Met aanneming van de Wet marktordening gezondheidszorg heeft de Eerste Kamer dinsdag 4 juli het groene licht gegeven voor de definitieve instelling van de Nationale Zorgautoriteit (NZa). Deze moet erop toezien dat door voldoende marktwerking in de zorg de kosten binnen de perken blijven en de kwaliteit verbetert. In de Eerste Kamer werd benadrukt dat ook de positie van consumenten/patiënten door de Wet marktordening versterkt moet worden. Zorgen had de senaat over de verschillende toezichthouders waarmee de partijen te maken hebben naast de NZa, zoals De Nederlandsche Bank (DNB), de Inspectie Gezondheidszorg (IGZ), de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP).

Motie

De Eerste Kamer eiste per motie van minister Hoogervorst inzage in de samenwerkingsprotocollen die de NZa met de andere toezichthouders heeft gesloten. De minister zegde toe deze half juli aan de Kamer te sturen. Alleen met het CBP zijn de afspraken nog niet afgerond. Dat protocol komt later. De senaat vond deze toezegging niet voldoende en eiste dat de wet pas in werking treedt als de Eerste Kamer deze protocollen heeft beoordeeld. Dat zal geschieden in de eerste vergadering na de zomervakantie op dinsdag 5 september. Als gevolg daarvan, zo erkende minister Hoogervorst met spijt, kan de Wet marktordening gezondheidszorg die de instelling van de NZa regelt pas op 1 oktober in werking treden in plaats van op 1 augustus wat de bedoeling van de regering was. Nadat de minister deze knieval voor de Eerste Kamer had gemaakt, trok de PvdA-senator Putters namens de indieners de motie in.

Toezegging

Tijdens het debat heeft minister Hoogervorst ook enkele andere toezeggingen gedaan. Zo zal de NZa niet optreden als rechter in eigen zaak door opeenstapeling van functies te vermijden en zal de minister zelf de vinger aan de pols houden bij de premiestelling in de zorg en het bewaken van de kwaliteit, doelmatigheid en toegankelijkheid.

Positie consumenten/patiënten

PvdA-senator Putters zei voorts dat de minister meer aandacht moet hebben voor de positie van consumenten/patiënten. Hij zei dat de PvdA een positieve grondhouding aanneemt tegenover een mogelijke Zorgconsumentenwet. Minister Hoogervorst kondigde aan dat hij ten behoeve van de kabinetsformateur die na de verkiezingen in november aantreedt, voorstellen zal nalaten voor de versterking van de positie van patiënten. Dit zou volgens hem ook kunnen door aanpassing van bestaande wetten.

Mevrouw Van Leeuwen (CDA) die teleurgesteld was over het feit dat de minister essentiële vragen niet beantwoordde, haalde de toezegging binnen dat uiterlijk 1 november de zorgverzekeraars de medezeggenschap van verzekerden geregeld moeten hebben in hun statuten. Verzekeraars die dan nog in gebreke zijn, worden in het openbaar aan de schandpaal genageld door de NZa, zo verzekerde minister Hoogervorst.

Diagnose Behandelingscombinaties

Mevrouw Van Leeuwen klaagde met anderen over de problemen rond de Diagnose Behandelingscombinaties (DBC's). Deze moeten de behandeling van verschillende kwalen bij dezelfde patiënt op elkaar afstemmen. Minister Hoogervorst zei dat het zonneklaar is dat deze problemen moeten worden opgelost. Nadat er problemen rond declaraties openbaar waren geworden had hij meteen een Task Force ingesteld, verzekerde hij de senaat. De minister was niet bereid het oordeel van mevrouw Van Leeuwen over te nemen dat de tussenrapportage van de voorlopige NZa over de werking van het nieuwe zorgstelsel 'beschamend' is, vooral voor de verzekeraars die volgens de CDA-senator niets hebben gepresteerd op het gebied van de inkoop van zorg.

Autoriteit of adviseur

D66-woordvoerder Schouw hamerde erop dat de NZa meer machtsmiddelen moet krijgen. Is het nu een autoriteit of een adviseur?, vroeg Schouw. Hij zag de NZa eerder als adviseur van de Nationale Mededingingsautoriteit (die bijvoorbeeld fusies tussen zorgverzekeraars beoordeelt) en als adviseur van de minister zelf. Namens de fracties van SGP en ChristenUnie wees senator Van den Berg ook op het belang van invloed van verzekerden en rechten van patiënten. GroenLinks-senator Van der Lans hekelde de snelheid van handelen van de minister als het gaat om de invoering van marktwerking en de traagheid bij het versterken van de positie van patiënten. Hij betitelde de opmerking van de minister kwaliteit is de motor van de concurrentie in de zorg als een gevaarlijke kreet. Volgens Van der Lans leidt concurrentie in de publieke sector niet altijd tot het resultaat dat men wenst. Naar zijn mening heeft de invoering van DBC's geleid tot 'verzekeringsbureaucratie'.

Overtuigend

Mevrouw Dupuis (VVD) bracht het voorbeeld naar voren van een huisarts die 50.000 euro in het rood staat door niet vergoede declaraties. Zij was het niet eens met de eis van de rest van de Kamer over de samenwerkingsprotocollen. Volgens haar is de afbakening tussen de verschillende toezichthouders overtuigend en hoeft de senaat zich daar niet over uit te spreken. Zij zette wel vraagtekens bij de drang naar kwaliteitsverbetering. Over welk type kwaliteit gaat het? Volgens mevrouw Dupuis is het vooral belangrijk dat een patiënt zich juist en correct bejegend voelt. Mevrouw Slagter-Roukema (SP) wees erop dat het vooral draait om de vertrouwensrelatie tussen arts en patiënt. Naar haar oordeel leidt het nieuwe zorgstelsel vooral tot groei van het wantrouwen.

Misverstand

Minister Hoogervorst zei dat het een misverstand is te denken dat de NZa vooral over de kwaliteit in de gezondheidszorg waakt. De Inspectie Gezondheidzorg is de enige autoriteit op het gebied van kwaliteit. Wel krijgt de NZa tot taak om manco's in de kwaliteit te signaleren.


Deel dit item: