantische gegevensoverdrachten in overeenstemming met het arrest en in afwachting van een nieuw kader.


Stand van zaken

Behandelfase Eerste Kamer: behandeling in Eerste Kamer afgerond.

nationaal

Op 12 april 2016 bespraken de commissies I&A/JBZ en V&J het verslag van een schriftelijk overleg met de minister van V&J d.d. 4 april 2016 inzake kabinetsappreciatie van het Schrems-arrest en de brief van de minister van V&J d.d. 6 april 2016 inzake aanbod technische briefing EU-VS Privacy Shield (zie E160016). De commissies namen het verslag van een schriftelijk overleg voor kennisgeving aan.

Europees

Tijdens de JBZ-Raad van 10-11 maart 2016 werd het EU-US Privacy Shield besproken.


Kerngegevens

volledige titel

Commissiemededeling over de doorgifte van persoonsgegevens van de EU naar de Verenigde Staten van Amerika krachtens Richtlijn 95/46/EG naar aanleiding van het arrest van het Hof van Justitie in zaak C-362/14 (Schrems)

document Europese Commissie

COM(2015)566PDF-document, d.d. 6 november 2015

commissie Eerste Kamer

beleidsterreinen

verwante dossiers


Behandeling Eerste Kamer

Op 29 april 2016 stuurde de minister van Veiligheid en Justitie een brief met de beoordeling van het EU-VS Privacy Shield, de opvolger van de Safe-Harbour overeenkomst die op 6 oktober 2015 door het Europese Hof van Justitie ongeldig werd verklaard in het Schrems-arrest. Verdere behandeling van de EU-VS Privacy Shield is te vinden in dossier E160016.

Op 12 april 2016 bespraken de commissies I&A/JBZ en V&J het verslag van een schriftelijk overleg met de minister van V&J d.d. 4 april 2016 inzake kabinetsappreciatie van het Schrems-arrest en de brief van de minister van V&J d.d. 6 april 2016 inzake aanbod technische briefing EU-VS Privacy Shield (zie E160016). De commissies namen het verslag van een schriftelijk overleg voor kennisgeving aan.

Op 8 april 2016 kreeg de Eerste Kamer een brief met een aanbod voor een technische briefing over het EU US Privacy Shield (de opvolger van de Safe-Harbour overeenkomst die door het Schrems-arrest ongeldig is verklaard), de commissies I&A/JBZ en V&J zullen deze brief op 12 april 2016 behandelen.

Op 1 april 2016 stuurde de minister van Veiligheid en Justitie een brief naar de Eerste Kamer met beantwoording van nadere vragen Eerste Kamer over het Schrems-arrest (34.353, D). De commissie I&A/JBZ en V&J zullen deze brief op 12 april 2016 behandelen.

Op 7 maart 2016 is de brief met nadere vragen van de SP-fractie inzake het Schrems-arrest naar de minister van Veiligheid en Justitie verstuurd (34.353, D).

Op 1 maart 2016 besprak de commissie het verslag van een schriftelijk overleg met de minister van V&J 27 januari 2016 inzake de kabinetsappreciatie van het Schrems-arrest en de brief van de minister van V&J 16 februari 2016 inzake ontwikkelingen onderhandelingen EU-VS gegevensbescherming. De commissie besloot beide brieven te betrekken bij het mondeling overleg met de minister van V&J op 8 maart 2016. Tevens levert de fractie van de SP naar aanleiding van het verslag van een schriftelijk overleg nadere schriftelijke inbreng.

Op 16 februari 2016 stuurde de minister van Veiligheid en Justitie een brief met de stand van zaken van de onderhandelingen tussen de VS en de EU inzake gegevensbescherming naar aanleiding van de uitspraak van de Europese Hof van Justitie over Safe Harbour.

Op 2 februari 2016 besprak de commissie I&A/JBZ de brief van de minister van Veiiligheid en Justitie van 27 januari 2016. De fractie van de SP wenst inbreng voor schriftelijk overleg te leveren op 1 maart 2016.

Op 27 januari 2016 heeft de minister van Veiligheid en Justitie gereageerd op de vragen van de commissie I&A/JBZ inzake het Schrems-arrest.

Op 21 december 2015 is de brief verstuurd naar de minister van Veiligheid en Justitie met vragen van de commissie I&A/JBZ naar aanleiding van de kabinetsappreciatie van het Schrems-arrest.

Op 8 december 2015 besloot de commissie I&A/JBZ om in schriftelijk overleg te treden met de regering over de Commissiemededeling inzake de overdracht van persoonsgegevens van de EU aan de VS naar aanleiding van het Schrems arrest en de brief van de minister van V&J van 30 november 2015 met een appreciatie van het Schrems-arrest.

Op 1 december 2015 gaf de VVD-fractie aan af te zien van de eerder aangekondigde schriftelijke inbreng inzake deze mededeling en de commissie I&A/JBZ besloot het agendapunt van 1 december 2015 aan te houden tot 8 december 2015.

Op 30 november 2015 stuurde de minister van Veiligheid en Justitie aan de Eerste Kamer een afschrift van een brief aan de Tweede Kamer over de gevolgen van de ongeldigverklaring Safe Harbourbeschikking, met daarbij een appreciatie van het arrest van de zaak Schrems.

Tijdens de commissievergadering van I&A/JBZ op 24 november 2015 gaf de VVD-fractie aan op 1 december 2015 inbreng te zullen leveren voor schriftelijk overleg met de regering en de Europese Commissie.

Voorafgaand aan de publicatie van deze mededeling heeft de fractie van D66 vragen gesteld over het Schrems-arrest in een brief aan de minister van Veiligheid en Justitie over gegevensbescherming, welke op 23 november 2015 is verstuurd.

Op 17 november 2015 heeft de commissie I&A/JBZ besloten deze mededeling op 24 november 2015 voor procedure te agenderen.


Behandeling Tweede Kamer

Op 18 mei 2016 vond een algemeen overleg plaats met de minister van Veiligheid en Justitie inzake privacy en de EU US Privacy Shield.

De minister van Veiligheid en Justitie heeft op 29 april 2016 een brief aan de Tweede Kamer gestuurd met de beoordeling van de EU -US Privacy Shield.

Op 2 december 2015 behandelde de Tweede Kamer commissie voor Veiligheid en Justitie dit voorstel tijdens het algemeen overleg over de JBZ-Raad van 3-4 december 2015.


Standpunt Nederlandse regering

De minister van Buitenlandse Zaken stuurde op 18 december 2015 het BNC-fiche aan de Kamer. De Mededeling beschrijft grotendeels het geldende recht op het gebied van de doorgifte van persoonsgegevens uit de EU naar de VS, na de uitspraak van het HvJEU van 6 oktober 2015. Het geldende recht behoeft geen appreciatie van het kabinet. Deze mededeling bevat geen nieuw beleid, wel wordt noodzakelijke nieuwe regelgeving aangekondigd. De in de mededeling aangekondigde aanpassing van de geldende toereikendheidsbesluiten die met derdelanden zijn gesloten, is puur een wetgevingstechnische zaak, die bovendien een eigenstandige bevoegdheid van de Commissie betreft.

Het kabinet is van mening dat de EU bevoegd is om regelgeving op het gebied van het delen van persoonsgegevens vast te stellen. Er is sprake van een bevoegdheid van de Commissie, gebaseerd op de art. 25 en 26 richtlijn 95/46/EG, om op te treden op het terrein van doorgifte van gegevens naar derde landen.

Ten aanzien van de subsidiariteit is het kabinet positief. De gegevensuitwisseling tussen bedrijven in de EU en Europese bedrijven gevestigd in de VS is het beste gediend bij maatregelen op Europees niveau. De subsidiariteit van dit voorstel wordt door Nederland daarom positief beoordeeld.

Het kabinet is positief over de proportionaliteit. Na de ongeldigverklaring van de Beschikking 2000/520/EG was de Commissie genoodzaakt om op te treden, om een vacuüm in regelgeving te voorkomen. Deze mededeling kondigt aan dat de Commissie de nodige nadere regelgeving gaat presenteren voor de doorgifte van gegevens naar de VS, en gaat daarmee niet verder dan nodig.


Samenvatting voorstel Europese Commissie

Op 6 oktober 2015 oordeelde het Europees Hof van Justitie in de zaak Schrems dat de doorgifte van persoonsgegevens van de Europese Unie naar de VS op basis van de veiligehavenregeling niet langer is toegestaan. In deze mededeling worden de gevolgen van het arrest geanalyseerd en zet de Europese Commissie alternatieven uiteen voor trans-Atlantische gegevensoverdrachten in overeenstemming met het arrest en in afwachting van een nieuw kader. De volgende uitgangspunten worden in de mededeling benadrukt:

  • de veiligehavenregeling kan niet langer als rechtsgrond worden gebruikt voor de overdracht van persoonsgegevens naar de Verenigde Staten;
  • de Europese Commissie streeft ernaar om binnen drie maanden de onderhandelingen met de VS af te ronden voor een hernieuwd en veilig kader voor de overdracht voor persoonsgegevens in overeenstemming met het Schrems Arrest;
  • andere adequaatheidsbesluiten zullen moeten worden gewijzigd om te garanderen dat de gegevensbeschermingsautoriteiten de vrijheid behouden om klachten van individuen te onderzoeken.

Behandeling Raad

JBZ-Raad 10-11 maart 2016

Tijdens de Raad het nieuwe raamwerk voor de doorgifte van trans-Atlantische persoonsgegevens besproken. Het zogenaamde EU-VS Privacy Shield ligt momenteel voor advies bij de Artikel 29 Working Party (het onafhankelijke advies -en overlegorgaan van Europese privacytoezichthouders). De verwachting is dat zij op 12-13 april hun advies zullen presenteren. Uit het verslag blijkt de experts in het Artikel 31 comitologie-comité vervolgens moeten instemmen met het nieuwe raamwerk, waarna de Commissie kan overgaan tot formele adoptie van de "adequacy decision".

JBZ-Raad 3-4 december 2015 (agendapunt II.23)

Tijdens de Raad bespraken de ministers deze mededeling. De Europese Commissie lichtte de mededeling kort toe.

In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.


Behandeling Europees Parlement

De commissie voor Burgerlijke Vrijheden, Justitie en Binnenlandse Zaken is als eerstverantwoordelijke commissie aangewezen.

In de databank OEIL van het Europees Parlement wordt de laatste stand van zaken in de behandeling van het voorstel weergegeven.


Standpunten andere lidstaten (IPEX)

In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.


Achtergrondartikelen


besloten informatie

In het Nederlands Juristenblad (NJB) is op 29 april 2016 een artikel verschenen over de betekenis van de Safe Harbor uitspraak van het Europese Hof voor datadoorgiftes naar de VS.

In de Nederlandse tijdschrift Privacy & Informatie van december 2015 is een achtergrondartikel verschenen over de transfers van persoonsgegevens tussen EU-lidstaten en de VS die via de zogenaamde Safe Harbor-principes zijn gereguleerd en de Schrems-rechtszaak.


Alle bronnen