De minister van Justitie zegt toe aan het College van Procureurs-Generaal de vraag voor te leggen of het bestaande strafvorderingsbeleid ten aanzien van specifieke feiten, zoals bedrieglijke bankbreuk, aanpassing behoeft.
Nummer | T00845 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 23 september 2008 |
Deadline | 1 januari 2010 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Justitie |
Kamerleden | mr. R.H. van de Beeten (CDA) |
Commissie | commissie voor Justitie (Just.) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | overig |
Onderwerpen | fraude oneerlijke handelspraktijken strafvordering |
Kamerstukken | Implementatie Richtlijn oneerlijke handelspraktijken (30.928) |
Handelingen 2008-2009, nr. 1, blz. 30
(...)
Minister Hirsch Ballin: De heer Van de Beeten heeft ook gevraagd naar nader overleg – als ik het goed heb begrepen, geeft hij daar ook de wenselijkheid van aan – tussen het OM en de
Consumentenautoriteit over de criteria voor strafvervolging van grootschalige oneerlijke handelspraktijken, vooral met het oog op schadevergoeding voor de gedupeerden van de betreffende strafbare feiten. Het is te verwachten dat er oneerlijke handelspraktijken zullen zijn die ook een strafrechtelijk delict opleveren, zoals oplichting of bedrog. Een veroordeling vergemakkelijkt zeker het verkrijgen van een schadevergoeding in een civiele procedure. In de Wet handhaving consumentenbescherming is opgenomen dat indien overtreding van de regels van consumentenrecht ook te kwalificeren is als een strafrechtelijk vergrijp, een delict, de Consumentenautoriteit de zaak ter behandeling voorlegt aan het OM. Dat staat in artikel 2.19 van de Wet handhaving consumentenbescherming. In een samenwerkingsprotocol tussen het OM en de Consumentenautoriteit is
hieraan een praktische invulling gegeven. Dit protocol wordt binnenkort ondertekend, in een van de komende weken. Naast deze praktische werkwijze die vermoedelijk strafvervolging bevordert, ben ik bereid aan het College van procureurs-generaal de vraag voor te leggen of het bestaande strafvorderingsbeleid ten aanzien van specifieke feiten, zoals bedrieglijke bankbreuk, aanpassing behoeft. Ik hoop dat hiermee in elk geval aan de doelstelling die de heer Van de Beeten voor ogen stond voldoende uitvoering wordt gegeven.
Brondocumenten
-
voortzetting behandeling en stemming (zonder stemming aangenomen) Handelingen EK 2008/2009, nr. 1, blz: 29-33
-
29 september 2009
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
23 september 2008
toezegging gedaan