De minister van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Essers, toe om de omissie, waarbij een werkgever of de met die werkgever in een groep verbonden rechtspersoon die een hoofdkantoor in de EER heeft maar de zetel buiten de EER, uit te sluiten van de mogelijkheid - die de Herziene Prospectusrichtlijn biedt - om gebruik te maken van de vrijstelling, op korte termijn te repareren door middel van een aanpassing van de Vrijstellingsregeling Wft. Bij de eerst volgende gelegenheid zal artikel 5:3 van de Wft op dit punt worden aangepast.
Nummer | T01457 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 19 april 2012 |
Deadline | 1 januari 2013 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Financiën |
Kamerleden | Prof.dr. P.H.J. Essers (CDA) |
Commissie | commissie voor Financiën (FIN) |
Soort activiteit | (Nadere) Memorie van antwoord |
Categorie | overig |
Onderwerpen | herziene richtlijn prospectus vrijstellingsregeling Wet op het financieel toezicht |
Kamerstukken | Implementatie herziene richtlijn prospectus (33.023) |
Kamerstukken I 2011/12, 33 023, B, blz. 3
In de tekst van artikel 5:3 tweede lid onderdeel e Wft is niet opgenomen dat een werkgever ook het hoofdkantoor in de Europese Economische Ruimte (EER) kan hebben. Hierdoor ontstaat de situatie dat een werkgever die haar hoofdkantoor in de EER heeft, maar haar zetel buiten de EER, en waarvan de effecten niet tot de handel zijn toegelaten, volgens de Herziene Prospectusrichtlijn wel, maar volgens de tekst van het wetsvoorstel geen gebruik kan maken van de vrijstelling. Kan de regering hier nader op ingaan?
Het is niet de bedoeling geweest om een werkgever of de met die werkgever in een groep verbonden rechtspersoon die een hoofdkantoor in de EER heeft maar de zetel buiten de EER uit te sluiten van de mogelijkheid – die de Herziene Prospectusrichtlijn biedt – om gebruik te maken van de vrijstelling. Deze omissie zal dan ook op korte termijn worden gerepareerd door middel van een aanpassing van de Vrijstellings-regeling Wft zodat ook werkgevers of de met die werkgever in een groep verbonden rechtspersoon die hun hoofdkantoor in de EER hebben, maar hun zetel buiten de EER hebben ook gebruik kunnen maken van de vrijstelling. Bij de eerst volgende gelegenheid zal artikel 5:3 van de Wft op dit punt worden aangepast.
Brondocumenten
-
memorie van antwoord EK, B
-
7 april 2015
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
20 maart 2015
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang: -
9 oktober 2012
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang:documenten:-
-Verslag van een schriftelijk overleg inzake halfjaarlijks rappel toezeggingen
voor kennisgeving aangenomen op 23 oktober 2012 door de commissie voor Koninkrijksrelaties
EK, B
-
-
19 april 2012
toezegging gedaan