Debat over rol minister-president gevraagd



De fracties van VVD, PvdA en D66 hebben in de eerste termijn van het debat met de minister-president over de Wet financieel statuut van het Koninklijk Huis (31.505) aangedrongen op een debat met minister-president Balkenende over diens rol als regeringsleider. Vooral het optreden van de minister-president in het buitenland te midden van andere regeringsleiders, zoals in de Europese Unie, roept vragen op over het beginsel dat in Nederland de minister-president de eerste onder zijns gelijken is  (primus inter pares) en niet 'de baas' is van andere ministers.

De wens om in meer algemene zin een debat te voeren kwam dinsdag 11 november naar voren tijdens het debat in de Eerste Kamer over een actualisering van het Financieel Statuut van het Koninklijk Huis.

Om tegemoet te komen aan de wens van o.a. de Tweede Kamer om de kosten voor het Koninklijk Huis meer doorzichtig te maken heeft de regering voorgesteld declaraties van deze kosten voortaan door 'tussenkomst' van de minister-president door te geleiden naar de betrokken ministeries.

In het debat in de Tweede Kamer gebruikte minister-president Balkenende termen als 'eindverantwoordelijkheid' en 'specifieke aanwijzingsbevoegdheid'. Naar aanleiding hiervan hebben vrijwel alle fracties in de senaat vraagtekens gezet bij de staatsrechtelijke houdbaarheid van het betoog van de minister-president in de Tweede Kamer.

Tijdens het debat in de senaat drongen de fracties van VVD, PvdA en D66 erop aan bij premier Balkenende om binnen de constitutionele perken te blijven. CDA-woordvoerder Dölle zei dat de premier geenszins zijn boekje te buiten is gegaan. Hij zei ook dat als er verandering in de rol van de minister-president zou moeten komen dit in de Grondwet vastgelegd zou moeten worden.

Later vanavond komt de regering met haar antwoorden aan de Eerste Kamer.


Deel dit item: