Plenair Vos bij Voortzetting Algemene financiële beschouwingen



Verslag van de vergadering van 22 november 2016 (2016/2017 nr. 8)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 14.20 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Vos i (GroenLinks):

Voorzitter. Ik begin met een citaat. "De belangrijkste les voor Europa en de wereld is helder. Het is urgent dat globalisering fundamenteel een andere richting moet inslaan. De belangrijkste uitdagingen van onze tijd zijn de groeiende ongelijkheid en de opwarming van de aarde." Dit is een citaat van Piketty in Le Monde, niet toevallig van november 2016, dus na de overwinning van Trump in de Verenigde Staten. In dit licht willen wij naar de vier jaar van het kabinet-Rutte II kijken, omdat deze boodschap natuurlijk niet nieuw is. De grote zorg die wij hebben, is hoe wij mensen verbinden in de hedendaagse samenleving en hoe wij de basis van ons bestaan, de aarde, veiligstellen.

Wij kijken vandaag terug op vier jaar kabinet-Rutte II, een kabinet dat bruggen wilde slaan in Nederland. Om te beginnen een brug tussen de VVD en de PvdA. Die klus zou wel even geklaard worden door de bouwers Rutte en Samsom. De kwaliteit heeft voortdurend ter discussie gestaan, maar eerlijk is eerlijk: de brug staat er. Dat is een compliment waard. Het kabinet gaat zeer waarschijnlijk de eindstreep halen en dat was niet vanzelfsprekend. Ook complimenten voor het dalend tekort naar 0,5% en de ruimte voor nieuwe investeringen die nu is gecreëerd.

"Nederland staat er beter voor." Dat is de titel van de Miljoenennota 2017. Toch heeft mijn fractie daar een aantal grote vragen bij. Hoe staat het nu met de samenleving? De tweedeling is op allerlei vlakken toegenomen blijkens het rapport van het SCP, dat spreekt over gescheiden werelden. Geen bruggen maar bredere geulen en kloven, en geen inclusie maar exclusie. Niet meer verdraagzaamheid, maar minder. Niet wij, maar wij-zij.

Hoe gaat het nu echt met Nederland? Financieel beter dan vier jaar terug, zo lijkt het, maar wij zien ook dat er 5% van de werkgelegenheid is verdampt, ofwel honderdduizenden banen, en dat er 16% groei is gemist in acht jaar, waarvan ongeveer 6% door het begrotingsbeleid. Welke maatschappelijke gevolgen heeft dit? Wat betekent het voor de mensen die hierdoor getroffen zijn? Wat betekent het voor de werkloosheid, voor de leefomgeving en voor investeringen in een groene economie? Gaan wij nu ook bruggen slaan naar die duurzame toekomst, naar meer veiligheid, naar de aanpak van het klimaatprobleem? Daar lijkt het niet op. Voor ons is tekenend het historische dieptepunt van de bijdrage van Nederland aan de ontwikkelingssamenwerking, nota bene onder een PvdA-minister: 0,56% van het bbp. En daarvan moet dan ook nog voor een deel de opvang van asielzoekers in Nederland worden betaald.

De polarisatie is ontegenzeggelijk toegenomen, in Europa maar ook in ons land. Mensen voelen zich niet gehoord, buitengesloten of moeten oppleuren. Nederland is ongelijker geworden en dat merken veel verschillende groeperingen. Langdurige werklozen voelen dat zij afgeschreven zijn. Mensen met alleen AOW of een klein pensioentje kunnen hun zorgkosten of huur amper betalen. Nederlandse jongeren met een allochtone achtergrond hebben veel minder kansen op werk dan hun autochtone leeftijdsgenoten. Mensen met een arbeidsbeperking vinden ondanks beloften over werk en zekerheid geen baan. Mensen raken het spoor bijster in de gedigitaliseerde en steeds complexere wereld. Een geglobaliseerde wereld met duidelijke winnaars en verliezers.

Met die vragen blijven wij zitten na vier jaar kabinet, vooral hoe wij dit gaan aanpakken, hoe wij dit gaan oplossen en hoe wij gaan zorgen dat mensen zich weer thuis voelen, zich gezien voelen en kunnen meedoen aan onderwijs, werk, cultuur en sport, elkaar daar kunnen ontmoeten en in vrijheid, gelijkheid en solidariteit samenleven. Heeft het beleid van het kabinet daaraan bijgedragen of juist niet?

Kijkend naar de 50 miljard aan bezuinigingen — en ik neem de lastenverzwaring daarbij mee — met 5 miljard lastenverlichting op het einde en het resultaat daarvan, wijs ik net als andere collega's op het rapport van de Algemene Rekenkamer over de effecten daarvan. De ING is nog kritischer en heeft gezegd: het heeft eigenlijk allemaal weinig effect. Het kabinet zegt: zo zit het allemaal niet precies en dat rapport van de ING kan wel naar de prullenbak. Dat vind ik typisch. De Algemene Rekenkamer stelt wel degelijk een zeer terechte vraag: kabinet, wat was nu werkelijk het effect van uw bezuinigingen? De ING spreekt over veel onnodige schade en bezuinigingen door het kabinet. Econoom Bas Jacobs en ook de collega van de SP zeggen dat er 100.000 banen in de collectieve sector verloren zijn gegaan en ruim 350.000 in totaal in de periode 2008 tot 2016. Eigenlijk worden zij in hun gelijk bevestigd door de berekeningen van het CPB. Dat zegt ook dat er van 2008 tot 2016 0,7% groei per jaar verloren is gegaan, in totaal bijna 5% van de werkgelegenheid. Dat zijn inderdaad 365.000 banen. Wat vindt het kabinet van deze kaalslag? Wat vindt u dat u met dit beleid voor elkaar hebt gekregen als u daarop terugkijkt? De collega's van de SP stelden zojuist al terechte vragen. Een tekortreductie van 22 miljard is bereikt door het dubbele te bezuinigen. Kortom: vindt het kabinet dit achteraf allemaal nog zo verstandig? Op welke wijze evalueert het kabinet de economische en maatschappelijke effecten van zijn financieel beleid? Wanneer komt het kabinet met een evaluatie van het begrotingsbeleid?

Europees Commissaris Moscovici roept landen als Nederland en Duitsland op tot een ruimhartiger begrotingsbeleid en meer overheidsuitgaven om de kwakkelende economie in Europa aan te jagen. Wat is de reactie van het kabinet op deze oproep? Is dit niet een zeer duidelijk signaal dat Nederland te weinig heeft geïnvesteerd en te hard heeft bezuinigd? Ik ben zeer benieuwd naar de reactie van de minister.

Eerlijk delen was een heel belangrijk doel van dit kabinet en zeker van de partij van de minister van Financiën. Hoe kan het dan dat de inkomensontwikkeling er onder dit kabinet niet eerlijker op is geworden? Samen met de SP hebben wij in de Tweede Kamer hierover al de degens gekruist met het kabinet, maar onze stelling over de groeiende ongelijkheid werd naar het rijk der fabelen verwezen. Doorrekeningen van het CPB bevestigen echter wel degelijk een ongelijke inkomensontwikkeling onder dit kabinet. Lagere inkomens tot 175% van het minimumloon gingen er in de periode van 2014 tot 2017 4,3% in koopkracht op vooruit, ofwel €830 per jaar. De koopkracht van de hoogste inkomens boven de 500% minimumloon steeg daarentegen met 7,2%, ofwel ruim €4.000. Dat is vijf keer zo veel als de laagste inkomens. Bij uitkeringsgerechtigden is dat verschil nog veel groter. Zij stegen slechts 3,8% tegenover de werkenden 9,1%. Hoe beoordeelt het kabinet deze inkomensontwikkeling? Is dit wat het kabinet bedoelt met "eerlijk delen"? En natuurlijk: wat gaat het eraan doen? Is het alsnog bereid om deze vergroting van de inkomensongelijkheid te verminderen? Wij zien dat het kabinet 1,1 miljard investeert in de versterking van de koopkracht van mensen die dat nodig hebben. Dat is een goede stap, maar het is natuurlijk volstrekt onvoldoende om de ontstane ongelijkheid recht te breien. Wat gaat het kabinet dus nog meer doen?

Met de SP wijs ik op de cijfers die laten zien dat ongelofelijk veel Nederlanders al drie jaar of langer in armoede verkeren. Volgens de cijfers waarover ik beschik, gaat het om 600.000 mensen. Dat zijn er twee keer zoveel als eerder gedacht. Werk is geen garantie meer om uit de armoede te komen, zo stelt het SCP. Wat gaat het kabinet nu juist voor deze mensen doen? Wat gaat het doen voor de mensen die in armoede leven of die werkend arm zijn? Hoe ziet het kabinet in dit verband de toename van bijna 15% van het aantal kinderen dat in armoede opgroeit? De collega van de SP noemde net de cijfers. Dan is die 100 miljoen natuurlijk mooi, maar het is geen structurele oplossing. Wat gaat het kabinet nog meer doen?

De inkomensongelijkheid tussen allerlei verschillende groepen is gegroeid en is ook breder geworden, want het gaat om inkomensongelijkheid tussen laagopgeleiden en hoogopgeleiden, tussen huurders en kopers, tussen flexwerkers en mensen met vaste contracten, tussen mensen die hier al van oudsher wonen en allochtonen, en tussen werkenden en bijstandsgerechtigden. Ook met de 5 miljard aan lastenverlichting die vorig jaar heeft plaatsgevonden, is die ongelijkheid weer iets toegenomen. Ook mensen met hogere inkomens kregen er immers geld bij; dat was volstrekt onnodig en had beter geïnvesteerd kunnen worden in zorg, onderwijs, klimaat en natuur. Het is natuurlijk een politieke keuze geweest om de kloof tussen werkenden en niet-werkenden te vergroten. De toename van de inkomensongelijkheid tussen de uitkeringsgerechtigde en de werkende is een treffend voorbeeld daarvan.

Het is belangrijk en goed dat de werkloosheid is gedaald naar 5,6%, maar die is nog steeds te hoog. De grote vraag is: gaat die daling doorzetten? Wij maken ons zorgen over 2017, want in de Macro Economische Verkenning voor 2017 staat dat de werkloosheid gelijk blijft. Die daalt niet verder. Er zou dus sprake zijn van stagnatie ondanks het economische herstel volgende jaar. Ik krijg daar graag een reactie op van het kabinet. Hoe ziet het dat? Het kan toch niet zo zijn dat het enige antwoord van het kabinet is: het gaat eigenlijk wel goed, want er willen gewoon veel meer mensen werken; dat gaat dus de goede kant uit? Het kan toch niet zo zijn dat zo'n grote groep Nederlanders, die wel degelijk willen werken langdurig aan de kant staat? Kortom, wat gaat het kabinet doen aan die stagnatie? Waarom vinden wij geen concrete doelstellingen voor de groei van de werkgelegenheid in de Miljoenennota? Is het kabinet bereid om daar alsnog concrete doelstellingen voor te formuleren?

Ik sluit mij graag aan bij de kritische woorden van de collega van D66 over de Wet DBA. Alles wat nu misgaat, is hier in deze Kamer ter tafel gekomen. Waar we voor gewaarschuwd hebben is gewoon gebeurd. Zzp'ers die bewust voor het zzp-schap kiezen zijn gedupeerd. Zij worden niet meer aangenomen en krijgen geen opdrachten meer. Bedrijven durven hun geen opdrachten meer te verstrekken. De wet staat in de koelkast, maar het is volstrekt onduidelijk voor mensen wat de staatssecretaris daar precies mee bedoelt. Wat gaat hij in de komende tijd doen? Er is geen VAR meer. Hij gaat de wet niet handhaven. Wat gaat er gebeuren? Ik krijg daar graag duidelijkheid over van het kabinet.

Ik heb tijdens een interruptie net al het een en ander gezegd over de toenemende ongelijkheid ook als het gaat om de zorg, de werkgelegenheid in de zorg en de toegankelijkheid van de zorg. Ik maak mij ook zorgen over de toename van de gezondheidsachterstand van mensen in de lagere sociaal-economische groepen. Ook op dat punt hebben wij van dit kabinet veel te weinig gezien.

Ik wil tot slot zeker nog een aantal woorden wijden aan duurzaamheid, investeringen in duurzaamheid en de heel grote opgave die op dat punt voor ons ligt. Wij zijn daar niet gerust op. In de Nationale Energieverkenning 2016 wordt gerapporteerd dat de doelstelling van gemiddeld label B voor woningen van woningcorporaties in 2020 waarschijnlijk niet wordt gerealiseerd, terwijl dat wel de bedoeling was. Energiebesparing op de woningmarkt vereist dus de noodzakelijke aandacht en investeringen in 2017, maar in de Macro Economische Verkenning zien wij dat de investeringen in woningen en in bedrijven gaan dalen. Onze grote zorg is dat dit vooral ten koste zal gaan van groene investeringen die zo ongelofelijk nodig zijn om de noodzakelijke energietransitie tot stand te brengen.

Lopen we op die manier de grote win-wins van het klimaatvraagstuk niet mis? We lossen hiermee immers niet alleen het klimaatprobleem op, maar we zorgen ook voor de portemonnee van de burgers en de concurrentiepositie van bedrijven doordat hun energielasten dalen. Ook zorgen we hiermee voor de werkgelegenheid, want als we deze grote opgave nu eindelijk eens vlottrekken en gaan aanpakken, dan biedt dat ook een enorme kans voor de installatie- en bouwbranche. Wij zien echter vooral stagnatie. Wat gaat het kabinet daaraan doen? Wat gaat het doen om dit probleem aan te pakken? Onze fractie in de Tweede Kamer heeft in haar klimaatbegroting een voorstel gedaan om de energiebelasting van grootverbruikers te verhogen — zij betalen 200 keer minder energiebelasting dan kleinverbruikers — en om de opbrengst daarvan terug te sluizen naar energie-investeringen in het bedrijfsleven door die financieel aantrekkelijker te maken. Wat gaat het kabinet op dit vlak doen?

Kijk ook naar de pensioenfondsen. Er zijn enorme kansen als het groene geld dat daarin zit, wordt geïnvesteerd in die energietransitie. Nederland zou op dit punt ambitie moeten laten zien. Wat gaat het kabinet doen om het makkelijker en aantrekkelijker te maken om pensioenkapitaal te investeren in duurzame en groene bestemmingen? Is het kabinet bereid om samen met pensioenfondsen en wellicht ook met DNB investeringsmogelijkheden te creëren in verband met de energietransitie? Is het bereid om samen met pensioenfondsen te kijken naar de vraag: hoe kunnen we gedragsregels opstellen die de vergroening van de beleggingsportefeuille bevorderen? Ik krijg daar graag een reactie op van het kabinet.

Ik wil ook nog even naar het totale klimaatbeleid van het kabinet kijken. Ondanks Donald Trump is in Marrakesh natuurlijk vastgesteld dat we niet meer terug kunnen. Dit is dé opgave voor de komende periode. Wij zullen en moeten dat akkoord van Parijs uitvoeren. Het gaat dan niet eens om een daling van 2°C. Als we deze aarde echt leefbaar willen houden, dan moet er daarna nog een daling van 1,5°C komen. Maar er moet nog zo ongelofelijk veel gebeuren. We weten ook dat we niet eens hier, in Europa of in Nederland, de grootste risico's lopen; die worden gelopen door de mensen in de kwetsbare landen waar er geen geld is om dijken te verhogen om die overstromingen tegen te gaan en waar de droogte gaat optreden en de voedselproductie totaal de goot in gaat. In die landen gaan de mensen echt hun leven riskeren.

Het energieakkoord bevat een aantal heel goede dingen; daar zijn wij blij mee. Wij vinden ook dat Henk Kamp ongelofelijk vecht voor die windmolens op zee; dat wil ik hier ook zeggen. Wij vinden dat goed, maar uiteindelijk is het niet genoeg wat er staat, want qua energiebesparing gaan we het gewoon niet halen. Er is onvoldoende sprake van een overschakeling op duurzame energie. Kortom, wat gaat het kabinet nu meer doen? Waarom zien wij in deze Miljoenennota de ambitie op dit vlak niet? Waarom zien wij niet dat het kabinet de kansen pakt die deze transitie biedt voor onze werkgelegenheid en voor onze economie? Waarom is het kabinet toch een beetje tot stilstand gekomen met betrekking tot dit urgente vraagstuk?

Wat gaat het doen om de uitspraak in de Urgendazaak daadwerkelijk na te leven? Wat gaat het doen na 2023, als het energieakkoord klaar is? Dat hebben wij nog niet gezien. Dan moet er nog zo ongelofelijk veel gebeuren. Het bedrijfsleven smeekt het kabinet bijna: kom met duidelijkheid; laat ons zien waar wij aan toe zijn! Niet voor niets steunt het bedrijfsleven dan ook het initiatief van de klimaatwet van GroenLinks en de Partij van de Arbeid in de Tweede Kamer. Ik krijg daar graag een reactie op van het kabinet.

Op een paar punten op het gebied van natuur en milieu hebben we nog zorgen. Laat ik beginnen met investeringen in natuur; wij kunnen ze nergens vinden. Er zijn geen extra investeringen, terwijl de kaalslag van het beleid van een eerder kabinet-Rutte met staatssecretaris Bleker zijn sporen nog fors nalaat. Neem de bedreiging van de weidevogelstand in Nederland. Die weidevogels horen hier gewoon. Waarom heeft het kabinet er niet voor gekozen om een klein deel van zijn investeringsgeld aan de natuur te besteden? GroenLinks stelde in haar tegenbegroting 100 miljoen hiervoor beschikbaar, onder meer om een goed en stevig weideprogramma te maken, maar het kabinet schuift dat vooral naar de toekomst.

Neem ook de aanpak van het autoverkeer. Ook daarop moet veel klimaatwinst geboekt worden. Er is nog een grote luchtvervuilingsopgave, maar in de eerdere Wet Autobrief — laat ik haar zo maar noemen; mijn fractie heeft daar overigens geen steun aan verleend — wordt de ondersteuning van schone auto's en milieuorganisaties verminderd. Ook de ANWB waarschuwt ervoor dat de export van schone auto's naar het buitenland fors toeneemt, terwijl wij tot nu toe een redelijk stimuleringsprogramma hadden en redelijk wat schone auto's op de weg hadden. Kortom, de winst die wij boekten, gaat ook nog eens verloren. Ik hoor daar graag een reactie op van het kabinet.

Ik kom tot een afsluiting. Welke bruggen heeft het kabinet van VVD en Partij van de Arbeid met PvdA-minister Jeroen Dijsselbloem geslagen met dit financiële beleid? Dat is toch de vraag die voorligt bij deze laatste Miljoenennota van het kabinet. Er is natuurlijk de min en de plus van de begroting en er is een aantal dingen financieel op orde gekomen, maar de tweedeling in de samenleving en de inkomensongelijkheid zijn toegenomen. Groene investeringen, die zo nodig zijn in woningen en bedrijven, nemen af en de werkgelegenheid lijkt te stagneren in het komende jaar. Er is een tekort aan sociale huurwoningen en er zijn veel te hoge huren. De zorg is minder toegankelijk en de sociaaleconomische gezondheidsverschillen zijn gegroeid. Nederland is zo'n beetje als laatste uit de crisis gekomen en er zijn veel kansen gemist door te rigide bezuinigingen. Dat blijkt wat ons betreft ook uit het feit dat de Europese Commissie nu zegt dat Nederland meer moet investeren. Die weg had wat ons betreft al veel eerder ingeslagen moeten worden. De brug tussen de Partij van de Arbeid en de VVD heeft het inderdaad vier jaar volgehouden, maar de brug in de samenleving is niet tot stand gekomen. Ook wat dat betreft is deze Miljoenennota een gemiste kans. Wij wachten graag op een antwoord van het kabinet.