Eerste Kamer lovend over maatregelen tegen belastingontwijking



Na een lang op sommige momenten scherp debat met staatssecretaris De Jager stemde de Eerste Kamer dinsdag 15 december in met het wetsvoorstel Wijziging Successiewet 1956 (31.930), dat op 1 januari 2010 van kracht kan worden. Het wetsvoorstel, dat de bestaande regelingen voor erfrecht en schenkingsrecht grotendeels vervangt, regelt een belangrijke verlaging van de erf- en schenkbelasting en een vereenvoudiging van de tariefstructuur. Het rijk compenseert de lagere belastingopbrengst door het invoeren van een aanvullende belasting voor vermogens buiten Nederland. Die zijn veelal ondergebracht in trustfondsen in zogenoemde belastingparadijzen. De nieuwe heffing krijgt vorm door een regeling voor afgezonderd particulier vermogen in de Wet Inkomstenbelasting 2001 en de Successiewet 1956 op te nemen.

De fractie van SP liet aan het eind van het Kamerdebat aantekenen tegen de nieuwe wet te zijn. Volgens woordvoerder Reuten is het niet logisch om in tijden van crisis vooral personen met veel vermogen een belastingverlaging te geven. De SP pleit er voor om zeer vermogenden juist meer belasting te laten betalen en de opbrengst daarvan te gebruiken voor een verlaging van de staatsschuld.

Een meerderheid in de senaat bestaande uit CDA, PvdA, ChristenUnie en SGP, Onafhankelijke Senaatsfractie en D66 pleitte ervoor om de extra vrijstelling voor een schenking van 26.000 euro voor kinderen tot 35 jaar die een huis kopen, voortaan uit te breiden tot kinderen die hun al aangegane hypotheekschuld met dat bedrag willen aflossen. Staatssecretaris De Jager omarmde dit idee van de CDA-fractie en kondigde aan een wetsvoorstel voor te bereiden dat in het Belastingplan 2011 kan worden opgenomen.

Alle fracties in de Eerste Kamer maakten bezwaar tegen de korte voorbereidingstijd die de senaat restte na goedkeuring van het wetsvoorstel door de Tweede Kamer. Dit staat in volgens CDA-senator Essers in sterk contrast tot het belang van wat hij noemt een ‘historische’ herziening van de Successiewet. VVD-senator Biermans kondigde aan dat hij op 22 december bij de behandeling van het Belastingplan 2010 (32.128) met voorstellen komt die de senaat meer voorbereidingstijd moeten garanderen bij de behandeling van belastingwetten.

Tegengaan belastingontwijking

In tegenstelling tot de VVD in de Tweede Kamer stemde de liberale senaatsfractie wel voor het wetsvoorstel. Senator Biermans stak namens de VVD-fractie in de Eerste Kamer de loftrompet op staatssecretaris De Jager, die volgens hem goed werk heeft verricht door het aanpakken van ongewenste belastingvermijdende en belastingontwijkende constructies. “De regeling van de afgezonderde particuliere vermogens is een knap staaltje werk”, vindt senator Biermans. Staatssecretaris De Jager voegde hier later aan toe dat Nederland het eerste land ter wereld is dat op deze manier constructies aanpakt die zijn bedacht om belastingheffing te ontlopen. Deze aanpak levert op jaarbasis vooralsnog 150 miljoen euro extra belastinginkomsten op.

De VVD-fractie is voorstander van halvering van de erf- en schenkbelasting en wil op termijn deze vorm van belasting geheel afschaffen. Senator Biermans vindt wel dat de regering er grotendeels in is geslaagd om fiscale belemmeringen bij de reële bedrijfsoverdrachten weg te nemen door de regeling eenvoudiger, evenwichtiger en toegankelijker te maken. Over de vereenvoudiging van de tariefstructuur van de Successiewet zei de VVD-senator dat een aantal verkrijgers slechter af is als gevolg van de eis van de regering dat de aanpassingen budgettair neutraal moeten uitpakken. Zo zouden ouders die van hun kinderen erven erop achteruit gaan, evenals achterkleinkinderen die van hun grootouders erven en de directe familieleden die slechts een kleine erfenis ontvangen.

SP-senator Reuten wees erop dat het wetsvoorstel gunstig is voor mensen met hoge vermogens. Volgens hem heeft 50% van de huishoudens een vermogen van minder dan 25.000 euro. “Het kabinet haalt het geld op bij degenen die thans belasting ontwijken en deelt dit voornamelijk uit aan de topvermogens,” aldus Reuten. “Het kabinet trekt zo wat al krom is nog krommer.” De SP-senator hield de PvdA-fractie voor dat de vermogensverdeling door dit wetsvoorstel schever wordt. Omdat de Tweede Kamer over dit effect nog niet was geïnformeerd wilde hij de stemming over het voorstel uitstellen totdat de Tweede Kamer alsnog een oordeel heeft kunnen vellen. Staatssecretaris De Jager en ook PvdA-senator Leijnse stelden zich op het standpunt dat gedane zaken geen keer hebben.

Robin Hood

Senator Leijnse van de PvdA-fractie vergeleek staatssecretaris De Jager met Robin Hood. De beroemde Engelse struikrover nam van de rijken en gaf dit aan de armen. Volgens Leijnse gaat de vergelijking echter alleen op voor het nemen van de rijken. De opbrengsten van de aanpak van afgezonderd particulier vermogen in trustconstructies komen volgens hem voor het overgrote deel terecht bij de verkrijgers van grote erfenissen en schenkingen als gevolg van de tariefsverlaging. Senator Leijnse stelt dat 280 niet- en ver verwanten die een erfenis van meer dan een half miljoen verkrijgen ongeveer 57 miljoen minder successierecht gaan betalen, dat is een belastingvermindering van twee ton per persoon. De kleine 24.000 ontvangers van een erfenis beneden de 25.000 euro dragen daarentegen gemiddeld 700 euro minder erfbelasting af.

“De armen moeten het in dit geval doen met een vereenvoudiging van de tariefstructuur en die is zeker mooi en nodig, maar je kunt er geen brood van kopen”, aldus PvdA-senator Leijnse. Hij is ingenomen met de bijstelling die de Tweede Kamer heeft aangebracht in het regiem van de bedrijfsopvolging. Het grotendeels vrijstellen van ondernemingsvermogen bij bedrijfsopvolging is volgens de PvdA ook belangrijk om de continuïteit van de bedrijfsvoering niet in gevaar te brengen. De Tweede Kamer heeft de vrijstellingsfaciliteit scherper toegesneden op de opvolging in kleine en middelgrote bedrijven.

De PvdA vindt dat de warme belangstelling die is ontstaan voor belastingvrij schenken van ouders aan kinderen (o.a. een extra vrijstelling van 26.000 euro als de koop van een huis aan de orde is) er niet toe mag leiden dat particuliere vermogens zoveel mogelijk worden uitgehold en overgedragen. “Al te veel fiscale stimulering van het bij leven wegschenken aan de kinderen kan ertoe leiden dat ouderen minder kunnen bijdragen in de zorgkosten en andere kosten van de vergrijzing”, betoogde PvdA-woordvoerder Leijnse.

Neven en nichten

CDA-senator Essers herinnerde aan herhaalde pleidooien van zijn partijgenoot en voormalig senator Hannie van Leeuwen. Als tante van neven en nichten stoorde zij zich aan het feit dat zij maximaal 68% erf- of schenkbelasting moesten betalen. Dit maximumtarief gaat per 1 januari 2010 naar 40%. Het begintarief wordt 30%, terwijl dat nu 41% is.

Het CDA is tevreden dat de staatssecretaris de ANBI-status van culturele instellingen als muziekkorpsen, gildes en schuttersverenigingen heeft verduidelijkt. Essers prees deze instellingen als dragers van het culturele erfgoed in Nederland. De CDA-senator is ook blij met een overgangsregeling op maat komt voor instellingen die hun ANBI-status verliezen.

Net als zijn collega De Boer die sprak namens ChristenUnie en SGP zag senator Essers uit naar de aangekondigde defiscalisering in de inkomstenbelasting van erfrechtelijke vorderingen en schulden tussen ouders en kinderen. Ook dit onderwerp zou in het Belastingplan 2011 geregeld kunnen worden, zei staatssecretaris De Jager.

De bewindsman bevestigde de stelling van senator De Boer dat bij kerkelijke organisaties impliciet wordt aangenomen dat zij zich volledig richten op het algemeen  belang en dus een ANBI-status hebben en houden, zodat giften aan deze instellingen als aftrekpost voor kunnen worden opgevoerd. De Jager hield een slag om de arm wat de definitie betreft van ‘levensbeschouwelijke instellingen’. Hij zegde toe dat over de opbrengsten van de aanpak van afgezonderde particuliere vermogens een nieuwe politieke afweging komt die met de beide Kamers van de Staten-Generaal wordt besproken.

Namens de fracties van OSF en D66 plaatste senator Ten Hoeve een vraagteken bij de door de Tweede Kamer ingevoerde regeling om ook voor studiekosten een extra vrijstelling te verlenen van 26.000 euro bovenop de 24.000 die kinderen tot hun 35e jaar eenmalig belastingvrij geschonken kunnen krijgen van hun ouders. Volgens Ten Hoeve is dit moeilijk te controleren en zou rekening gehouden moeten worden met wat ouders eerder al aan studiekosten hebben betaald.


Deel dit item: