Staatssecretaris Weekers zegt toe dat hij, voorafgaande aan de invoering en samen met het Centraal Planbureau, bij de actualisering van de lastenplaatjes en budgettaire plaatjes de loonkosteneffecten gedetailleerd in kaart zal brengen op basis van nieuwe gegevens. Daarbij zal specifiek worden gekeken naar het onderscheid tussen mkb en grootbedrijf, en overheid en markt.
Nummer | T01402 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 24 mei 2011 |
Deadline | 1 januari 2013 |
Verantwoordelijke(n) | Staatssecretaris van Financiën |
Kamerleden | dr. G.A.T.M. Reuten (SP) |
Commissie | commissie voor Financiën (FIN) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | overig |
Onderwerpen | budgettaire plaatjes lastenplaatjes Loonkosteneffecten |
Kamerstukken | Wet uniformering loonbegrip (32.131) |
Handelingen I 2010-2011, nr. 28, item 11, blz. 40-41
De heer Reuten (SP):
Op basis van de tabel die het kabinet verstrekte in de memorie van toelichting valt vrij eenvoudig te berekenen dat de loonkostendaling voor private bedrijven gemiddeld 0,4% is, maar dat het mkb het met een gemiddelde daling van 0,1% moet doen, terwijl het grootbedrijf 0,6% in het voordeel is. Zie hiervoor de regels zeven tot negen van de uitgereikte tabel. Door dit wetsvoorstel ontstaat er dus een blijvend loonkostenverschil van 0,5% ten gunste van het grootbedrijf, samen 670 mln. op basis van 2008. Het mkb treft zo een blijvend concurrentienadeel ten opzichte van het grootbedrijf. Bij een aanbesteding die voornamelijk op prijs is gebaseerd, kan 0,5% de doorslag geven.
Aanvankelijk dacht ik dat dit een ongewild foutje van de regering was en daarom vroeg ik in het verslag naar mogelijke flankerende maatregelen die deze discrepantie teniet zouden kunnen doen. Tot mijn verbazing schrijft de staatssecretaris in de nota naar aanleiding van het verslag van de Eerste Kamer: "De loonkostenmutaties die optreden als gevolg van het wetsvoorstel worden door het kabinet als evenwichtig beschouwd." Voorts meldt hij: "De door de leden van de fractie van de SP gevraagde flankerende maatregelen worden door het kabinet afgeraden."
Bij de term "evenwicht" moeten we altijd oppassen. In het onderhavige geval slaat de weegschaal door ten nadele van het mkb. Dat het kabinet deze politieke keuze maakt, werd in de Tweede Kamer niet als zodanig duidelijk. Maar nu wij dit wel weten, hoor ik straks graag van de VVD- en CDA-woordvoerders of zij deze "evenwichtigheid" aan hun achterban willen gaan uitleggen. Liever zie ik natuurlijk dat zij de SP-fractie steunen. Ik daag de staatssecretaris uit om hier straks openlijk te erkennen dat het mkb een blijvend concurrentienadeel wordt toegebracht. Liever heb ik nog dat hij de Kamer toezegt dat hij dit nadeel gaat repareren.
Handelingen I 2010-2011, nr. 28, item 13, blz. 57
Staatssecretaris Weekers:
Ik zeg de heer Reuten tevens toe dat we, voorafgaande aan de invoering en samen met het Centraal Planbureau, bij de actualisering van de lastenplaatjes en budgettaire plaatjes de loonkosteneffecten gedetailleerd in kaart zullen brengen op basis van nieuwe gegevens. Daarbij zal specifiek worden gekeken naar het onderscheid tussen mkb en grootbedrijf, en overheid en markt.
Brondocumenten
-
voortzetting behandeling nr. 28/13, blz: 56-63
-
behandeling nr. 28/11, blz: 39-43
-
3 april 2013
nieuwe status: voldaan
Voortgang:documenten:-
-Verslag van een schriftelijk overleg inzake halfjaarlijkse stand van zaken toezeggingen
voor kennisgeving aangenomen door de Eerste Kamercommissie voor Financiën op 9 april 2013
voor kennisgeving aangenomen door de commissie voor Koninkrijksrelaties op 16 april 2013
EK, F
-
-
9 oktober 2012
nieuwe deadline: 1 januari 2013
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang:
Opmerking: De commissie heeft op 25 sept. 2012 besloten de staatsseceretaris per brief op de hoogte te stellen dat de commissie de lastenplaatjes van de ULB bij de behandeling van het Belastingplan 2013 zal betrekken. Deze brief is op 4 okt. jl. verzonden.documenten:-
-Verslag van een schriftelijk overleg inzake halfjaarlijks rappel toezeggingen
voor kennisgeving aangenomen op 23 oktober 2012 door de commissie voor Koninkrijksrelaties
EK, B
-
-
24 april 2012
nieuwe deadline: 1 januari 2013
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten:-
-Verslag van een schriftelijk overleg inzake halfjaarlijks rappel toezeggingen
voor kennisgeving aangenomen op 24 april 2012
EK, E
-
-
24 mei 2011
toezegging gedaan