De Eerste Kamer heeft dinsdag ingestemd met het wetsvoorstel Juridisch ouderschap vrouwelijke partner van moeder. Dit wetsvoorstel regelt dat de vrouwelijke partner van de moeder, de zogenaamde 'duomoeder' of 'meemoeder', zonder gerechtelijke procedure de juridische ouder van een kind kan worden. Het wetsvoorstel werd gesteund door de fracties van VVD, PvdA, PVV, SP, GroenLinks, D66, PvdD, OSF, 50PLUS en senator Hoekstra van de CDA-fractie. Tegen waren CDA (minus senator Hoekstra), SGP en ChristenUnie. Het CDA gaf als motivatie voor zijn tegenstem dat het wetsvoorstel de vaderdonor wegschrijft en anoniem donorschap stimuleert. Volgens de ChristenUnie snijdt het wetsvoorstel de band tussen het kind en de biologische vader door.
Tegelijkertijd nam de Eerste Kamer het wetsvoorstel aan ter wijziging van de Rijkswet op het Nederlanderschap om te regelen dat de duomoeder die het ouderschap van rechtswege door huwelijk, door erkenning of door gerechtelijke vaststelling krijgt, het Nederlanderschap kan doorgeven aan haar kind. Dit voorstel is nodig voor de inwerkingtreding van wetsvoorstel Juridisch ouderschap vrouwelijke partner van moeder. Hier stemden alle partijen voor, met uitzondering van de fracties van ChristenUnie, SGP en CDA, minus senator Hoekstra.
Senator Quik-Schuijt (SP) hield een motie aan die de regering verzoekt een brede multidisciplinaire Staatscommissie te installeren die de verhouding onderzoekt tussen juridische, biologische en sociale ouders en de kinderen die door hen worden verzorgd en opgevoed. Staatssecretaris Teeven had op 12 november in het debat de instelling van zo'n staatscommissie al toegezegd. Die zal ongeveer anderhalf jaar nodig hebben, verwacht Teeven. Quik-Schuijt houdt de motie aan tot meer duidelijk is over de in te stellen staatscommissie.
Deel dit item: