E050040 - Voorstel voor een richtlijn betreffende de overeenkomst tussen de Gemeenschap van Europese Spoorwegen (CER) en de Europese Federatie van Vervoerswerknemers (ETF) inzake bepaalde aspecten van de arbeidsvoorwaarden voor mobiele werknemers die interoperabele grensoverschrijdende diensten verrichten
In dit dossier wordt een voorstel voor een richtlijn gepresenteerd die uitvoering geeft op Europees niveau aan een overeenkomst tussen de Gemeenschap van Europese Spoorwegen (CER) en de Europese Federatie van Vervoerswerknemers (ETF) inzake bepaalde aspecten van de arbeidstijd van werknemers die grensoverschrijdende diensten in de spoorwegsector verrichten. De overeenkomst werd op 27 januari 2004 gesloten tussen de sociale partners.
Behandelfase Eerste Kamer: gepubliceerd in Europees publicatieblad.
document Europese Commissie
COM(2005)32, d.d. 8 februari 2005
rechtsgrondslag
Artikel 139 par 2
commissie Eerste Kamer
beleidsterreinen
Richtlijn 2005/47/EG diende voor 27 juli 2008 te zijn geïmplementeerd. Implementatie geschiedde via een aanpassing arbeidstijdenbesluit vervoer.
De commissie Europese samenwerkingsorganisaties heeft op 1 november 2005 besloten het onderhavige voorstel ter informatie aan te bieden aan de commissie V&W.
De regering oordeelt in fiche twee positief over de subsidiariteit omdat het voorstel transnationale aspecten behelst die volgens de regering beter door de EU dan door de lidstaten afzonderlijk kunnen worden geregeld. De regering twijfelt echter over de conformiteit van het voorstel met het proportionaliteitsbeginsel. De doelstelling van het voorstel is het bevorderen van veilig grensoverschrijdend railvervoer en de bescherming van de veiligheid en gezondheid van werknemers, de regering is echter van mening dat niet alle specifieke bepalingen ook noodzakelijk zijn om dit doel te bereiken. Als voorbeeld wordt de bepaling genoemd dat het werknemers verboden zal worden langer dan 2 dagen buiten hun standplaats arbeid te verrichten. De regering is van mening dat dit een nadelig effect zou kunnen hebben op de liberalisering van een Europese railvervoermarkt. Aan de andere kant stelt de Nederlandse regering dat afwijzen van het sociale akkoord dat de basis is van de ontwerprichtlijn van invloed kan zijn op de politieke beeldvorming over Nederland en op de verhoudingen op nationaal en internationaal niveau. Onder Nederlands voorzitterschap is namelijk ook het instrument van de Europese sociale akkoorden in het verdrag (Maastricht) opgenomen.
De markt voor het grensoverschrijdend railvervoer van goederen en personen is in ontwikkeling. De grote spelers op deze markt, verenigd in de European Transport Workers' Federation (ETF) en de Community of European Railways (CER), vrezen dat hierdoor concurrentie ontstaat "louter gebaseerd op verschillen in arbeidsomstandigheden", waardoor de veiligheid van het vervoer, alsmede de veiligheid en de gezondheid van de werknemers in gevaar zouden kunnen komen.
Op grond hiervan hebben genoemde partijen op 27 januari 2004 een akkoord gesloten. Dit akkoord vormt de kern van onderhavig Commissievoorstel en is in bijlage toegevoegd aan het voorstel. De voorgestelde bepalingen zijn een aanvulling op de algemene arbeidstijdenrichtlijn (2003/88/EG). Sommige bepalingen zijn aangescherpt. Zo is de dagelijkse rusttijd verhoogd van 11 naar 12 uur, zijn een minimum aantal dubbele rustperioden bepaald (incl. een minimum aantal vrije weekeinden) en worden een maximum rijtijd (naast de reeds bestaande maximum arbeidstijd) en maximaal 2 dagelijkse rustperiodes buitenshuis geïntroduceerd.
Andere bepalingen zijn juist ruimer en bieden daardoor meer mogelijkheid tot 'flexibiliteit', zoals bijvoorbeeld inkorting van de dagelijkse rust buitenshuis tot 8 uur, die kan oplopen tot 4x per week. Zie voor een overzicht het bijgevoegde schema.
Het voorstel staat overigens los van de discussie over de herziening van de algemene arbeidstijdenrichtlijn (2003/88/EG), die ook op dit moment gevoerd wordt.
Specifieke bepalingen uit het AGREEMENT concluded by the European Transport Workers' Federation (ETF) and the Community of European Railways (CER) on certain aspects of the working conditions of mobile workers assigned to interoperable cross-border services:
-
-Dagelijkse rust thuis: Norm is 12 uur; 1 keer per week 9 uur; de rest wordt toegevoegd aan de eerstvolgende dagelijkse thuisrust
-
-Dagelijkse rust niet-thuis: Norm is 8 uur; dit dient gevolgd te worden door een thuisrust (de mogelijkheid wordt opengelaten dat de sociale partners later kunnen onderhandelen over een eventuele tweede, daaropvolgende dagelijkse niet-thuisrust)
-
-Pauzes (bestuurders): De pauzebepaling geldt alleen in geval van enkelvoudige besturing (bij meer dan één bestuurder dienen de pauzes op nationaal niveau geregeld te worden; Pauze van 45 minuten bij een arbeidstijd > 8 uur; Pauze van 30 minuten als de arbeidstijd ligt tussen 6 en 8 uur; Een deel van de pauze vindt plaats tussen het 3e en 6e uur arbeid; Het tijdstip en de lengte dienen geschikt te zijn voor voldoende herstel
-
-Pauzes (overig boord-personeel): 30 minuten als de arbeidstijd > 6 uur
-
-Rust per week: 24 uur (in aansluiting met de dagelijkse rust van 12 uur);
-
-Rust per jaar: 104 perioden van 24 uur per jaar (inclusief de 52 wekelijkse rusten; 12 dubbele rustperiodes (48+12 uur) op zaterdag en zondag; 12 dubbele rustperiodes (48+12 uur) eventueel niet op zaterdag en zondag)
-
-Rijtijd per dag: 9 uur (dagdienst) en 8 uur (nachtdienst)
-
-Rijtijd per 2 weken: 80 uur (bestuurder)
-
-Registratie: registratie van dagelijkse arbeids- en rusttijd met een bewaartermijn 1 jaar.
De rijtijd in de bepalingen betreft alleen de rijtijd van de bestuurder (iedereen die betrokken is bij het bedienen van de locomotief).
Richtlijn 2005/47/EG is tijdens de Raad van 18 juli 2005 aangenomen en gepubliceerd in Pb EU L195 d.d. 27 juli 2005.
In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.
In de databank OEIL van het Europees Parlement wordt de laatste stand van zaken in de behandeling van het voorstel weergegeven.
In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.