Eerste Kamer steunt Wet op de jeugdzorg



Dankzij een reeks toezeggingen van de regering zal de Eerste Kamer na het Paasreces in meerderheid instemmen met de Wet op de jeugdzorg, waarmee de vijftien Bureaus Jeugdzorg in provincies en grootstedelijke gebieden per 1 januari 2005 een wettelijke basis krijgen. De meeste BJ's zijn al gevormd, omdat het aanvankelijk de bedoeling was dat de wet op 1 januari 2004 in werking zou treden.

De Tweede Kamer heeft in juni vorig jaar unaniem met de wet ingestemd. Het ziet er naar uit dat deze unanimiteit in de Eerste Kamer niet wordt bereikt. In de week voor Pasen uitte de VVD-fractie op enkele punten grote bezwaren tegen het wetsvoorstel. Minister Donner (Justitie) en staatssecretaris Ross-Van Dorp (volksgezondheid) leken er niet in te zijn geslaagd deze bezwaren weg te nemen.

Vrijwel alle andere fracties trok de regering over de streep door een motie te omarmen van mevrouw Soutendijk-Van Appeldoorn (CDA), die ook werd ondertekend door de fracties van de PvdA, de SP, Groen Links, de SGP/ChristenUnie en D66 samen met de OSF. Alleen de fracties van PvdA en SP spraken nog niet expliciet hun steun uit voor het wetsvoorstel.

In de motie worden de belangrijkste toezeggingen van de regering aan de Eerste Kamer vastgelegd. De regering zal binnen twee jaar rapporteren over de voortgang in de organisatie en stroomlijning van de Jeugdzorg en ook over de kwaliteit. Daarbij zullen 'brigades' van staatssecretaris Ross nagaan hoe de bureaucratie verminderd kan worden en instellingen van elkaar kunnen leren bij de uitvoering van de jeugdzorg. Ook wordt gestudeerd op de mogelijkheid van een eenduidige financiering van de Jeugdzorg, maar voor de regering staan doelmatigheid en stroomlijning van het werk zelf voorop.

Als er aanpassingen van de wet nodig blijken dan zal er binnen vier jaar een nieuw wetsvoorstel liggen.

De VVD-fractie hield vast aan de opvatting dat in het voorliggende wetsvoorstel een horizonbepaling moest komen zodat er over vier jaar in elk geval een nieuwe wet nodig zou zijn. Minister Donner zei, dat de VVD via de motie-Soutendijk al krijgt wat zij wenst, maar woordvoerder mevrouw Kalsbeek-Schimmelpenninck van der Oije was niet te vermurwen.

Minister Donner kon de Kamer en vooral de SP-fractie niet geruststellen over de omstreden plaatsing van jeugdigen, die onder toezicht gesteld zijn, in strafinrichtingen terwijl zij niet voor strafbare feiten zijn veroordeeld. Hij hoopte dat er in 2006 voldoende plaats is voor deze jeugdigen buiten de jeugdgevangenissen. "Als men deze jongeren nu al niet in strafinrichtingen wil, komen ze op straat", voorspelde Donner.

Staatssecretaris Ross zegde de PvdA-fractie een en andermaal toe dat jeugdhonken als De Glind in Drenthe waar moeilijk plaatsbare jongeren uit vooral grote steden worden opgevangen onder de nieuwe wet hun werk kunnen blijven voortzetten.


Deel dit item: