T00346

Toezegging Structurele oplossing financiering Raad van Europa (31.202)



In een door alle fracties van de Eerste Kamer ondertekende motie wordt geconstateerd dat de begroting van de Raad van Europa achterblijft bij de ontwikkeling van de Raad van Europa. De Kamer verzoekt de regering een structurele oplossing te vinden voor de budgettaire problemen van de Raad van Europa en hiertoe gezamenlijke inspanningen te plegen met eensgezinde lidstaten van de Raad van Europa. Naar aanleiding van de motie zegt de minister toe, mee te zullen denken over structurele oplossingen voor de budgettaire problemen van de Raad van Europa. Nederland zal een vrijwillige bijdrage van € 600.000 leveren voor de komende drie jaren, en zal daarnaast participeren in een Noors trustfonds, dat tot doel heeft om de werklast van het Hof terug te dringen. Ook zegt de minister toe samen met gelijkgezinde landen extra stappen te zullen zetten om tot een oplossing te komen voor structurele problemen van de Raad van Europa.


Kerngegevens

Nummer T00346
Oorspronkelijke nummer tz_ESO_2008_1
Status voldaan
Datum toezegging 22 april 2008
Deadline 1 juli 2009
Verantwoordelijke(n) Minister van Buitenlandse Zaken
Kamerleden drs. P.R.H.M. van der Linden (CDA)
Commissie commissie voor Europese Samenwerkingsorganisaties (ESO)
commissie voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking (BDO)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen Europadebat
Kamerstukken Kamerstukken en Handelingen in verband met het Europadebat op 22 april 2008


Uit de stukken

Handelingen I 2007-2008, nr. 28 – blz. 1140 ev.

Blz. 1147

De heer Van der Linden (CDA): De Nederlandse regering verdient lof voor het extra geld dat zij beschikbaar stelt voor het Hof en mensenrechtenprojecten. De CDA-fractie dringt er met de andere fracties bij de regering op aan om in navolging van enkele lidstaten een structurele oplossing te vinden voor dit budgettaire probleem en hiertoe met gelijkgezinde landen een initiatief te nemen. Mogelijkerwijs komen wij in tweede termijn daarop terug met een motie. Mag ik de regering vragen om toe te zeggen dat zij actief zal deelnemen op de volgende ministeriële conferentie in Straatsburg begin mei? Daar heeft de staatssecretaris de vorige keer met veel waardering, ook van andere delegaties, zijn optreden gemaakt.

Blz. 1182

Minister Verhagen: Ik kom toe aan de relatie tussen de EU en de Raad van Europa en die tussen EU en EVRM. Nederland is voorstander van een zo snel mogelijke toetreding van de EU tot het EVRM. (…) Nederland heeft aangegeven dat het voorstander is van een snelle toetreding, terwijl het zich ervoor zal inzetten dat het toetredingsproces snel wordt voltooid. De voorbereidingen op dat terrein kunnen dus worden gestart. (…) Mede gelet op de noodzakelijke financiële ondersteuning, los van de steun die Nederland zelf heeft gegeven bovenop de normale bijdrage, geef ik aan dat ik, indien ik gelijkgezinde landen aantref, met hen het initiatief zal nemen voor een betere financiële ondersteuning.

Blz. 1182 :

De heer Van der Linden (CDA): U moet niet kijken of u gelijkgezinde landen aantreft, nee, u moet gelijkgezinde landen bewegen tot het door u genoemde initiatief. Zelfs als protocol 14 wordt geratificeerd, is het probleem van het Hof niet opgelost. Bent u dat met mij eens?

Minister Verhagen: Ja. Op het punt van interne stroomlijning en efficiency kunnen ook nog de nodige stappen worden gezet. Het onderstrepen van het belang van het Hof als het gaat over de waarborg, verdient bredere steun dan alleen het verdelen van de werklast. Protocol 14 zal het verlichten van de werklast bevorderen. De waardering van het Hof zou een impuls kunnen krijgen door toetreding van de EU.

De heer Van der Linden (CDA): Bent u bereid om als het gaat om de toetreding van de EU tot het EVRM initiatieven te nemen om nu reeds voorbereidende werkzaamheden te starten?

Minister Verhagen: Dat heb ik net toegezegd. Ik verwijs naar het eerste rapport dat ik voor de commissie justitie en binnenlandse aangelegenheden van het Europees Parlement heb geschreven, naar aanleiding van het Verdrag van Maastricht, toen voor het eerst over de derde pijler werd gesproken. Dat rapport ging over het wegnemen van de juridische beletselen voor de EU om toe te kunnen treden tot het EVRM. Ik kan u dat rapport, aanvaard door het Parlement, met alle plezier toesturen. 

Blz. 1195

De heer Van der Linden (CDA): Mijn laatste punt is dat de Kamer breed heeft gesproken over de noodzaak om de kernelementen van de Raad van Europa te doen werken. Zij zijn belangrijker dan geld zeg ik, en velen van ons hebben die ervaring opgedaan: mensenrechten, rechtstaat en democratie, het uitdragen daarvan, het creëren van waarborgen, het creëren van instrumenten die werken. (…) Ik vind dat wij, nu mensenrechten terecht zo’n centraal punt zijn in het buitenlands beleid van dit kabinet, ervoor zorg moeten dragen dat het geld op een verantwoorde wijze wordt besteed. (…) Ik ben heel erg blij dat er een motie ligt die Kamerbreed aanvaard is. De regering heeft toegezegd, zich hiervoor te willen inspannen. Het is een steun in de rug voor de inspanningsverplichting die de regering op zich heeft genomen.

Blz. 1201

Minister Verhagen: De motie die door van de heer Van der Linden en door eenieder die aan het debat heeft deelgenomen is ondertekend, hoort bij de betere moties. Ik kan mij ook qua inhoud buitengewoon veel voorstellen bij de wens van de Eerste Kamer. Wij willen absoluut meedenken over structurele oplossingen voor de budgettaire problemen van de Raad van Europa. De oproep om met gelijkgezinde landen van de Raad van Europa een initiatief te nemen, zullen wij uiteraard ter harte nemen. Inspanning ja, resultaat is een tweede, teken ik daarbij aan. Er zijn wel wat gelijkgezinde landen die op dit punt zeer duidelijk van mening zijn dat er een oplossing moet komen voor de budgettaire problemen van de Raad van Europa, maar de meeste lidstaten zijn van mening dat door duidelijke prioriteiten te stellen, er nog voldoende bezuinigingsmogelijkheden zijn. Deze stelling delen de Kamer en ik niet, maar dit is wel een gegeven. Wij zijn dus van mening dat het Hof hoge prioriteit blijft hebben.

Dat is de reden dat wij extra budgettaire middelen hebben bijgedragen aan die prioritaire activiteiten. Wij zullen ook participeren. Nederland heeft dus niet alleen vrijwillige bijdragen voor de komende drie jaren toegezegd à raison van € 600.000, maar Nederland zal ook participeren in een Noors trustfonds, dat tot doel heeft om de werklast van het Hof terug te dringen door onder andere opleidingen aan rechters en advocaten en door de verspreiding van uitspraken en jurisprudentie. Gelet op het feit dat er structurele problemen zijn, zie ik de motie van alle fracties van deze Kamer als een oproep om samen met gelijkgezinde landen hiertoe extra stappen te zetten. Dat zeg ik toe.


Brondocumenten


Historie