Het Verdrag van Prüm dat grensoverschrijdende samenwerking tussen een aantal lidstaten van de Europese Unie regelt bij de bestrijding van terrorisme, grensoverschrijdende criminaliteit en illegale immigratie, is door de Eerste Kamer goedgekeurd. Wel leven er in verschillende fracties bezwaren, zo bleek tijdens het debat over het verdrag op dinsdag 15 januari 2008 met de ministers Hirsch Ballin van Justitie en Ter Horst van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De fracties van GroenLinks en D66 hielden hun bezwaren, voornamelijk op het gebied van de bescherming van persoonsgegevens, en lieten aantekenen tegen de goedkeuringswet voor het Verdrag van Prüm te zijn.
Besluit Europese Unie
Het verdrag is in mei 2005 gesloten door de regeringen van Nederland, België, Luxemburg, Duitsland en Oostenrijk. Spanje en Frankrijk hebben zich later bij dit verdrag aangesloten en ook Portugal en Slovenië hebben zich inmiddels als verdragspartners gemeld. Intussen is door de Europese Unie inzake strafzaken een besluit genomen, waarin overigens niet alle onderdelen van het Verdrag van Prüm een plaats hebben gekregen. Dit besluit moet door de lidstaten nog worden goedgekeurd.
Beducht
Kleinere fracties als die van D66, Onafhankelijke Senaatsfractie en GroenLinks waren het meest kritisch, o.a. over het feit dat tussen vijf lidstaten een afzonderlijk verdrag buiten de kaders van de Europese Unie om is gesloten. Ook waren zij het meest beducht voor onzorgvuldig handelen bij het uitwisselen van informatie tussen de verdragsstaten. Het gaat om DNA-profielen, vingerafdrukken, kentekenregistraties en andere persoonsgegevens.
Vraagtekens
Mevrouw Duthler (VVD) wees erop dat zorgvuldigheid en snelheid essentieel zijn bij de aanpak van grensoverschrijdende criminaliteit. Zij zei dat de privacybescherming in het verdrag goed in elkaar zit, maar zette toch vraagtekens bij de mogelijkheden voor individuele burgers om gegevens te verifiëren. De mogelijkheid om naar de onafhankelijke rechter te stappen vond de VVD-senator een weinig aanlokkelijk alternatief. Ook al omdat een dergelijke procedure veel geld kost. Mevrouw Duthler pleitte ervoor om het kaderbesluit van de Europese Unie inzake dataprotectie snel goed te keuren, waardoor ook de bescherming van de gegevens die een rol spelen in het Verdrag van Prüm beter gewaarborgd zou zijn. Zij drong ook aan op afspraken over gezamenlijk te hanteren beheersmaatregelen en processen die eventueel kunnen worden afgedwongen door ICT-systemen.
Nadruk op samenwerking
CDA-senator mevrouw Van Bijsterveld herinnerde aan een eerder verdrag van Prüm zo'n 1150 jaar geleden waarbij het Frankische rijk van oorspronkelijk Karel de Grote verder in kleinere delen werd opgedeeld. Dat verdrag leidde tot versnippering van Europa, terwijl dit nieuwe verdrag van Prüm de nadruk legt op samenwerking, zei mevrouw Van Bijsterveld. De CDA-senator zag in het verdrag een verdere stap op weg naar meer integratie in Europa op het gebied van justitie en politie. Zij zag een Europees strafrecht in het verschiet en ook een Europese identiteit, waarvan vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid de peilers zijn. Overigens erkende mevrouw Van Bijsterveld dat het gemakkelijker is om gezamenlijk regels op te stellen dan ze ook effectief toe te passen. In dit verband wees zij, net als andere senatoren, op de complexiteit van de regelgeving bij de bestrijding van terrorisme, grensoverschrijdende criminaliteit en illegale immigratie. Staten kunnen eigen regels toevoegen en deze decentrale aanpak kan leiden tot uiteenlopende criteria die moeilijk meer zijn te overzien.
Privacybescherming
Volgens D66-senator Engels, die mede sprak namens de Onafhankelijke Senaatsfractie, zijn fundamentele burgerrechten in het geding. Hij wees ook op de complexiteit van het geheel aan rechtsregels met verdragsrechtelijke, nationaal rechtelijke en communautaire grondslagen. Dat maakt het buitengewoon moeilijk te beoordelen in hoeverre al deze afspraken en besluiten voldoen aan elementaire rechtsstatelijke en democratische waarborgen en eisen, betoogde Engels. Hij zei ook dat nut en noodzaak van een eigenstandig verdrag buiten de EU-kaders niet duidelijk zijn geworden. Welke problemen rond terrorisme, criminaliteit en illegale migratie worden nu precies opgelost met deze vlucht naar voren? vroeg Engels. Ook zetten D66 en OSF grote vraagtekens bij een hoogwaardige bescherming van de privacy van de burger. Minister Hirsch Ballin zei dat er naar zijn mening voldoende waarborgen zijn.
Noodzaak
Senator Kox wees namens de SP-fractie op de noodzaak van dit verdrag. Het wegvallen van de Europese binnengrenzen is koren op de molen van de grote boeven, zoals huurmoordenaars, witwassers en drugshandelaren, betoogde Kox. Overigens is de SP het wel eens met het opheffen van de binnengrenzen in de Europese Unie, maar degenen die er het eerste van profiteren zijn de criminelen. Ook Kox sprak zijn zorgen uit over de bescherming van gegevens van burgers als die in handen komen van landen die minder goed zijn georganiseerd als Nederland, bijvoorbeeld Polen, Roemenië en Bulgarije.
Toezegging
Mevrouw Lagerwerf-Vergunst wees namens ChristenUnie en SGP eveneens op dit punt. Zij hield de regering het geval voor van iemand tegen wie door Griekse autoriteiten een Europees aanhoudingsbevel was uitgevaardigd. Vanuit Nederland was ten onrechte gemeld dat een bepaald mobiel nummer aan betrokkene toebehoorde. Ook nadat nadrukkelijk vanuit Nederland naar voren werd gebracht dat de informatie onjuist was, duurde het nog ongeveer een jaar voor het aanhoudingsbevel werd ingetrokken. Al die tijd werd deze meneer als zakenman ernstig belemmerd om naar het buitenland te reizen, zei mevrouw Lagerwerf. Zij vroeg welke garanties er zijn voor een goede afhandeling als er bijvoorbeeld gegevens worden uitgewisseld met een land als Bulgarije, die achteraf niet blijken te kloppen. Volgens het verdrag is Bulgarije dan verplicht onjuiste informatie te corrigeren of te wissen. Maar is de verplichting van Bulgarije afdwingbaar? vroeg mevrouw Lagerwerf. Zij kreeg van minister Hirsch Ballin de toezegging dat hij de zaak onder de aandacht zal brengen van het nationale contactpunt op dit gebied. In voorkomende gevallen zou deze instelling snel moeten reageren als er bij de gegevensuitwisselingen tussen landen fouten zijn gemaakt.
Toegankelijke voorlichting
Senator De Vries (PvdA) trok van leer tegen de trage gang van zaken bij de goedkeuring van het Verdrag van Prüm. In mei is het al drie jaar geleden dat het werd gesloten en nu pas ligt het ter goedkeuring voor bij de Eerste Kamer. Volgens senator De Vries is het argument van de minister van Justitie dat hij met personeelstekort kampt weinig steekhoudend. Dan moet u als minister maar zorgen dat u wel voldoende capaciteit heeft, zei De Vries. De PvdA-senator vond het verdrag overigens een logisch gevolg van het wegvallen van de binnengrenzen. Maar hij kritiseerde wel de ingewikkeldheid van de regelgeving. Dat bij de Politieacademie een helpdesk wordt ingericht vond hij onvoldoende om aan de behoefte aan informatie te voldoen. De minister van Justitie heeft op dit punt een eigen verantwoordelijkheid. Hij moet voor een centraler informatiepunt zorgen dat voor iedereen toegankelijk is, o.a. ook voor advocaten. Over de wijze van beveiliging van persoonsgegevens zei De Vries dat we ons langzamerhand kunnen afvragen: Wat is er nog privé?. Op het punt van de rechtsbescherming van de burger uitte De Vries tevens grote zorgen namens de PvdA-fractie. Met zijn collega Kox was hij beducht voor de kwaliteit van politie en justitie in landen die later bij de Europese Unie zijn aangesloten. Minister Ter Horst wees erop dat door samenwerking met die landen ook de kwaliteit daar kan verbeteren. De Vries kreeg de toezegging dat er een algemeen toegankelijke voorlichting komt over het Verdrag van Prüm.
Minachting
Namens de fractie van GroenLinks liet mevrouw Strik (die haar zieke collega Böhler verving) een zeer kritisch geluid horen. De waarborgen voor de burger zijn te weinig precies geformuleerd. Burgers komen in de verdrukking als wij de principes van de rechtsstaat niet hooghouden, zei mevrouw Strik. Het sluiten van een verdrag buiten de Europese Unie om noemde zij minachting van Europese democratische beginselen.
Deel dit item: