M.b.t. een eventuele integratie van de Nma en het college: voor- en nadelen van een dergelijke integratie dienen goed overwogen te worden, bij voorkeur in het kader van de evaluatie van het functioneren van het college die in 2005 zal plaatsvinden.
Nummer | T00053 |
---|---|
Oorspronkelijke nummer | tr_EZ_2004_36 |
Status | voldaan |
Datum toezegging | 26 januari 2004 |
Deadline | 31 december 2005 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Economische Zaken (2012-2017) |
Commissie | commissie voor Economische Zaken (EZ) |
Soort activiteit | (Nadere) Memorie van antwoord |
Categorie | brief/nota |
Kamerstukken | Wet implementatie Europees regelgevingskader voor de elektronische communicatiesector 2002 (28.851) |
EK 2003-2004, 28851 C Memorie van Antwoord
[…]
Graag benut ik de gelegenheid in te gaan op de bij de leden van de VVD-fractie levende vraag inzake de integratie van de Nma en het college. Een samengaan van de NMa en het college is nooit de reden geweest om aan de NMa, nu nog een ambtelijke dienst ressorterend onder het Ministerie van Economische Zaken, de status van zelfstandig bestuursorgaan te verschaffen. Wel is het zo dat een integratie van de NMa met het college niet zal kunnen plaatsvinden zolang de NMa niet de status van ZBO heeft. Ik ben van mening dat de voor- en nadelen van een dergelijke integratie goed overwogen dienen te worden. Het heeft mijn voorkeur om deze afweging te laten plaatsvinden in het kader van de evaluatie van het functioneren van het college die in 2005 zal plaatsvinden. Deze wettelijk verplichte, periodieke evaluatie biedt een logisch handvat voor de beoordeling van de wenselijkheid van integratie van beide organisaties. De evaluatie dient, conform artikel 25 van de Opta-wet, inzicht te geven in de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het functioneren van het college van het college. Tevens dient in de evaluatie te worden ingegaan op de wenselijkheid van het al dan niet zelfstandig voortzetten van het college. In dat kader kan de besluitvorming over de eventuele integratie van NMa en het college plaatsvinden.
[…]
De Minister van Economische Zaken,
L. J. Brinkhorst
[…]
-
7 februari 2005
Voortgang:documenten:-
-29800 XIII, nr.52 + bijlage
-
-
26 januari 2004
toezegging gedaan