Dit wetsvoorstel neemt het tijdelijke karakter van de instellingswet Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming (RSJ) weg en regelt de definitieve taken van de RSJ.
Eén van de taken van de RSJ, het toezicht op de wijze van tenuitvoerlegging van vrijheidsstraffen, vrijheidsbeperkende straffen, vrijheidsbenemende straffen en vrijheidsbeperkende maatregelen door inrichtingen die onder verantwoordelijkheid van de Minister van Justitie een taak uitoefenen in het kader van die tenuitvoerlegging, wordt door dit voorstel overgeheveld naar de Inspectie voor de Sanctietoepassing (ISt; per 1 januari 2005 formeel tot stand gekomen). De andere taken van de RSJ op het gebied van rechtspraak en advies blijven ongewijzigd bestaan met dien verstande dat de leden van de RSJ ten alle tijde toegang hebben tot de inrichtingen en instellingen waarop toezicht gehouden wordt.
De minister van Justitie heeft op 23 februari 2006 in verband met de beëindiging van de huidige wet op 1 april 2006 de noodwet Verlenging Tijdelijke instellingswet Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming II (30.469) ingediend. Met dat voorstel werd de werkingsduur van de huidige wet met 6 maanden verlengd.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 23 februari 2006 aangenomen door de Tweede Kamer. De fractie van GroenLinks stemde tegen.
De plenaire behandeling door de Eerste Kamer vond plaats op 5 september 2006. Naar aanleiding van dit debat stuurde de minister van Justitie op 11 september 2006 de Kamer een brief (EK 30.161, D). De Eerste Kamer heeft het voorstel op 12 september 2006 na stemming bij zitten en opstaan met algemene stemmen aangenomen.
De plenaire behandeling door de Eerste Kamer was oorspronkelijk voorzien voor 4 juli 2006 maar na de val van het Kabinet-Balkenende II heeft de Eerste Kamer dit wetsvoorstel, op verzoek van de fracties van de PvdA, GroenLinks en de SP, op 3 juli 2006 controversieel verklaard onder het voorbehoud dat het voorstel in september 2006 opnieuw zou worden geagendeerd, althans dat daarover opnieuw besluitvorming zou plaatsvinden. Door het aantreden van het Kabinet-Balkenende III is de politieke controversialiteit vervallen.
ingediend
15 juni 2005titel
Wijziging van de Tijdelijke instellingswet Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbeschermingschriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- minister van Justitie
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip
-
12 september 2006
voortzetting behandeling en stemming (algemene stemmen aangenomen) Handelingen EK 2005/2006, nr. 38, blz: 1804-1805 -
-
-
3 juli 2006
besluitvorming over de controversialiteit van een aantal wetsvoorstellen Handelingen EK 2005/2006, nr. 35: blz. 1658