Verslag van de vergadering van 9 september 2014 (2013/2014 nr. 39)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 19.22 uur
De heer Schaap i (VVD):
Voorzitter. Ik dank de staatssecretaris voor de dialoog die we vandaag mochten voeren. Ik ben erg onder de indruk van de toewijding waarmee zij in deze buitengewoon weerbarstige materie zit en daarmee weet te werken.
Ik heb de provincies genoemd. De staatssecretaris heeft al gezegd dat er eigenlijk twee opdrachtgevers zijn, en trouwens ook nog een zware medebetrokkene via de bestemmingsplannen, namelijk de gemeente. Ik doel echter vooral op de verantwoordelijkheid voor het beleid. Ik hecht eraan dat de staatssecretaris dit samen met de provincies doet, maar dan wel met de provincies als eenheid. Want ik ken die rakkers intussen een beetje, ook als het over de natuur gaat. Het moet niet opeens twaalf keer beleid worden, waarbij iedereen die een beetje op de provinciegrens zit, werkelijk niet meer weet waar hij aan toe is. Maar goed, die coördinatie vertrouw ik de staatssecretaris wel toe. Het is een mooie klus.
Over de schaal heb ik opgemerkt dat daarin ook ontwikkelruimte zit, in die zin dat je er heel wat investeringen in kunt meenemen. Het gaat mij niet om subsidieregelingen of wat voor ondersteuning dan ook. Als je het bedrijfsleven de gelegenheid geeft — dat geldt met name in de landbouw — om een schaalsprong te maken, kan juist daarin van alles worden meegenomen. Dan ben je als bevoegd gezag vaak heel gemakkelijk klaar. De helft van de boeren is over één generatie weg, dus wat de staatssecretaris ook bedenkt, de bedrijven blijven groeien. Mijn stelling is dan: gebruik dat om des te gemakkelijker die hele investeringscyclus daarin te kunnen meenemen.
Mijn volgende opmerking gaat over het model AERIUS. Ik heb wat ervaring met modelopbouw, zoals het Deltaprogramma. Er geldt maar één gebod: maak er wat van en ga er vooral mee aan het werk. Dan verbetert het vanzelf. Het is met stikstof net als met het weer: het is ongelofelijk weerbarstige materie. Het gaat niet om één molecuul maar om een heleboel moleculen, en die gedragen zich onder alle omstandigheden steeds weer anders. Dat is in de bemesting zo, maar ook in de emissie. Eventjes vanuit een berekening vertellen hoe het er in Nederland aan toe moet gaan, is absoluut onmogelijk. Daarvoor geldt het rekenmodel. Gebruik dat zo goed en zo kwaad als het kan, maar ik zou de staatssecretaris echt niet willen aanraden om daar ook nog overal meetstations bij te zetten, met tienduizenden tegelijk op alle stallen en in elk natuurgebiedje. Maar dat gaat zij ook vast niet doen. Dat levert alleen maar een hoop ellende en vreselijk veel kosten op. Met andere woorden: gebruik het rekenmodel zo goed mogelijk. Daar wens ik de staatssecretaris alle sterkte bij.
Ik had al gezegd dat wij zeer positief staan tegenover de PAS, gegeven de situatie waarin we nu zitten — dat is dus nog lang niet waar we op uit hopen te komen — vooral omdat er een evenwicht is tussen economie en ecologie. De VVD zal dus zeker voor dit wetsvoorstel stemmen. De rest van de discussie, met alles wat erachteraan komt, komt daarna wel.