Minister Donner zegt toe te zullen kijken of artikel 34 van de Aanwijzing van de regelgeving nadere aanpassing behoeft.
| Nummer | T00460 |
|---|---|
| Oorspronkelijke nummer | tz_JUST_2005_7 |
| Status | afgevoerd |
| Datum toezegging | 1 februari 2005 |
| Deadline | 1 januari 2006 |
| Verantwoordelijke(n) | Minister van Justitie |
| Commissie | commissie voor Justitie (Just.) |
| Soort activiteit | Plenaire vergadering |
| Categorie | lagere regelgeving |
| Kamerstukken | Begrotingsstaat Justitie 2004 (29.200 VI) |
Handelingen EK 2004-2005, 14-683
[...]
(blz.680)
De heer Jurgens (PvdA): [...]
Ik wil
toch nog eens vragen wat wordt bedoeld met ''naar bevind van zaken''. Overigens kan ik mij vinden in de mening van de minister dat het tot onoverzichtelijke regelgeving leidt. Ik suggereer hem om dat dan ook op te nemen in de toelichting bij artikel 34, voor alle ambtenaren die wetten maken. Daar staat namelijk nadrukkelijk als uitzondering dat een lagere regeling een hogere wel kan wijzigen in het geval van aanpassingen die ter uitvoering van internationale of communautaire regelgeving vereist zijn. Aan de ambtenaren wordt uitdrukkelijk de ruimte gegeven om datgene te doen waarvan de minister nu zegt dat zij het niet moeten doen. Het lijkt mij verstandig om in elk geval de toelichting op artikel 34 te wijzigen en de uitzonderingen eruit te halen.
[...]
(blz.683)
Minister Donner:
Laten we niet praten over de confessie van de term ''in beginsel''. Ik zal kijken of aanwijzing 34 nadere aanpassing behoeft.
[...]
-
1 februari 2005
toezegging gedaan