Plenair Verheijen bij behandeling Ontwerpbesluiten Omgevingswet



Verslag van de vergadering van 30 mei 2017 (2016/2017 nr. 29)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 21.29 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Verheijen i (PvdA):

Voorzitter. Ik houd in tweede termijn vier punten over. Ik ben blij met de toezegging van de minister dat in de adviesaanvraag aan de Raad van State zal worden ingegaan op de door ons gevoelde spanning tussen de wet en de AMvB's rondom de normstelling en op de vraag of de normstelling niet in de wet zelf thuishoort. Ook heeft de minister ons toegezegd dat het punt van toezicht, handhaving en heldere normstelling bij de adviesaanvraag aan de Raad van State zal worden betrokken.

Wij waren wat minder gelukkig met de uitkomst van de discussie over de uitgebreide procedure. Er blijft toch hangen dat het bevoegd gezag, dat uiteindelijk verantwoordelijk is voor zowel de proceskwaliteit als de inhoudelijke kwaliteit van de vergunning of het projectbesluit dat moet worden genomen, mede afhankelijk zou zijn van de initiatiefnemer. In de discussie is voor mij duidelijk geworden dat het bevoegd gezag ook kan sturen op de procedure zelf en in die zin zijn integrale verantwoordelijkheid kan houden, maar de minister bestreed dat. Dat blijft even een punt tussen ons beiden.

Wat betreft de luchtkwaliteit is de lucht volgens mij wat opgeklaard. Op dat punt gaf de minister namelijk wel degelijk ik meen vier instrumenten weer waarbij haar initiatief en haar verantwoordelijkheid kunnen worden ingevuld in het kader van de geëiste rijksverantwoordelijkheid.

Ik kom ten slotte op het DSO, de vormgeving van de informatiehuizen en de positie van de burger daarbij. We hebben natuurlijk nadrukkelijk geconstateerd dat de financiële dekking voor het totale stelsel, inclusief het DSO, nog niet beschikbaar is. Er zal dus zeker een beroep worden gedaan op het nieuwe kabinet, maar ook op de lagere overheden om daar voldoende dekking voor te waarborgen. Dat is dan ook de voorwaarde voor inwerkingstelling. De minister heeft toegezegd dat zij wil borgen dat daar ook voor burgers heldere ondersteuning gegeven gaat worden voor de kwaliteit en de betrouwbaarheid van die informatie. Ik dien een motie in waarin dat wordt bevestigd en die kan worden gebruikt bij toetsing van de invoeringswet en het invoeringsbesluit.

De voorzitter:

Door de leden Verheijen, Vos, Sini, Bikker en Diederik van Dijk wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende:

dat de Omgevingswet een sterk beroep doet op de bereidheid van burgers om actief deel te nemen aan inspraak- en participatieprocedures;

dat de overheden ten behoeve van de gegevensvoorziening onder de Omgevingswet een digitaal stelsel instellen;

dat het wenselijk is dat burgers ondersteuning kunnen krijgen bij het zoeken naar de juiste informatie;

dat het gewenst is dat de betrouwbaarheid van de gegevens in het digitaal stelsel geborgd is;

verzoekt de regering om in het implementatieprogramma aandacht te besteden aan het belang van een goede informatiepositie van burgers bij participatietrajecten en bij de invoeringsregelgeving de kwaliteit en de toegankelijkheid van de gegevens in het digitaal stelsel te borgen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Zij krijgt letter S (33118).