T01591

Toezegging Inwerkingtredingsdatum in wetsvoorstel (32.701, I)



Om eventuele uitloop van de plenaire behandelding van een toekomstig wetsvoorstel te kunnen ondervangen, zegt de staatssecretaris van SZW, naar aanleiding van de behandeling het wetsvoorstel Intrekking Wet werk en inkomen kunstenaars (32701), toe de beoogde datum van inwerkingtreding niet langer vast te leggen in een wetsvoorstel.


Kerngegevens

Nummer T01591
Status afgevoerd
Datum toezegging 24 september 2012
Deadline 1 juli 2015
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Commissie commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW)
Soort activiteit Brief
Categorie legisprudentie
Onderwerpen inwerkingtredingsdatum
overgangsregeling
parlementaire behandeling
Kamerstukken Intrekking van de Wet werk en inkomen kunstenaars (32.701)


Uit de stukken

Kamerstukken I 2012/13, 32701, I

Conclusie:

Ieder afzonderlijk wetgevingstraject vergt een afzonderlijke afweging met betrekking tot de eventuele noodzaak van overgangsrecht. [...] Voor wat betreft het overgangsrecht biedt voornoemd proces niettemin op een aantal aspecten meer duidelijkheid.

Flexibiliteit

In het wetsvoorstel tot intrekking van de WWIK was de beoogde inwerkingtredingdatum van 1 januari 2012 opgenomen. Als gevolg van de doorlooptijd van de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel kwam deze datum in toenemende mate onder druk te staan. Om de eventuele uitloop van de plenaire behandelding van een toekomstig wetsvoorstel te kunnen ondervangen, zal in een wetsvoorstel zelf de beoogde datum van inwerkingtreding niet langer worden vastgelegd. Hierdoor ontstaat ruimte de inwerkingtredingdatum zo nodig naar een later moment te verschuiven. Dit kan bijvoorbeeld indien de inhoud van het wetsvoorstel een overgangsperiode wenselijk maakt.


Brondocumenten


Historie

  • 12 september 2017
    nieuwe status: afgevoerd
    Voortgang:
  • 3 april 2013
    nieuwe deadline: 1 juli 2015
    nieuwe status: openstaand
    Voortgang:
    Opmerking: Naar aanleiding van de uitspraak van het gerechtshof 's-Gravenhage van 5 juni 2012 over het ontbreken van overgangsrecht in het wetsvoorstel Intrekking Wet werk en inkomen kunstenaars (32701) heeft toenmalig staatssecretaris De Krom bij brief van 24 september 2012 toegezegd er bij toekomstige wetgevingstrajecten rekening mee te houden dat vooraankondiging gedurende de parlementaire behandeling geen reden kan zijn om een overgangsmaatregel achterwege te laten. Daarnaast heeft hij in deze brief naar aanleiding van dit wetsvoorstel toegezegd de beoogde datum van inwerkingtreding niet langer vast te leggen in een wetsvoorstel om eventuele uitloop van de plenaire behandelding van een toekomstig wetsvoorstel te kunnen ondervangen.
    Met beide toezeggingen wordt rekening gehouden in het huidige wetgevingsproces.
    documenten:
  • 24 september 2012
    toezegging gedaan