T00277

Toezegging bij burgerservicenummer 5



De staatssecretaris zal, ook bij de opstelling van sectorale BSN-wetgeving, rekening houden met het opstellen van duidelijke normen. De Kamer zal hierover uiterlijk 3 maanden na inwerkingtreding van de wet een notitie over ontvangen.


Kerngegevens

Nummer T00277
Oorspronkelijke nummer tz_BZHC/AZHK_2007_5
Status voldaan
Datum toezegging 10 juli 2007
Deadline 1 november 2010
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Commissie commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koningin (BZK/AZ)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Kamerstukken Wet algemene bepalingen burgerservicenummer (30.312)


Opmerking

Zie brief BSN van commissie BZK 137462.04U (25/3/08)

Deze normstelling is onderwerp in de kadernotitie van toezegging Tz_bzhc/azhk_2007_4. 31200 VII, C (12 feb. 2008)

Uit de stukken

Handelingen Eerste Kamer 2006 – 2007, [38] – [1175-1195]

Blz. 1184

(…)

De heer Franken (CDA): Ik volg het CPB doorgaans wel en zal dit alleen in een enkele uitzondering niet doen. Dit is nu het geval, omdat het CPB in die notitie schrijft dat er open normen in de wet staan die nog verder moeten worden uitgewerkt. Nu heeft het HEC, Het Expertise Centrum, hier een prachtig boekje over uitgebracht. Naar aanleiding daarvan is er een middag lang over dit onderwerp gediscussieerd en toen is vastgesteld dat de normen die nu in de WPB en het voorliggende wetsvoorstel zijn opgenomen, moeten worden uitgewerkt in sectorwetten. Verder is het situatie- en plaatsgebonden. Je kunt helaas niet alles vooruit zien. Daarom is er een correctiemogelijkheid ingebouwd. Die is van belang. Op mijn vraag aan het CPB welke normen er dan ontbreken, was het antwoord: dat weten wij ook niet. Zo lang het CPB niet kan aangeven welke normen ontbreken, kan ik er niet in meegaan. De notitie geeft een interessante weergave van wat wij nu het burgerservicepunt noemen, maar ik denk dat wij aan het andere deel van de notitie nu voorbij kunnen gaan.

Staatssecretaris Bijleveld-Schouten: De heer Franken heeft de normen in de WBP en dit wetsvoorstel al op een rijtje gezet. Hij heeft zelfs de artikelen genoemd. Ik zal niet herhalen wat hij heeft gezegd. Wel wil ik nog opmerken dat de nadere normering in de sectorwetgeving wordt opgenomen, omdat het specifieke eisen voor een bepaalde sector betreft. Een wetsvoorstel dat beoogt regels te stellen voor het gebruik van het bsn in de zorg, is op dit moment bij de Eerste Kamer aanhangig. Ik zeg toe dat ik, als het bsn ook in andere sectoren wordt ingevoerd, in de gaten zal houden of ook daar aandacht wordt besteed aan de normstelling voor die sector. Het is inderdaad een cruciaal punt dat het in de sectorspecifieke wetgeving wordt geregeld.

Blz .1192

Tot slot vroeg mevrouw Ten Horn of ik de Kamer een notitie wil sturen over de normering in de sectoren. Daartoe ben ik bereid. In die notitie zal ik aangeven hoe ik aankijk tegen de normering in de verschillende sectoren en hoe ik mijn rol op dat punt zie.

(…)

Mijn ambtenaren zullen er misschien niet blij mee zijn, maar ik zeg mevrouw Ten Horn toe dat de notitie komt drie maanden na de inwerkingtreding van de wet. Misschien stemt het haar nog iets gunstiger over het wetsvoorstel zoals dat voorligt. Wellicht kan zij zich daarin nog iets beter vinden.



Historie

  • 3 maart 2008
    Voortgang:
    documenten:
    • -   
      30312 I
  • 10 juli 2007
    toezegging gedaan