Verslag van de vergadering van 10 maart 2015 (2014/2015 nr. 23)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 18.14 uur
De heer Van Boxtel i (D66):
Voorzitter. Ook namens D66 bedank ik de minister heel hartelijk voor zijn betoog, zijn antwoorden en zijn zorgvuldigheid daarin. Ik val ook de heer Schouwenaar bij, als het gaat om de openbaarheid van bestuur. Mij verbaast het erg, zelf dagelijks werkzaam in een sector die zich begeeft op het snijvlak van publiek en privaat, dat de openheid in die sector in ieder geval volledig is. Alle jaarverslagen zijn openbaar, de gegevens worden naar Binnenlandse Zaken gestuurd en het wordt allemaal gepubliceerd, maar bij de woningbouwverenigingen is dat een stuk ingewikkelder. Ik val daar hard in bij. Dan val ik ook degenen bij die zeiden dat het in andere sectoren ook gebeurt. Dat kan hier ook goed. Ik ben daar een warm voorstander van. Ik hoop dat de minister in het overleg met hun brancheorganisatie een activistischere opstelling zal aantreffen.
Mijn tweede punt betreft de wooncoöperatie. Nederland is er een voorbeeld van dat coöperaties heel veel hebben gebracht. De kern van een coöperatie is dat partijen ook iets voor elkaar betekenen, zowel de organisator als de participant. Wij kennen het uit de melkhoek, Friesland Campina. Wij kennen het uit de bancaire hoek, vroeger de Rabo. Ik ken het uit de zorgverzekeringswereld. Coöperaties hebben veel gebracht. Ik steun de motie van harte, maar niet zozeer omdat de minister het niet zou willen, want die belofte is in feite al ingewilligd na het debat van anderhalf jaar terug. Wel vind ik het heel goed als de Kamer hier nog eens breed uitspreekt dat zij initiatieven, ook van het kabinet, verder wil ondersteunen. Ik complimenteer vanaf deze plek graag mijn collega Duivesteijn voor het nemen van het initiatief. Ik steun dat van harte.
Een laatste woord gaat over de erfpacht. Ik heb goed geluisterd naar mevrouw De Boer. Ik vond haar motie moeilijk te volgen, maar ik zal die nog eens rustig nalezen en de fractie bepaalt volgende week of zij de motie al dan niet zal steunen. Uiteraard ben ik benieuwd naar het antwoord van de minister.
Ik kom bij mijn allerlaatste opmerking. Ik dank de minister voor de toezegging om ons van informatie te voorzien over de ontwikkelingen in corporatieland rond de solvabiliteitsreserve. Dat blijft voor mij echt een enorm aandachtspunt. We zien noden, niet alleen als gevolg van asielzoekers die een status hebben gekregen en de doorstroming naar de reguliere woningmarkt belemmeren, maar ook in bredere zin. In veel plaatsen is nog woningnood en wachten mensen met smart op een woning. Het kan niet zo zijn dat een groot maatschappelijk kapitaal letterlijk dood op de plank blijft liggen. Voordat ik daar een oordeel over vel, hebben we eerst die informatie nodig. Ik ben blij dat u dat hebt toegezegd.
De voorzitter:
Dank u wel, mijnheer Van Boxtel. Ik vraag de minister of het hem gaat lukken om in een kwartier de vragen te beantwoorden. Gaat dat lukken, minister?