E050128b - Voorstel voor een richtlijn betreffende de luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa
COM(2005)447 bevat een voorstel voor richtlijn inzake luchtkwaliteit. Dit voorstel is door de Europese Commissie gepresenteerd in combinatie met een mededeling over dit onderwerp waarin uitvoerig in wordt gegaan op de noodzaak om meer maatregelen te treffen om de luchtkwaliteit in Europa te verbeteren (zie dossier E050128a). De Commissie stelt dat de huidige luchtkwaliteit een bedreiging voor de gezondheid vormt en dat daardoor jaarlijks veel kosten voor worden gemaakt. De Europese Commissie is van mening dat wanneer de luchtkwaliteit verbetert, jaarlijks vele miljarden euro bespaard kunnen worden.
Behandelfase Eerste Kamer: gepubliceerd in Europees publicatieblad.
document Europese Commissie
COM(2005)447, d.d. 21 september 2005
commissie Eerste Kamer
beleidsterrein
verwant dossier
Richtlijn 2008/50/EG dient voor 11 juni 2010 geïmplementeerd te zijn. Implementatie zal geschieden door een wijziging van de wet milieubeheer (implementatie en derogatie luchtkwaliteitseisen, zie kamerstukken in de serie 31589) die op 9 september 2008 werd aangeboden aan de Tweede Kamer, waarna het op 19 februari 2009 zonder beraadslaging en zonder stemming is aangenomen. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 10 maart 2009 als hamerstuk afgedaan.
Daarnaast zal implementatie geschieden door een AMvB (Besluit maatregelen sichtwaarden) en een tweetal ministeriële regelingen (beoordeling luchtkwaliteit 2007 en smogregeling 2001)
Bron: Kwartaaloverzicht omzetting EG-richtlijnen, stand per 1 april 2010.
De commissie voor Europese Samenwerkingsorganisaties heeft tijdens de vergadering op 10 oktober 2006 besloten het onderhavige richtlijnvoorstel onder de aandacht te brengen van de commissie Milieu.
Tijdens de vergadering van de commissie voor Milieu op 7 november 2006 werd besloten dat de vragen met betrekking tot de actuele ontwikkelingen in deze dossiers betrokken zullen worden bij het voorlopig verslag bij wetsvoorstel 30489.
Op 24 november 2005 heeft de staf van de commissie Europese Zaken van de Tweede Kamer een advies opgesteld met betrekking tot de behandeling van onderhavige mededeling.
-
-
-
Bijlage 1: Brief aan Eurcommissaris Dimas [en] Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu - 30175, 22
27 oktober 2006 -
brief Bijlage 2: Tussentijdse rapportage Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu - 30175, 22
27 oktober 2006 -
brief Bijlage 3: Het Nederlandse Luchtkwaliteitsperspectief augustus 2006 Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu - 30175, 22
27 oktober 2006 -
-
In fiche één geeft de regering aan gematigd positief te zijn over de onderhavige mededeling en de ontwerp-richtlijn. Ten aanzien van de subsidiariteit is de regering positief omdat het hier een aanpassing van de Europese kaders betreft. Over de proportionaliteit is de regering gematigd positief omdat een richtlijn met deze eisen volgens de regering gepaard moet gaan met bronmaatregelen (emissienormen voor voertuigen en industrie) die de uitvoering mogelijk moet maken. Deze normen zouden op Europees niveau moeten worden vastgesteld zodat de interne markt niet in gevaar komt. De regering geeft tevens aan dat de voorgestelde maatregelen nadrukkelijk consequenties zullen hebben voor de Nederlandse Wet Luchtkwaliteit.
Deze Thematische Strategie is samen met de ontwerprichtlijn het gevolg van een Commissie-initiatief tot betere regulering. Met de nieuwe Richtlijn worden de eerste drie dochterrichtlijnen Lucht samengevoegd, evenals het Raadsbesluit 'Luchtkwaliteitsbeoordeling en -beheer' en de richtlijn tot uitwisseling van informatie luchtkwaliteit.
De Thematische Strategie Luchtkwaliteit is de eerste van in totaal zeven door de Commissie aangekondigde Thematische Strategieën en bevat het ambitieniveau dat in de ogen van de Commissie nodig is om de EU-luchtkwaliteitsdoelstellingen te halen. De concept-richtlijn geeft aan welke doelstellingen nodig zijn om dit ambitieniveau te realiseren. Het laat de bestaande doelstellingen voor de lidstaten intact maar voegt een nieuwe doelstelling toe voor fijn stof (de nieuwe norm PM2,5), naast de bestaande (en gehandhaafde) fijn stofnorm voor PM10. Tevens wordt een meer flexibele wijze voorgesteld om aan de doelen te voldoen. Doel van deze richtlijn is om te komen tot een heldere, begrijpelijke, actuele en gebruikersvriendelijke vorm van Europese regelgeving op het gebied van luchtkwaliteit.
Richtlijn 2008/50/EG werd op 14 april 2008 in tweede lezing goedgekeurd en gepubliceerd in Pb EU L152 d.d. 11 juni 2008.
Tijdens de Milieuraad van 23 oktober 2006 bereikten de lidstaten een politiek akkoord over een gemeenschappelijk standpunt. Dit gemeenschappelijke standpunt zal tijdens een komende raad worden vastgesteld worden en aan het Europees Parlement gezonden worden voor een tweede lezing.
In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.
Op 26 september 2006 nam het Europees Parlement (EP) in eerste lezing een standpunt aan met betrekking tot onderhavig richtlijnvoorstel. In haar standpunt roep het EP op tot ambitieuzere doelstellingen voor schonere lucht dan de streefdoelen zoals verwoord in het voorstel van de Europese Commissie, vooral wat betreft de maximale concentratie van de kleinste zwevende deeltjes. Het EP vraagt ook om meer flexibiliteit zodat de lidstaten die problemen hebben bij het bereiken van de doelstellingen, meer tijd hebben om zich aan te passen. Het verlengen van een deadline voor een bepaalde zone of agglomeratie moet worden toegestaan onder de voorwaarde dat de betrokken lidstaat een plan indient dat vermeldt welke maatregelen genomen zullen worden om de grens- en streefwaarden te bereiken.
Het Europees Parlement heeft op 11 december 2007 in tweede lezing ingestemd met het in de Europese Raad bereikte compromis.
In de databank OEIL van het Europees Parlement wordt de laatste stand van zaken in de behandeling van het voorstel weergegeven.
In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.
In november 2005 publiceerden de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en het Interprovinciaal Overleg (IPO) een reactie op het voorstel van de Europese Commissie.