Plenair Van Beek bij behandeling Energie-efficiëntie



Verslag van de vergadering van 10 februari 2015 (2014/2015 nr. 20)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 13.57 uur


De heer Van Beek i (PVV):

Voorzitter. We bespreken vandaag in dit huis de wijziging van de Wet implementatie EU-richtlijn energie-efficiëntie, de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet en de Warmtewet. Alvorens in te gaan op het wetsvoorstel, maak ik enige beschouwende opmerkingen over milieuproblematiek en energievoorziening. De wereldbevolking neemt in rap tempo toe en in lijn daarmee ook de energiebehoefte. Alternatieven of zogenaamde "duurzame energiebronnen" worden al jaren gepromoot en zwaar gesubsidieerd. De kosten daarvan voor de samenleving zijn enorm. Als gevolg hiervan komt onze concurrentiepositie steeds verder in het geding. Daarnaast zullen de energiekosten voor de burgers en de samenleving steeds verder stijgen. Over de vraag waarop het geloof in duurzame energie gebaseerd is, kan niet meer in redelijk worden gediscussieerd. Politici, de milieulobby's en de massaal gesubsidieerde milieu-industrie hebben zich in onwrikbare standpunten ingegraven. Enig kritisch vermogen van deze belanghebbenden ten aanzien van de eigen standpunten over de haalbaarheid van een groter aandeel van duurzame energie in de totale energiebehoefte is ver te zoeken. Kritiek hebben of onderzoekende vragen stellen over dit onderwerp wordt vanuit een houding van morele superioriteit doodgezwegen of onder de tafel geveegd met soms zeer bedenkelijke argumenten. Een voorbeeld hiervan is de Nobelprijswinnaar en econoom Paul Kruger, die zegt dat iedereen die de opwarming van de aarde ontkent, hiervoor gestraft moet worden in het hiernamaals. The Observer-columnist Nick Cohen zegt over klimaatcritici dat zij op één lijn te stellen zijn met Holocaustontkenners.

In dit klimaat is de milieukerk niet voor rede vatbaar en staat deze niet meer open voor fossiele energiebronnen die de problemen met de energievoorziening in de toekomst al dan niet kunnen helpen beheersen. Shell-topman Van Beurden merkte onlangs op dat nieuwe energiebronnen als wind- en zonne-energie er 30 jaar over hebben gedaan om nog geen 1% van de energiebehoefte te dekken. De productie van fossiele brandstoffen zal naar zijn mening moeten blijven groeien omdat het aandeel van alternatieve energiebronnen bij lange na niet de mogelijkheid biedt om in de wereldwijde, toenemende energiebehoefte te voorzien. Als de klimaatlobby blijft volharden in zijn huidige, welhaast religieuze fanatisme wat betreft duurzaamheid en wind- en zonne-energie, zullen de lasten astronomisch stijgen. Het trieste van dit alles is dat de inspanningen die wij met name lokaal in Nederland maar ook in Europa leveren, niets opleveren wat betreft het terugdringen van de CO2-uitstoot. CO2 en andere stoffen stoppen immers niet bij onze landsgrens. De discussie over milieuproblematiek moet en kan alleen in wereldwijd, internationaal verband gevoerd en opgelost worden. Anders zijn alle pogingen om energie te besparen en de vervuiling terug te dringen zonder effect. We kunnen in Nederland wel denken dat we op de goede weg zijn — we voelen ons daar vaak ook heel goed bij, want kijk ons eens doen op het gebied van milieuproblematiek — maar in relatie tot de globale problematiek is wat wij hier plaatselijk doen op het gebied van het terugdringen van de milieubelasting redelijk zinloos.

Na deze korte beschouwing maak ik nog een paar opmerkingen over het voorliggende wetsvoorstel. We weten allemaal dat dit in de Tweede Kamer geen debat heeft opgeleverd. Toch heeft een aantal fracties, waaronder de PVV-fractie, gemeend hieraan een aantal woorden te moeten wijden. Het voorliggende wetsvoorstel strekt tot implementatie van een Europese richtlijn voor energie-efficiëntie. De richtlijn heeft als doel: het bereiken van 20% energiebesparing op het energieverbruik in 2020 ten opzichte van het gebruik in 2010. Bij het lezen van de EU-richtlijn valt onmiddellijk het grote aantal verplichtende bepalingen op. De lidstaten worden verplicht jaarlijks 3% van de centrale overheidsgebouwen te renoveren en energiezuiniger te maken. Brussel verplicht ons jaarlijks 1,5% energie-efficiëntie bij de eindverbruikers te realiseren. De richtlijn verplicht met name grote bedrijven om eens in de vier jaar een energieaudit uit te voeren. En ga zo maar door.

De PVV onderkent het belang van energie-efficiëntie en energiebesparing, zolang dat maar op vrijwillige basis gebeurt en zonder overheidsdwang. Energiebesparing zou leuk moeten zijn in plaats van alleen maar duur en verplichtend. Als gevolg van de implementatie van de EU-richtlijn worden we in Nederland op kosten gejaagd, wordt er weer een dure bureaucratische laag gecreëerd en neemt Brussel ook op dit onderwerp weer een stukje Nederlandse soevereiniteit weg.

Mijn fractie concludeert dan ook dat de EU-richtlijn inzake energie-efficiëntie onnodig, te duur en te verplichtend is. Zij zal daarom tegen dit wetsvoorstel stemmen.