De Staatssecretaris van Economische Zaken zegt, naar aanleiding van een vraag van het lid Vlietstra (PvdA), toe de Eerste Kamer te informeren over het Plattelandsontwikkelprogramma POP3.
Nummer | T01861 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 5 november 2013 |
Deadline | 1 juli 2014 |
Verantwoordelijke(n) | Staatssecretaris van Economische Zaken (2012-2017) |
Kamerleden | J.G. Vlietstra (PvdA) |
Commissie | commissie voor Economische Zaken (EZ) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | brief/nota |
Onderwerpen | agrarisch natuurbeheer plattelandsontwikkeling POP3 |
Kamerstukken | Decentralisatie investeringsbudget (33.441) |
Handelingen I 2013-2014, nr. 6, item 7, blz. 42
Mevrouw Vlietstra (PvdA):
Mijn tweede punt betreft het agrarisch natuurbeheer. Agrarisch natuurbeheer is in de ogen van de regering, mits efficiënt en effectief georganiseerd, een potentieel belangrijk instrument om een substantiële bijdrage te leveren aan de internationale verplichtingen in het kader van de Vogel- en Habitatrichtlijn en de Kaderrichtlijn Water. Anders dan in het Bestuursakkoord Natuur wordt de verantwoordelijkheid voor het realiseren van de doelen van agrarisch natuurbeheer nu wél in de volle breedte neergelegd bij de provincies. Ik raakte even in de war door de bijdrage van mevrouw Vos, die deed alsof er nog een onderscheid wordt gemaakt tussen agrarisch natuurbeheer binnen en buiten de ecologische hoofdstructuur, maar ik heb uit het Natuurpact begrepen dat de verantwoordelijkheid voor het gehele agrarisch natuurbeheer naar de provincies gaat. Wellicht kan de staatssecretaris hierover meer helderheid geven. Het feit dat de verantwoordelijkheid in de volle breedte wordt neergelegd bij provincies, heeft in elk geval onze steun, omdat daarmee de mogelijkheden van een integrale gebiedsgerichte aanpak worden vergroot.
In het advies Onbeperkt houdbaar stelde de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur eerder dit jaar dat het instrument agrarisch natuurbeheer slechts beperkt effectief is en toe is aan een drastische herziening. Het IPO heeft vervolgens met diverse partijen afspraken gemaakt om kwaliteit en effectiviteit van het agrarisch natuurbeheer te verbeteren. De staatssecretaris zelf heeft aangekondigd in 2014 te komen met een nieuwe wijze van agrarisch natuurbeheer. Hoe verhoudt zich dit tot de afspraak in het Natuurpact dat de verantwoordelijkheid voor de wijze van uitvoering van agrarisch natuurbeheer nu bij de provincies ligt? Wat moet er in de ogen van de staatssecretaris gebeuren om het agrarisch natuurbeheer effectief te laten zijn in relatie tot het realiseren van de natuurdoelen? Wie heeft daarin welke rol en verantwoordelijkheid?
Handelingen I 2013-2014, nr. 6, item 12, blz. 83
Staatssecretaris Dijksma:
Mevrouw Vlietstra vroeg hoe dit stelsel van agrarisch natuurbeheer zich nu verhield tot de afspraak dat de provincies verantwoordelijk zijn. Het stelsel wordt samen met de provincies ontwikkeld. Zij zijn verantwoordelijk voor de uitvoering. Ik ben bereid om de Kamer te informeren over het Plattelandsontwikkelingsprogramma POP3. Ik denk dat u allen daarvoor belangstelling hebt.
Brondocumenten
-
voortzetting behandeling Handelingen EK 2013/2014, nr. 6, item 12, blz. 78- 92
-
behandeling Handelingen EK 2013/2014, nr. 6, item 7, blz. 33-43
-
13 januari 2015
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
6 januari 2015
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten:-
-brief van de minister van Economische Zaken inzake toezeggingen
voor kennisgeving aangenomen op 13 februari 2015
EK, I
-
-
7 oktober 2014
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
29 september 2014
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
5 november 2013
toezegging gedaan