De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen en opmerkingen van de leden Reuten en Van Boxtel, toe om de gecombineerde werking van het ARW mee te nemen in het persbericht van het ministerie, in het geval het wetsvoorstel wordt aangenomen.
Nummer | T01607 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 23 oktober 2012 |
Deadline | 1 januari 2013 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Economische Zaken (2012-2017) |
Kamerleden | Mr. R.H.L.M. van Boxtel (D66) dr. G.A.T.M. Reuten (SP) |
Commissie | commissie voor Economische Zaken (EZ) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | overig |
Onderwerpen | Aanbestedingsreglement Werken ARW |
Kamerstukken | Aanbestedingswet 20.. (32.440) |
Handelingen I 2012/13, nr. 4 - blz. 32-33:
Minister Verhagen:
(..) De heer Reuten wijst erop dat het Aanbestedingsreglement Werken ook over aanbestedingen voor diensten en leveringen gaat en dat een delegatiebepaling daarvoor
zou ontbreken. In het Aanbestedingsreglement Werken is stapsgewijs opgenomen hoe de procedures moeten verlopen. Het Aanbestedingsreglement Werken is, inderdaad, primair gericht op aanbesteden voor werken. Daarnaast zijn, conform de motie-Schouten (32440, stuk nr. 55), aan werken gerelateerde leveringen en diensten ook in het ARW opgenomen. Het Aanbestedingsreglement Werken is echter alleen voor werken aangewezen, dus
niet voor gerelateerde leveringen en diensten. Alleen in gevallen waar het werken betreft, moet het ARW verplicht worden gevolgd. In alle andere gevallen is een aanbestedende dienst vrij om het Aanbestedingsreglement Werken te gebruiken. Conform de motie wordt het wel wenselijk geacht dat het ARW wordt gebruikt bij werkgerelateerde leveringen en diensten maar is dat niet verplicht. Indien men het wel gebruikt, is er dus geen delegatiebepaling die de toepassing van het Aanbestedingsreglement Werken verplicht. Dat is nou juist zo geregeld omdat het niet verplicht is. Het is wel verplicht voor werken maar
niet voor gerelateerde leveringen en diensten. De gecombineerde functie van het Aanbestedingsreglement Werken, dat het in ene geval verplicht is en in het andere geval wenselijk maar niet verplicht, staat de goede toepassing ervan in de praktijk niet in de weg. Er is geen aanwijzing dat deze combinatie tot problemen zal leiden. De heer Reuten veronderstelde dit wel in zijn inbreng. Ik zeg de geachte afgevaardigde toe dat ik ook dit
element bij de evaluatie expliciet zal bezien. Ik zal nagaan of de gecombineerde functie van het Aanbestedingsreglement Werken in de praktijk daadwerkelijk goed werkbaar is. Mocht de heer Reuten gelijk hebben, hetgeen ik ten zeerste betwijfel, met alle respect voor de geachte senator, dan zal ik dit probleem aanpakken. Ik heb er echter geen enkele aanwijzing voor. Integendeel.
De heer Reuten (SP):
Als wij de rechten van de Tweede Kamer zouden hebben, was er een eenvoudige oplossing, namelijk het in artikel 1.22 toevoegen van de zinsnede "werken, diensten en leveringen". Klaar. Dan was er geen enkel probleem. Wij hebben echter niet de rechten die de Tweede Kamer heeft. Volgens mij heeft het voorliggende probleem gewoon te maken met de wetsgeschiedenis, want artikel 1.22 is later toegevoegd. In het ARW staat nu dus het woord "werken" en in de ondertitel de zinsnede "en aan werken gerelateerde leveringen en diensten". In de tekst zelf vind je dit echter op geen enkele manier terug. Als een naïeve aanbesteder het leest, denkt hij dat dit ook van toepassing is op diensten, terwijl je zou kunnen zeggen dat het helemaal niet van toepassing is op diensten. Zoals de minister zelf zegt, is het immers niet van toepassing op diensten maar wel op werken.
Minister Verhagen:
Het is niet verplícht.
De heer Reuten (SP):
Ja, goed. Nou ja ... Het staat bijvoorbeeld al niet in de inleiding. Als het nou eens met koeienletters in de inleiding zou worden gezet, waren we al een stuk verder. Het lijkt
mij echter het eenvoudigste als de minister nu toezegt dat er ooit een veegwetje komt waarin die specialesectordiensten hersteld worden – dat gaat om één woord – en waarin ook deze twee woorden worden toegevoegd in artikel 1.22. Dat is echt de eenvoudigste oplossing.
Minister Verhagen:
Ik voorzie geen probleem. De koeienletters maken we hier, in dit onderdeel van de wetsgeschiedenis. Nu zeggen we namelijk dat het verplicht is ten aanzien van werken
en niet verplicht maar wenselijk is ten aanzien van gerelateerde diensten en leveringen.
De heer Reuten (SP):
Maar een aanbesteder of aannemer weet toch niet wat hier gepasseerd is?
Minister Verhagen:
Ten eerste. Ik geef de heer Reuten op een briefje dat men buitengewoon goed weet wat hier wordt gewisseld. Als ik iets heb gemerkt in de twee jaar dat ik aan deze wet getrokken heb, is het wel dat men heel, heel, héél goed op de hoogte is van ieder woord dat in welk huis dan ook is gezegd is over deze Aanbestedingswet. Ten tweede. Formeel maakt de behandeling in beide Kamers onderdeel uit van de wetsgeschiedenis en wordt derhalve door een rechter of door de commissie van experts meegenomen in de beoordeling. Ten derde. De heer Reuten spreekt over een veegwet. Ik voorzie echter echt geen problemen. We praten hier al acht jaar over. Ik heb al toegezegd dat ik dit element meeneem bij de evaluatie. Mocht de heer Reuten gelijk hebben, wat ik betwijfel, dan zeg ik hem toe dat ik
dit punt meeneem bij de veranderingen die naar aanleiding van de evaluatie zullen plaatsvinden.
De heer Reuten (SP):
Natuurlijk begrijp ik heel goed dat wanneer het voor de rechter komt, deze zal meenemen wat hier gewisseld is. Echter, een aanbesteder of iemand die wil aannemen, plukt het ARW van het internet, leest het betreffende hoofdstukje en past het toe. Juist die betrokkene weet niet wat er hier is gewisseld. Daarom mijn opmerking dat we op zijn minst in de inleiding of in de hoofdstukken heel duidelijk kunnen maken dat we niet precies weten hoe het zit als het over diensten gaat.
Minister Verhagen:
Wij weten heel goed hoe het zit: men is niet verplicht om het Aanbestedingsreglement Werken toe te passen. Dat weet iedere aanbestedende dienst, dat weet MKB-Nederland en dat weet bij dezen ook iedere mkb'er in Nederland.
De heer Van Boxtel (D66):
De heer Reuten verdient wat mij betreft een compliment, want hij heeft de vinger gelegd op deze omissie. Volgens mij is die heel gemakkelijk te verhelpen. We moeten dat niet doen door formeel veegwetten te maken, maar op de volgende manier. Als deze wet het haalt – ik loop even vooruit op de stemming – geeft het ministerie zoals gebruikelijk een persbericht uit. Daar zou dit punt mooi in kunnen worden meegenomen. Dan weet heel Nederland het.
Minister Verhagen:
Naast het compliment aan de heer Reuten geef ik ook een compliment aan senator Van Boxtel. Wij zullen dit meenemen in het persbericht.
Brondocumenten
-
voortzetting behandeling Handelingen EK 2012/2013, nr. 4, item 4, blz. 25-52
-
25 maart 2013
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
23 oktober 2012
toezegging gedaan